Nederlands Vaccinatie Instituut
Nederland helpt ontwikkelingslanden met kennis over griepvaccin
vrijdag, 14 maart 2008
De World Health Organization (WHO) vreest dat bij een uitbraak van een
grieppandemie veel ontwikkelingslanden zonder griepvaccin blijven
zitten. Daarom heeft de WHO het NVI gevraagd een productieproces voor
griepvaccin ontwikkelen voor vaccinproducenten in ontwikkelingslanden.
Algemeen directeur Lucas Elting van het NVI tekende hiervoor een
overeenkomst met de WHO.
Als er een grieppandemie uitbreekt, wat veel deskundigen verwachten,
loopt de hele wereldbevolking gevaar en is mondiale vaccinatie
noodzakelijk. Probleem is dat de huidige wereldwijde
productiecapaciteit ophoudt bij zo'n 350 miljoen doses, die vooral
bestemd zijn voor de westerse wereld. Na een uitbraak zou een
aanzienlijk deel van de bevolking van de lage- en middeninkomenslanden
buiten de boot vallen omdat er geen vaccin beschikbaar is.
Zelf doen
De vaccinindustrie heeft zonder marktgaranties weinig ambitie om de
productiecapaciteit voor ontwikkelingslanden uit te breiden. De
industrie stelt veel voorwaarden en het kost veel tijd.
Ontwikkelingslanden willen daarom graag zelf stappen nemen om de
pandemiedreiging het hoofd bieden, en hebben de WHO gevraagd om
toegang tot meer productiekennis over influenzavaccin. De WHO wil dat
er in een aantal van deze landen productiefaciliteiten komen, zodat
als het nodig is, ook daar pandemisch griepvaccin gemaakt kan worden.
De WHO benaderde het NVI in april 2007 met de vraag om een makkelijk
opschaalbaar en overdraagbaar productieproces voor griepvaccin te
ontwikkelen. In december 2007 tekende NVI-directeur Lucas Elting een
overeenkomst met de WHO.
Technology transfer
Otto de Boer, projectleider van het NVI-project dat voluit
'International Technology Platform for Influenza Vaccine' heet:
'Belangrijk doel van de WHO is de wereldwijde productiecapaciteit voor
influenzavaccin drastisch te verhogen. In deze strategie past
technology transfer. Als onderdeel van dit brede programma gaat het
NVI een simpel, maar robuust productieproces (gebaseerd op eieren)
ontwikkelen voor griepvaccin. Als het productieproces op pilot-schaal
goed is en getest, willen we het aan vaccinpartners overdragen voor
productie op grotere schaal. In eerste instantie gaat het om gewoon
griepvaccin (seasonal flu), als dat allemaal goed loopt, gaan we
pandemisch griepvaccin maken.'
Eerste trainingen
De eerste stappen zijn inmiddels genomen. Het NVI hoopt eind dit jaar
de ruimte gereed te hebben en de apparatuur te kunnen plaatsen. Otto
de Boer: 'Na de testfase kunnen we dan in 2009 beginnen met het
productieproces. Voor die tijd wordt een productieproces ontwikkeld op
laboratoriumschaal. Half 2009 hopen we zover te zijn dat we de eerste
drie productieruns aan de WHO kunnen overleggen. Dat is ook het moment
waarop de eerste trainingen zullen gaan starten. Bedoeling is om twee
keer per jaar een groepscursus te realiseren. Wie de producenten zijn
aan wie de grieptechnologie wordt overgedragen, is nog niet bekend.
Zij worden eerst door de WHO geselecteerd. Vast staat wel dat zij
onder de voorwaarden van de WHO moeten werken om een geregistreerd
product te kunnen maken.' De opzet is dat het NVI de gekozen
vaccinproducenten na de trainingen ter plaatse gaat ondersteunen,
zoals past in technology transfer. De WHO streeft om te beginnen naar
een vijfjarige samenwerking met het NVI.