Rouvoet maant provincies tot betere prestaties in de jeugdzorg
Minister Rouvoet van Jeugd en Gezin heeft met de 15 provincies en grootstedelijke regio's afspraken gemaakt dat zij op diverse gebieden actie ondernemen om de prestaties van de zorg bij opvoed- en opgroeiproblemen sneller te verbeteren. Uiterlijk half mei moeten zij hem de uitwerking van de verbeteringen melden. Daarnaast hebben de provincies toegezegd dat zij een uiterste inspanning leveren om binnen een maand wachtlijstcijfers te leveren volgens de definitie, dat kinderen op die wachtlijst langer dan negen weken geen enkele vorm van zorg hebben ontvangen.
Dat schrijft minister Rouvoet in een brief aan de Tweede Kamer. Begin februari bleek dat er grote verschillen zijn tussen de provincies in het wegwerken van de wachtlijsten in de jeugdzorg. Om die reden heeft Rouvoet de afgelopen weken met alle partijen de aanpak van de jeugdzorg besproken. Uit die gesprekken bleek dat niet alle provincies het totaal aan instrumenten benutten dat effectief is om uit de huidige middelen en mogelijkheden het optimale effect te halen.
In het besef dat een aanpak alleen gericht op méér geld, méér hulpverleners en/of méér zorg ontoereikend is, hebben de gedeputeerden/bestuurders zich gecommiteerd om op een aantal terreinen direct aan de slag te gaan. Elke provincie maakt prestatie-afspraken met de zorgaanbieders. Daarnaast zullen zij het te verwachten beroep op de verschillende vormen van zorg beter in kaart brengen.
Provincies zullen afspraken maken met gemeenten over de versterking van het lokale preventieve jeugdbeleid. En zij zullen zich samen met de bureau's jeugdzorg voorbereiden op de nieuwe financieringssystematiek, waarin de duur en omvang van de zorg niet meer wordt opgenomen in het indicatiebesluit. Daardoor kan het indicatieproces sneller en eenvoudiger. Ook maakt elke provincie afspraken met aanbieders over de inzet van extra middelen. Zij spreken de aanbieders aan als de resultaten niet snel genoeg worden vastgelegd.
Uit de gesprekken is tevens gebleken dat de provincies, in afwijking van wat hen is gevraagd, de kinderen die (niet geïndiceerde) vervangende zorg ontvingen in de vorm van licht ambulante zorg, hebben meegeteld bij de wachtlijstcijfers die per 1 januari 2008 zijn aangeleverd. Hij heeft met hen afgesproken dat zij zich tot het uiterste zullen inspannen om de jongste wachtlijstcijfers, én die van 1 januari 2008, volgens de gevraagde definitie binnen één maand aan hem te leveren.
Noot voor redacties (