11 april 2008
Hoe moet het verder met het beleid van de Europese Unie? Welke
onderdelen moeten meer geld krijgen, welke onderdelen kunnen met
minder middelen af? Die vragen stonden centraal op de discussiemiddag
die het nationaal bureau Nederland van de Europese Commissie op
donderdag 10 april in het SER-gebouw organiseerde.
De middag was onderdeel van een serie bijeenkomsten in een groot
aantal EU-landen waarbij belangengroepen de mogelijkheid krijgen hun
mening te geven. Nog tot halverwege deze maand kunnen ze hun
opvattingen naar de commissie sturen die begin volgend jaar met een
stuk naar buiten komt dat de basis vormt voor een discussie over het
financieel beleid voor de periode na 2015.
Ook SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan presenteerde zijn
verlanglijstje. Hij pleitte ervoor om binnen de EU-begroting minder
geld naar landbouw te laten gaan en meer naar kennis en innovatie. Ook
wil hij het mechanisme van cofinanciering, waarbij de unie en de
afzonderlijke lidstaten samen voor de kosten van bepaald beleid
opdraaien, breder toepassen.
De bijeenkomst zou geopend worden door Eurocommissaris Dalia
Grybauskaité maar die moest op het laatste moment vanwege
familieomstandigheden afzeggen. In haar plaats sprak topambtenaar
Stefan Lehner.
Op de foto van rechts naar links: voormalig Europees topambtenaar
Carlo Trojan (die de discussie leidde), de Brabantse commissaris van
de koningin Hanja Maij-Weggen (die namens de provincies en gemeenten
sprak), bestuurder Leo Hartveld van de FNV en voorzitter Albert Jan
Maat van LTO-Nederland.
Sociaal-Economische Raad