Meer geld voor werk en bereikbaarheid regio
18 maart 2008
Principeakkoord over regiospecifiek pakket Zuiderzeelijn
Namens de stuurgroep Zuiderzeelijn heeft de voorzitter, Max van den
Berg, met minister Eurlings een principeakkoord bereikt over het
Regiospecifiek pakket als compensatie voor het afblazen van de aanleg
van de Zuiderzeelijn. De afgelopen weken is met het Rijk gesproken
over de samenstelling van en de spelregels voor het Regiospecifiek
pakket, dat bestaat uit drie onderdelen: een regionaal
bereikbaarheidspakket, een ruimtelijk-economisch programma en een
regionaal mobiliteitsfonds. Hiervoor komt EUR 2,83 miljard
beschikbaar, waarvan EUR 2,16 miljard rijksbijdrage is (inclusief 160
miljoen motie Koopmans) en EUR 0,67 miljard de bijdrage uit de regio.
De onderhandelingen met het rijk hadden de inzet onze ambities met de
projectenlijst in het regionaal mobiliteitsfonds in stand te houden.
Al hadden we toch liever gezien dat de Zuiderzeelijn werd aangelegd,
met dit akkoord is een substantieel bedrag binnen gehaald om een
belangrijke impuls te geven aan de bereikbaarheid van en in de regio
te verbeteren en economische projecten te realiseren. De projecten in
de drie pakketten zijn gericht op structuurversterking, meer werk en
banen en verbeteren van de bereikbaarheid via openbaar vervoer en weg.
Regionaal bereikbaarheidspakket
Het bereikbaarheidspakket bestaat uit aantal concrete projecten
waarvan rijk en regio gezamenlijk hebben vastgesteld, dat deze op
goede wijze aansluiten bij de beoogde doelen. Voor dit pakket is ca.
EUR 1,1miljard beschikbaar.
Ter verbetering van de bereikbaarheid zijn de volgende openbaar
vervoerprojecten aangewezen:
* spoor Zwolle-Herfte;
* spoor boog Hoogeveen;
* spoor Leeuwarden-Groningen;
* spoor Zwolle-Groningen (overwegveiligheid + Europapark);
* spoor Zwolle-Leeuwarden (overwegveiligheid);
* stations Assen-Zuid/Leeuwarden-Werpsterhoek;
* kolibri trein Groningen/Veendam; opwaardering stations; kolibri
regionale Q-liners en een aantal overige maatregelen waaronder
toegankelijkheid perrons.
Op het gebied van weg-infrastructuur zijn de volgende projecten in
beeld:
* bereikbaarheid Leeuwarden;
* bereikbaarheid gebiedsontwikkeling Assen FlorijnAs;
* A7: zuidelijke ringweg Groningen;
* N50 Ramspol-Ens.
Regionaal mobiliteitsfonds
Het fonds van ca. EUR 990 miljoen is beschikbaar voor projecten, die
in principe kunnen worden gerealiseerd voor 2020. De inzet van
middelen uit het mobiliteitsfonds is een decentrale
verantwoordelijkheid.
Voor het verbeteren van het openbaar vervoer zijn de volgende
projecten in beeld:
* aanleg spoorlijn Heerenveen - Drachten - Groningen;
* Kolibri 2e fase (2e tramlijn uit het Regiotram concept);
* Veenkoloniën: spoorlijn Veendam-Stadskanaal;
* verbetering spoorlijn Emmen - Coevorden - Zwolle.
Ter verbetering van de weg-infrastructuur heeft de regio de volgende
projecten opgevoerd:
* bereikbaarheid gebiedsontwikkelingen: Emmen-centrum, Centrale Zone
Groningen, Noordoost Fryslân/centrale as en Heerenveen;
* bereikbaarheid Lauwersmeergebied;
* A7 knooppunt Joure;
* N31 traverse Harlingen.
Ruimtelijk-economisch pakket
In het ruimtelijk-economisch programma is ruimte voor projecten
gericht op economische ontwikkeling en het creëren van banen. Dit
pakket bestaat uit 12 programmalijnen: Energie, Watertechnolgie,
Sensortechnologie, Lifesciences, Agribusiness, Chemie, Toerisme,
Metaal en scheepsbouw, Algemeen MKB-beleid, Arbeidspotentieel,
Vestigingslocaties en Woon- en leefklimaat. Het REP-budget is EUR 600
miljoen bestaande uit de volgende bijdragen: rijk EUR 300 miljoen,
kennisinstellingen/markt EUR 200 miljoen en decentrale overheden EUR
100 miljoen. Hierbij ligt de besluitvorming voor eenderde gedeeld met
ministerie van Economische Zaken en voor tweederde in de regio. Er
wordt ruimte geboden om projecten met uitstraling snel uit te voeren.
Afronding
Het principeakkoord wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de staten van
de vier provincies. Gevraagd wordt het akkoord te onderschrijven
inclusief de bijbehorende regionale cofinanciering. Tegelijkertijd
wordt per provincie met alle belanghebbende gemeenten overleg gevoerd
over het principeakkoord. De resultaten van deze afstemming worden
betrokken bij de besluitvorming van de staten. De besluitvorming door
de raden is in een latere fase voorzien bij de definitieve
vaststelling van de uitvoeringsplannen en de beschikbaarstelling van
de regiobijdrage per project.
18 maart 2008
Provincie Groningen