Ingezonden persbericht
Geert Wilders heeft gewoon wat liefde nodig
Die arme Geert, na het zien van Fitna weet de maker van watliefdevoorwilders.nl het zeker. Hij heeft gewoon wat liefde nodig. Een hand op zijn schouder, wat bemoedigende woorden. Misschien zelfs een knuffel. Zulke gebaren doen waarschijnlijk zijn haat wel smelten. Helaas gooien zijn bodyguards roet in het eten. Met woeste gebaren houden zij de politicus verstoken van liefde. En zo blijft Geert verbitterd en alleen op zijn eilandje. En nog erger, sleept het hatelijke en oppervlakkige debat zich in de Nederlandse samenleving voort. Met de site WatLiefdevoorWilders.nl wil de 22-jarige fulltime blogger Ernst-Jan Pfauth de liefde de boventoon in Nederland te laten voeren. Make love, not movies.
Op de website kunnen mensen een vriendelijke boodschap voor de inmiddels wereldberoemde politicus achterlaten. Politieke statements worden niet gewaardeerd, het gaat er puur om dat ieder mens warmte nodig heeft. Ernst-Jan hoopt op de site - die een hoog zuurstokgehalte heeft - een mooie collectie van aardige berichten op te bouwen. "Ik word dat gescheld in actualiteitenprogramma's en de kranten een beetje zat. Het leek me daarom wel tijd voor een verfrissend tegengeluid. Tijdens een lunch op mijn kantoor kwam ik met een collega tot de conclusie dat Geert Wilders gewoon wat liefde nodig heeft. Een beetje warmte zou hem wellicht goed doen. Zo ontstond het idee voor watliefdevoorwilders.nl", aldus Ernst-Jan.
Mensen die het met Ernst-Jan eens zijn, kunnen een badge met teksten als 'Geert heeft gewoon wat liefde nodig' en 'make love, not movies' op hun website, blog of Hyvesprofiel zetten om aan te tonen dat ook zij genoeg hebben van de negatieve stemming in dit land. Zo hoopt Ernst-Jan een positieve campagne op te zetten.
Ernst-Jan Pfauth is hoofdredacteur van communicatieblog Spotlight Effect en het internationale Web 2.0 blog The Next Web. Voordat hij begon met bloggen liep hij stage als correspondent voor Inter Press Service in het hoofdkwartier van de Verenigde Naties te New York.
Ingezonden persbericht