Radboud Universiteit Nijmegen


Nijmeegse bevolking in toptijdschrift Nature

De inwoners van Nijmegen die deelnemen aan de Nijmegen Biomedische Studie hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan de inhoud van een wetenschappelijk artikel, dat woensdag online verscheen in Nature. Dit is een van de meest vooraanstaande wetenschappelijke tijdschriften wereldwijd. Het artikel legt verbanden tussen een bepaalde genvariant en nicotineafhankelijkheid, longkanker en perifere vaatziekte.

Nijmegen Biomedische Studie
De Nijmegenaren hebben enkele jaren geleden aan onderzoekers van het UMC St Radboud bloed gegeven en een vragenlijst ingevuld over hun gezondheid en hun leefstijl. De bloedmonsters en de gegevens over gezondheid en leefstijl zijn gecodeerd en opgeslagen in een databank. Wetenschappers kunnen deze databank gebruiken om te zoeken naar verbanden tussen verschillen in het DNA en lichamelijke eigenschappen, afwijkingen of ziekten. De databank wordt onder andere gebruikt voor een groot internationaal onderzoek, met subsidie van de Europese Unie. Dit onderzoek, met de naam Polygene, heeft al meerdere belangrijke wetenschappelijke publicaties opgeleverd, en nu dus ook in Nature.

Rookgedrag
Ieder mens heeft een eigen uniek DNA-patroon, dat op talloze minieme punten, zogeheten SNP's (spreek uit: snips) kan verschillen van het DNA van iemand anders. In dit onderzoek zijn meer dan 300.000 van deze SNP´s geanalyseerd bij 11.000 IJslanders. In een gen dat codeert voor een nicotinereceptor werd één SNP ontdekt, die vaker voorkomt bij zware rokers dan bij rokers in het algemeen en bij de doorsnee bevolking. Controleonderzoek bij onder andere deelnemers aan de Nijmegen Biomedische Studie bevestigde daarna deze vondst. De relatie is niet sterk: rokers met deze genvariant roken één à twee sigaretten per dag meer. De variant maakt niet dat iemand begint met roken, maar beïnvloedt het rookgedrag omdat het de nicotineafhankelijkheid verhoogt.

Mensen met deze genvariant hebben daarnaast een 20 tot 30 procent verhoogde kans op longkanker en op perifere vaatziekte. Dat is atherosclerose in de benen, zoals de `etalageziekte'. Ruwweg de helft van de mensen van Europese afkomst heeft tenminste één kopie van deze SNP. Slechts een deel van het effect op deze twee ziekten is vooralsnog toe te schrijven aan de invloed van de SNP op het rookgedrag.

Stoppen met roken
Naast de nu ontdekte genvariant hebben heel veel andere factoren invloed op nicotineverslaving, longkanker en atherosclerose. Deze vondst is dan ook vooral belangrijk als mogelijk aanknopingspunt voor nieuwe behandelingen. Voor het individu is het vooralsnog van geen enkel belang om te weten of hij deze genvariant heeft.

Ook veranderen de uitkomsten niets aan de boodschap dat jonge mensen vooral niet moeten beginnen met roken, en dat rokers moeten proberen te stoppen, aldus een van de leiders van de Nijmegen Biomedische Studie, hoogleraar Kankerepidemiologie prof. dr. Bart Kiemeney. Kiemeney: `Roken is en blijft de belangrijkste oorzaak voor longkanker en hart- en vaatziekten. Het heeft geen zin dat een roker zich verschuilt achter een genetische aanleg.'

Grote bereidheid
Het Polygene-onderzoek wordt geleid door het IJslandse biofarmaceutische bedrijf deCODE Genetics. Naast gegevens van Nijmegenaren zijn gegevens gebruikt van patiënten en controlegroepen uit Nieuw Zeeland, Oostenrijk, Zweden, Italië en Spanje. Kiemeney is de deelnemers aan de Nijmegen Biomedische Studie dankbaar voor hun grote bereidheid om aanvullende vragenlijsten te blijven invullen. `Alleen dankzij hun medewerking kunnen we doorgaan met ons onderzoek.'