Senternovem
18-04-2008 | CO2-reductie met olivijn ook binnenshuis
Studenten werktuigbouwkunde van Hogeschool Windesheim verrichten
onderzoek naar het toepasbaar maken van CO2-reductie met behulp van
het mineraal olivijn voor gebruik binnenshuis. Vooralsnog wordt
olivijn vooral in de buitenlucht toegepast.
Olivijn is een groenkleurig mineraal wat wereldwijd veel in de
aardkorst voorkomt en hierdoor relatief goedkoop is. Het wordt oa.
gebruikt in industriële processen om afvalzuren af te breken. Olivijn
gaat een reactie aan met CO2, in combinatie met een vochtige omgeving
of in oplossing met water. Het olivijn corrodeert door het vocht en de
CO2. Als het olivijn wordt vermalen ontstaat fijn zand. Hierdoor
ontstaat een groot contactoppervlak met water en de CO2 waardoor de
reactie sneller verloopt.
Het onderzoek van de studenten richt zich in eerste instantie op de
snelheid waarmee het olivijn de CO2 aan zich bindt. De reactie met
olivijn moet snel genoeg verlopen om het effectief te kunnen
toepassen. Als voorbeeld noemen ze een klaslokaal, waar dertig
studenten de CO2-concentratie van de lucht binnen een uur kunnen
verhogen van 400 ppm (parts per million) tot boven de 10.000 ppm.
Ter vergelijking: frisse buitenlucht heeft een ppm-waarde van ongeveer
300 ppm. De eerste resultaten tonen aan dat het proces van nature te
langzaam verloopt om binnenshuis toe te kunnen passen. Er wordt nu
gezocht naar aanpassingen om het proces te versnellen.
De huidige opstellingen voor CO2-reductie met olivijn zijn vooral
gericht op toepassingen in de natuur en op grote schaal. Voorbeelden
zijn het uitstrooien van olivijn op stranden en basaltblokken langs
waterwegen.
Toch is ook een teveel aan CO2 binnenshuis een groeiend probleem door
de steeds beter geïsoleerde gebouwen. Het is daardoor noodzakelijk
goed te ventileren, maar vaak wordt dat vergeten of als storende tocht
ervaren. Binnenshuis zijn de effecten van een teveel aan CO2 ook te
merken. Dit uit zich in een warm, benauwd en duf gevoel. Hierdoor
daalt de concentratie van werknemers in kantoren en dit gaat ten koste
van de productiviteit.
Het onderzoek bevindt zich nog in de beginfase, maar biedt zeker
perspectieven. In de toekomst zal de aandacht voor milieu en
gezondheid op werkplekken alleen maar toenemen.