antwoorden op Kamervragen over het Beheerplan Voordelta
31 maart 2008 - kamerstuk
Directie Regionale Zaken
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
6 maart 2008 2070813870
DRZw. 2008/1279 31 maart 2008
onderwerp bijlagen
Beheerplan Voordelta
Geachte Voorzitter,
Hierbij zend ik u, ter aanvulling op mijn beantwoording van 19 februari 2008, de ant-
woorden op de vragen van het lid Koppejan (CDA) over het Beheerplan Voordelta.
1.
Bent u bekend met het artikel `Antwoorden Verburg verbazen Pvis- Maximale voor visserij
Voordelta'? 1)
Ja.
2.
Bent u bekend met de Passende beoordeling huidig en toekomstig gebruik in Natura 2000-
gebied Voordelta, waarin wordt geconcludeerd dat het huidige gebruik geen significante
effecten heeft op habitattype 1110 mits het bodemcompensatiegebied wordt ingesteld en
de visserij-intensiteit niet toeneemt? Zo ja, hoe kunt u verklaren dat de boomkorvisserij in
het conceptbeheerplan toch een Natuurbeschermingswetvergunning nodig heeft? Deelt u
de mening dat indien aan deze voorwaarden wordt voldaan, de visserij binnen het
beheerplan kan worden gereguleerd?
a. Ja, in de passende beoordeling wordt geconcludeerd dat de boomkorvisserij geen
significant negatieve effecten heeft indien een bodembeschermingsgebied en
rustgebieden worden ingesteld en er geen verandering plaatsvindt in de visserij-
intensiteit.
b. De boomkorvisserij heeft toch een natuurbeschermingswetvergunning nodig omdat:
i. In de passende beoordeling wordt aangegeven dat van alle typen
sleepnetvisserij in het gebied Voordelta, de boomkorvisserij het
grootste effect heeft vanwege de relatief diepe bodemverstoring en de
intensiteit van bevissing.
ii. Tevens wordt aangegeven dat gelet op de aard en omvang van de
boomkorvisserij, significant negatieve effecten op habitattype 1110b
niet bij voorbaat zijn uit te sluiten.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
31 maart 2008 DRZw. 2008/1279 2
iii. De instelling van het bodembeschermingsgebied kan leiden tot een
herverdeling van visserijactiviteiten over de resterende visgronden,
waardoor de intensiteit kan toenemen. Om negatieve effecten van
deze herverdeling uit te sluiten is het nodig de huidige visserij-
inspanning in het bodembeschermingsgebied na instelling van het
bodembeschermingsgebied te reguleren.
iv. dit een, meer globale, passende beoordeling op planniveau betreft
waarin geconcludeerd wordt dat significant negatieve effecten niet
zijn uit te sluiten. Dit betekent dat vrijstelling via het beheerplan niet
mogelijk is en het noodzakelijk is een verdere afweging te maken op
project/activiteit niveau in het kader van de vergunningverlening.
c. Gelet op het bovenstaande ben ik tot de conclusie gekomen dat gezien het feit dat de
effecten niet zijn uit te sluiten en deze afhankelijk zijn van de aard en omvang van de
visserij er voor het beheerplan geen andere keuze is dan het vergunningplichtig
maken van deze activiteit. Het regiem voor de boomkorvisserij is daarmee gelijk aan
hetgeen in het concept beheerplan is opgenomen voor de schelpdier- en
garnalenvisserij.
3.
Op welke gronden komt u in uw antwoord op mijn eerdere vragen over het Beheerplan
Voordelta tot een andere conclusie over de significantie van de effecten van de boomkor-
visserij >260pk dan in de Passende beoordeling wordt getrokken?
Ik ben niet tot een andere conclusie gekomen. In beginsel kan visserij onder voorwaarden,
die worden opgenomen in een vergunning, plaatsvinden.
4.
Hoe kunt u verklaren dat er geen verbod geldt voor de boomkorvisserij > 260 pk voor de
Voordelta, maar er wel een vergunning nodig is om dit type visserij toe te staan?
Op basis van de passende beoordeling, die op planniveau is gemaakt, is in het beheerplan
opgenomen dat de boomkorvisserij groter dan 260 pk buiten het
bodembeschermingsgebied op basis van een vergunning in beginsel voortgang kan
vinden. Buiten het bodembeschermingsgebied geldt dan ook geen verbod voor de
boomkorvisserij, maar kan het onder voorwaarden worden toegestaan. Die voorwaarden
worden opgenomen in de vergunning Nb-wet ter bescherming van de, gelet op de
relevante instandhoudingsdoelstellingen, in het Natura 2000-gebied Voordelta aanwezige
natuurlijke kenmerken.
5.
Bent u op grond van een Passende Beoordeling bereid uw beleid ten aanzien van de
boomkorvisserij >260pk in het Beheerplan Voordelta te herzien?
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
31 maart 2008 DRZw. 2008/1279 3
Neen, de passende beoordeling en de daarin opgenomen compensatie voor Maasvlakte 2
laat geen andere mogelijkheid dan het vergunningplichtig maken van de boomkorvisserij.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit