Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

Den Haag, 2 april 2008

Continuïteit levering generieke geneesmiddelen in gevaar

Verzekeraar kiest per product één aanbieder

Na het niet bereiken van overeenstemming tussen partijen over de problematiek rondom de kortingen en bonussen van apothekers, hebben verschillende zorgverzekeraars besloten om individueel preferentiebeleid te gaan invoeren. Zorgverzekeraar Uvit heeft reeds een lijst met 26 productcategorieën opgesteld waarbinnen uitsluitend het middel met de laagste prijs wordt vergoed. Hieronder bevinden zich geneesmiddelen waarvan de kortgedingrechter in Breda in januari van dit jaar oordeelde dat individueel preferentiebeleid ontoelaatbaar is. Uvit vergoedt voor haar verzekerden slechts één geneesmiddel van één aangewezen leverancier, tenzij er ook nog een andere leverancier is met eenzelfde prijs, voor de periode van 12 maanden. Bovendien moet elke leverancier vooraf verklaren de gehele (relevante) markt te kunnen voorzien. Door deze maatregel, en mogelijk eenzelfde beleid van andere verzekeraars, wordt in de toekomst de continuïteit van levering van generieke geneesmiddelen in gevaar gebracht. Generieke geneesmiddelen zorgen voor forse besparingen op het gebied van geneesmiddelenkosten.

Geneesmiddelenmarkt in gevaar
Bogin voorzitter drs. Frank Bongers: 'Het is belangrijk te melden dat door dit besluit van de zorgverzekeraar de continuïteit van levering van generieke geneesmiddelen onder druk komt te staan. Het is een stap die mogelijk door meer zorgverzekeraars zal worden gevolgd, want daar zijn duidelijke indicaties voor. Dit kan leiden tot uitsluiting van alle leveranciers, met uitzondering van de preferente leverancier, voor een product of een lijst van producten voor een periode van telkens één jaar. Overige aanbieders kunnen hun voorraden niet meer verkopen en/of deze moeten afbouwen en niet meer aanvullen. Op korte termijn zal het onmogelijk zijn om die generieke geneesmiddelen weer beschikbaar te krijgen voor de Nederlandse markt. Daarnaast is het onbegrijpelijk is dat de zorgverzekeraars kennelijk niet bereid zijn de uitspraak in hoger beroep van het Hof Den Bosch (verwacht op 22 april) af te wachten, maar maatregelen nemen die voor de generieke industrie grote gevolgen hebben. Geen enkel Europees land wil afhankelijk zijn van één leverancier voor een geneesmiddel. Bovendien worden door dit systeem oligopolies of monopolies geschapen, waardoor prijsverhogingen op termijn realistisch zijn. In een dergelijke situatie zullen de beoogde kostenbesparingen niet worden behaald. Deze ontwikkeling is niet goed voor een stabiele geneesmiddelenvoorziening voor patiënten. Generieke geneesmiddelen zorgen al jaren voor aanzienlijke besparingen in de kosten van de geneesmiddelenvoorziening, wat resulteert minder premiestijging voor verzekerden.'



Ingezonden persbericht