BouwNed

`Trek voldoende geld uit voor ruimtelijke kwaliteit' 31-03-2008

Ruimtelijke kwaliteit is niet alleen een kwestie van plannen maken, maar ook een kwestie van geld. Te vaak wordt bij gebiedsontwikkelingsprojecten niet het kwaliteitsniveau gerealiseerd dat partijen bij het begin van het proces in gedachten hadden. In de loop van het proces wordt uit oogpunt van bezuiniging namelijk vaak in het plan gesneden. Dat gaat ten koste van de (uiteindelijke) kwaliteit van de ruimte.

Voldoende geld reserveren voor ruimtelijke kwaliteit. In het besef dat niet alle gewenste ontwikkelingen uit de grondexploitatie (van rode functies) kunnen worden bekostigd. Zo luidt het advies van Bouwend Nederland, in reactie op de eerste contouren van een visiedocument van het Rijk op architectuur en ruimtelijk ontwerp. Dit stuk moet in de loop van het voorjaar van 2008 het licht zien.

Het betreft een gezamenlijke visie van de ministeries van VROM WWI en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap die wordt opgesteld in samenspraak met de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Verkeer en Waterstaat, Buitenlandse Zaken en Economische Zaken. Het doel is om op alle schaalniveaus de ontwerpkwaliteit te versterken.

Dat is nodig, zo vindt het Rijk. In de ruimtelijke ordening gaat het te vaak om aantallen, bijvoorbeeld woningen, of om hectares bedrijventerreinen en natuurgebieden. Te weinig wordt gesproken over de kwaliteit van het ruimtelijk ontwerp én het waarborgen hiervan in de uitvoeringspraktijk.

Het kabinet streeft ernaar om burgers in 2011 tevredener te laten zijn met hun woon- en leefomgeving. Het gaat daarbij om functionaliteit en goede vormgeving van - ook stedelijke - landschappen, recreatief groen, de tijdige aansluiting van nieuwe stedelijke locaties op openbaar vervoer en andere infrastructurele voorzieningen, een goede inpassing van woon- en bedrijfslocaties en aandacht voor de milieukwaliteit.

Omdat ruimtelijke kwaliteit zich niet in absolute grootheden laat vastleggen, maar van gebied tot gebied steeds opnieuw moet worden benoemd, is de borging ervan in ruimtelijke planvormingsprocessen van cruciaal belang. De visie moet antwoord geven op de vraag hoe dit kan worden gerealiseerd.

Ruimte is schaars
Bouwend Nederland steunt het initiatief van het Rijk om een visiedocument over architectuur en ruimtelijk ontwerp op te stellen. De ruimte in Nederland (vooral in de Randstad) is schaars en vraagt alleen daarom al om een zorgvuldige invulling. Ruimtelijke ingrepen zijn bovendien voor lange tijd bepalend voor het aanzien van de gehele gebouwde omgeving en als zodanig op de (beleving van de) leefomgeving.

Meervoudig ruimtegebruik, combinatie van functies, ondergronds bouwen en dergelijke bieden tal van mogelijkheden voor een duurzaam gebruik van de ruimte en zouden ook veel meer moeten worden toegepast. De visie kan mogelijkheden aanreiken om dat te bereiken.

Tegelijkertijd merkt Bouwend Nederland op dat het visiedocument zich moet beperken tot het stellen van slechts de randvoorwaarden van ruimtelijke kwaliteit. Op die manier blijft het ook in lijn met de Nota Ruimte, waar immers een belangrijke rol wordt toegedicht aan de decentrale overheden.

Cruciaal wordt dan ook de vraag hoe de visie uiteindelijk zal worden vertaald in bestemmingsplannen en welstandsnota's. Tevens zal de rol van de burger bij ruimtelijke ontwikkelingen als `co-producent van cultuur' nader moeten worden ingevuld.

Eén van de doelstellingen van de visie is verder om culturele ambities op het gebied van de ruimtelijke kwaliteit expliciet in planprocessen in te bouwen. Bouwend Nederland waarschuwt ervoor dat dit niet mag resulteren in (nog) meer administratieve en procedurele rompslomp. Dit zou namelijk de nekslag kunnen zijn voor creatieve en innovatieve ontwerpen.