Antwoorden op kamervragen van Wiegman-van Meppelen Scheppink over de wachtlijsten bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DLZ-K-U-2836003
25 maart 2008
Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op vragen van het lid
Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie) over de wachttijden bij
het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). (2070813030)
Vraag 1.
Hoe staat het op dit moment met de doorlooptijd van herindicaties bij
het CIZ? 1)
Antwoord 1.
In de Trendrapportages van het CIZ is waar het gaat om de
doorlooptijden geen onderscheid gemaakt naar nieuwe aanvragen voor een
indicatie of die voor een herindicatie. De doorlooptijd van specifiek
de aanvragen voor herindicaties zijn dan ook niet bekend. In
tegenstelling tot bij eerste aanvraag voor een AWBZ-indicatie, zijn
bij een aanvraag in het kader van een herindicatie de (medische)
gegevens van de aanvrager bij het CIZ al bekend en kan in de regel het
herindicatiebesluit < 6 weken worden afgegeven.
Vraag 2.
Is het u bekend dat er meer budgethouders in de problemen geraken door
vertragingen bij het CIZ bij herindicaties?
Antwoord 2.
Mij zijn daarover geen berichten bekend.
Vraag 3.
Wat is het beleid als een herindicatie niet binnen de wettelijke
termijn wordt afgehandeld?
Antwoord 3.
Op een aanvraag voor een (her)indicatie dient het indicatieorgaan op
grond van artikel 12, lid 1 van het Zorgindicatiebesluit binnen zes
weken nadat de aanvraag is ingediend een indicatiebesluit vast te
stellen. Het is van belang dat de budgethouder de uit het gesloten
zorgcontract voortvloeiende financiële verplichtingen tijdig kan
nakomen. Reden, waarom aanvragen van een houder van een
persoonsgebonden budget (pgb) voor een herindicatie door het CIZ bij
voorrang worden behandeld. Het bij voorrang afhandelen van aanvragen
voor een herindicatie in geval van een pgb is opgenomen in de
werkinstructies van het CIZ voor haar medewerkers. In combinatie met
het feit dat, zoals in het antwoord op vraag 1 aangegeven, bij een
aanvraag voor een herindicatie cliënten al bij het CIZ bekend zijn,
kan en is de doorlooptijd van aanvraag tot besluit in de regel kort en
binnen de wettelijke termijn van zes weken.
Vraag 4.
Hoe liggen de verantwoordelijkheden tussen CIZ en het Zorgkantoor
rondom herindicaties, en hoe functioneert dat in de praktijk?
Antwoord 4.
Het CIZ stelt een indicatiebesluit vast naar aanleiding van een bij
haar binnengekomen aanvraag voor een herindicatie. In de regel vraagt
de indicatiesteller naar de voorkeur van cliënt voor een pgb of zorg
in natura. Het indicatiebesluit wordt via het AZR doorgestuurd naar
het zorgkantoor in de desbetreffende regio. Het is uiteindelijk het
regionale zorgkantoor dat de zorg in de vorm van een pgb of zorg in
natura toekent. Het tijdig aanvragen van een herindicatie is overigens
de verantwoordelijkheid van de cliënt, al dan niet in overleg met zijn
zorgaanbieder(s).
Vraag 5.
Hoe wordt voorkomen dat pgb-houders (persoonsgebonden budget)
financieel opdraaien voor de achterstanden bij het CIZ?
Antwoord 5.
Zie het antwoord op vraag 3.
Vraag 6.
Wat gaat u ondernemen om ervoor te zorgen dat het CIZ de achterstanden
verder wegwerkt?
Antwoord 6.
In het kader van de Flexibilisering Werkprocessen (FWP) bij het CIZ,
als onderdeel van de operatie vereenvoudiging van het proces van
indicatiestelling, is een digitale Aanmeld Functionaliteit in
ontwikkeling waarbij zorgaanbieders namens hun cliënt digitaal een
(her)indicatie-advies kunnen indienen. Ik heb de Tweede Kamer daarover
bij brief van 12 oktober 2007 (Kamerstukken II, 26 631, nr. 227)
geïnformeerd. Bij het CIZ vindt digitaal een scheiding plaats van hoog
en laag risico aanvragen voor een (her)indicatie. De aanvragen met een
laag risico worden direct van een (her)indicatiebesluit voorzien met
een steekproefsgewijze toetsing achteraf door het CIZ. De aanvragen
met een hoog risico zullen eerst na onderzoek en beoordeling door het
CIZ in de regel < 6 weken van een indicatiebesluit worden voorzien.
De bedoeling is de belasting rondom (her)indicaties te verminderen,
waardoor daarvoor eerder besluiten kunnen worden afgegeven en er voor
het CIZ meer ruimte ontstaat voor het leveren van maatwerk in complexe
cases.
1) individuele contacten met pgb-houders en belangenvereniging Per
Saldo