PERSBERICHT
2 april 2008
EVO: Rijkswaterstaat moet AFSLUITINGEN vrachtverkeer voorkomen
Uit de eerste resultaten van nog lopend onderzoek van Verkeer en Waterstaat naar de resterende levensduur van de viaducten en bruggen, blijkt dat 10 van de stalen bruggen en naar schatting 20 tot 40 betonnen bruggen binnen vijf jaar moeten worden aangepakt. Minister Eurlings geeft aan dat bovendien nog 4 stalen en 100 tot 120 betonnen bruggen en viaducten binnen 10 jaar moeten worden versterkt of vervangen. Indien niet binnen deze termijn tot vervanging of versterking kan worden overgegaan, zijn volgens de minister beperkingen voor het vrachtverkeer noodzakelijk.
Volgens EVO valt zo´n maatregel moeilijk te verkopen, omdat het vrachtverkeer van alle weggebruikers financieel het hardst geraakt wordt door afsluitingen.
Dit blijkt onder andere uit de afsluiting van de Hollandse Brug voor het vrachtverkeer, waar de schade voor het bedrijfsleven in de tientallen miljoenen euro s loopt. Dit blijkt uit een schatting van EVO en TLN. EVO gaat er dan ook van uit dat in goed overleg met Rijkswaterstaat nieuwe afsluitingen voorkomen kunnen worden.
Daarnaast benadrukt EVO dat Rijkswaterstaat op korte termijn de mogelijkheid van een aparte brug voor het vrachtverkeer moet onderzoeken. Dit is volgens EVO goedkoper dan herhaaldelijk groot onderhoud plegen om de bruggen bereikbaar te houden voor het vrachtverkeer. Als de oude brug alleen voor het lichtere personenverkeer ingericht wordt, kun je daar volstaan met een goede opknapbeurt. Voordelen zijn dan de lagere onderhoudskosten en het feit dat personenverkeer tijdens de werkzaamheden zonder vertraging kan doorrijden. Een ander belangrijk voordeel is dat de doorstroming voor alle weggebruikers verbetert, zeker wanneer er ook op de wegtrajecten voor en na de brug een aparte rijstrook voor het vrachtverkeer komt.
Verkeer en Waterstaat is een soortgelijk onderzoek gestart naar de restlevensduur van sluizen en stuwen in het hoofdvaarwegennet, net nu vorig jaar is gestart met een grootschalig programma om het achterstallig onderhoud op de vaarwegen aan te pakken. Deze aanpak duurt al veel te lang, namelijk tot 2018. De uitkomsten van het onderzoek naar de restlevensduur van de sluizen en stuwen mogen volgens EVO absoluut niet leiden tot het nog verder uitlopen van het wegwerken van achterstallig onderhoud. Integendeel, EVO wil dat Rijkswaterstaat zich maximaal inzet om de einddatum van 2018 te vervroegen.
EVO, Ondernemersorganisatie voor logistiek en transport