Antwoord op Kamervragen over besmettingsgevaar Echinococcus Granulosis voor mensen en dieren
25 maart 2008 - kamerstuk
Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
6 maart 2008 2070814030
VD. 2008/570 25 maart 2008
onderwerp bijlagen
Kamervragen over besmettingsgevaar
Echinococcus Granulosis voor mensen
en dieren
Geachte Voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Thieme (PvdD) over
besmettingsgevaar Echinococcus Granulosis voor mensen en dieren.
1
Kent u het bericht `Nieuwe worm in rundvee door import'? 1)
Ja.
2
Hoeveel met blaasworm (Echinococcus Granulosis) besmette runderen zijn er in 2007
vanuit Roemenië naar Nederland geïmporteerd?
De besmettingsgraad van Roemeense runderen is niet zonder meer exact vast te stellen.
De VWA heeft wel in het kader van de slachthuiskeuring in de periode 2007/begin 2008 in
totaal acht dieren positief bevonden door middel van laboratoriumonderzoek.
De Gezondheidsdienst voor Dieren maakt melding van vier additionele positieve gevallen
bij ingezonden sectiemateriaal van Roemeense runderen. In totaal gaat het dus om twaalf
positieve runderen.
3 en 4
Kunt u uiteenzetten in hoeverre deze blaasworm, naast runderen, ook besmettelijk is voor
andere dieren en mensen? Kunt u daarbij uiteenzetten welke gezondheidsrisico's een
wormbesmetting veroorzaakt en of de besmetting dodelijk kan zijn?
Kunt u uiteenzetten op welke wijze de worm overgebracht wordt van dier op dier en van
dier op mens en op welke wijze dit voorkomen kan worden?
De levenscyclus van de hondenlintworm Echinococcus verloopt via een besmetting van de
eindgastheer (honden en hondachtigen) door een zogenaamde tussengastheer.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
25 maart 2008 VD. 2008/570 2
De mens is, net als het rund, schaap en geit, een tussengastheer. Hij kan worden besmet
door het eten van de eieren van de lintworm zelf of door bijvoorbeeld met hondenfeces
verontreinigde grond, voedsel of water. De mens wordt dus niet besmet door het eten van
geïnfecteerd vlees van andere tussengastheren.
Indien een mens wordt besmet, zijn de risico's sterk afhankelijk van de plek in het lichaam
waar de blaasworm zich ontwikkelt en de grootte daarvan. De meeste cysten geven geen
klachten en zullen niet worden ontdekt. Maar de infectie kan ook ernstiger verlopen en
soms dodelijk eindigen. Medische behandeling is mogelijk.
Preventieve maatregelen bestaan, naast algemene menselijke hygiëne, uit bijvoorbeeld
het ontwormen van honden en het voorkomen van het voeren van (onbehandeld) slacht-
afval aan honden. Het eten van slachtafval is de belangrijkste infectiebron voor honden.
5
Bent u voornemens maatregelen te treffen om besmetting met blaasworm bij mens en dier
tegen te gaan? Zo ja, welke en binnen welke termijn? Zo neen, waarom niet?
Ik ben niet voornemens om extra maatregelen te nemen. Het pakket aan huidige preven-
tieve maatregelen in Nederland acht ik voorlopig voldoende om het risico van besmetting
van de mens adequaat te pareren. Zo heeft de VWA reeds eerder gereageerd door extra
aandacht te besteden aan de keuring van runderen met een verhoogd risico. Tevens
worden de risico's van deze importen door experts nader in kaart gebracht.
6
Deelt u de mening dat de controle op de import van runderen, met het oog op dieren-
welzijn, diergezondheid en de veiligheid van diervoeders aangescherpt dient te worden?
Zo ja, bent u bereid hiervoor een toetsingskader te ontwikkelen? Zo neen, waarom niet?
Zie ook antwoord 5. De voorwaarden voor de import van levende runderen zijn vastgelegd
in Europese regels. Mocht het onderzoek van de experts nieuwe inzichten opleveren, dan
zal ik overwegen om dit op Europees niveau onder de aandacht te brengen.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
1) Agrarisch Dagblad, 3 maart 2008
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit