ChristenUnie
Overleg over de sociale veiligheid in het OV
Overleg over de sociale veiligheid in het OV
donderdag 13 maart 2008 15:43
De heer Cramer (ChristenUnie) kan de oproep van de heer Veenman wel
waarderen. Het is alleen maar goed als mensen elkaar aanspreken op
hinderlijk of gevaarlijk gedrag en niet voor elk wissewasje een
gezagsdrager
of justitie moeten inschakelen.
Het is een belangrijke toezegging dat de hoofdconducteurs die hun
geweldsbevoegdheid willen behouden, de gelegenheid krijgen tot het
volgen van een opleiding. Wanneer zullen de 600 fte boa's met
geweldsbevoegdheid,
die nodig zijn om de mobiele teams te bemensen, beschikbaar
zijn? Schriftelijk is toegezegd dat de conducteurs die vrijwillig
deelnemen
aan de cursus, niet twee dagen in de week zullen worden ingezet
in de vliegende teams, maar alleen met enige regelmaat om vaardigheden
op peil te kunnen houden. Wat mag worden verstaan onder «met enige
regelmaat»?
FNV Bondgenoten heeft deze week de alarmbel geluid over de werkdruk
van conducteurs en het hoge ziekteverzuim onder deze groep. Dit
signaal
van de vakbond hangt wellicht samen met het voornemen van de NS om
naast hoofdconducteurs ook servicemedewerkers op de trein in te
zetten.
Een forse groeiambitie op het spoor vraagt echter ook om meer
personeel.
De heer Cramer memoreert dat een aantal jaren geleden ook al
sprake was van grote personeelstekorten die tot veel onrust leidden.
Hij zit
niet op een herhaling daarvan te wachten. NS is al bezig met het
werven
van extra conducteurs. Is dit echter voldoende? Heeft de minister
hierover
gesproken met de NS en kan hij inzicht geven in de
personeelsontwikkelingen,
inclusief de behoefte in de toekomst?
De heer Cramer is ten slotte blij met de uitvoering van de motie
inzake het
OV-loket en ziet uit naar een goede samenwerking tussen de klant en
het
openbaar vervoer.
Nadere gedachtewisseling
De heer Cramer (ChristenUnie) vraagt de minister om expliciet in te
gaan
op de dekking van de veiligheid. Zit er lucht in de discussie over het
veiligheidsgevoel? Zijn de zorgen van het personeel terecht?