Raad van State
dinsdag 1 april 2008
10.00 uur
Zitting over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten
van Zuid-Holland van het bestemmingsplan "Oostvlietpolder" van de
gemeente Leiden. Het plan heeft betrekking op de Oostvlietpolder en de
naastgelegen Hofpolder. Het gebied wordt momenteel hoofdzakelijk
gebruikt als grasland voor melkrundveehouderijen. Het plan voorziet in
de aanleg van een bedrijventerrein van ongeveer 35 hectare. Dit moet
komen te liggen langs de Europaweg en gedeeltelijk langs de rijksweg
A4. Onder meer de Vereniging Vrienden Oostvlietpolder, de Stichting
Belangenbehartiging Oostvlietpolder, Recreatiecentrum Vlietland en de
Vereniging Bewoners Vrouwenweg uit Leiden komen tegen het
goedkeuringsbesluit in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van
de Raad van State. Zij vinden onder meer dat de noodzaak voor de
aanleg van het bedrijventerrein niet is aangetoond en dat het in
strijd is met het streekplan. Verder vinden zij dat er onvoldoende
onderzoek is gedaan naar de gevolgen voor de luchtkwaliteit en naar de
doorstroming van verkeer in het gebied. Een vorig goedkeuringsbesluit
van de provincie over het bestemmingsplan is eerder vernietigd door de
Raad van State. Deze uitspraak van 20 april 2005 met zaaknummer
200406300/1 is te vinden op de deze site. (200700614/1)
10.00 uur
Zitting over de ontgrondingsvergunning die het college van
gedeputeerde staten van Zuid-Holland heeft verleend voor de winning
van 4.7 miljoen m³ kalkzandsteenzand in de gemeente Katwijk en in de
Ommedijkspolder in de gemeente Wassenaar. Het kalkzandsteenzand wordt
onder meer gebruikt voor baksteen. Het gaat om de ontgronding die
plaatsvindt in het Valkenburgse Meer. De vergunning maakt een
uitbreiding van de winning met 2.9 miljoen m³ mogelijk. Het
Hoogheemraadschap van Rijnland is het niet eens met de vergunning en
komt in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van
State. Het vreest voor beschadiging van de oevers van het meer. Ook de
ontgronder Van Herwaarden Beheer B.V. komt in beroep. Het bedrijf is
het niet eens met de voorwaarde in de vergunning, dat hij maandelijks
het chloridegehalte in het water moet meten. (zaaknummer 200704348/1)
10.00 uur
Zitting over het verzoek van de stichting voor Katholiek Primair
Onderwijs Amersfoort e.o. aan de gemeenteraad van Amersfoort om
vergoeding van inbraakschade. In een school van de stichting aan de
Zeldertsedreef in Amersfoort vond in januari 2005 een inbraak plaats
waarbij meerdere laptops zijn gestolen. Volgens de stichting is de
gemeente gehouden die schade te vergoeden omdat sprake is van spullen
die voor het onderwijs worden gebruikt. De gemeente heeft het verzoek
echter geweigerd, omdat de laptops zijn geleased en niet aangeschaft.
De stichting is het daar niet eens en is in hoger beroep gekomen bij
de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Eerder is zij
door de rechtbank in Utrecht in het ongelijk gesteld. (zaaknummer
200705095/1)
10.45 uur
Zitting over de weigering door de gemeente Haarlem om een islamitische
basisschool op te nemen in het plan van scholen 2007-2009. Het gaat om
de Al Ikhlaasschool. Opname in het plan betekent dat de school voor
bekostiging in aanmerking komt. De school is niet opgenomen omdat
volgens de gemeente niet is aangetoond dat de school voldoende
leerlingen kan trekken. De Stichting Islamitische Scholen El-Amal is
het daar niet mee eens en komt in beroep bij de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij vindt dat de gemeente
een onjuiste meetmethode heeft gehanteerd om de belangstelling voor de
school te bepalen. In een eerder beroep is zij door de
staatssecretaris van OC&W in het ongelijk gesteld. (zaaknummer
200705509/1)
12.15 uur
Zitting over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten
van Noord-Brabant van het bestemmingsplan "Werkgebied Kantsingel-Van
Speykstraat" van de gemeente Oss. Het plan voorziet in een nieuw
industrieterrein in het gebied. Verschillende omwonenden komen tegen
het goedkeuringsbesluit in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak
van de Raad van State. Zij vinden dat er geen noodzaak bestaat voor
een nieuw industrieterrein omdat in naastgelegen industrieterreinen
volgens hen sprake is van leegstand. Verder vrezen zij voor
geluidsoverlast en verslechtering van de luchtkwaliteit. (zaaknummer
200701601/1)