GroenLinks

GroenLinks wil spoeddebat over nieuwe ISAF visie Verhagen

13 maart 2008

Al vele malen heeft GroenLinks het kabinet gevraagd om zijn visie te geven ter voorbereiding op NAVO en VN discussies over de nieuwe strategie die vooral in Zuid-Afghanistan nodig is. Voortdurend kregen wij nul op het rekest. Vanmiddag lezen wij plotseling in de krant dat Verhagen samen met zijn Slowaakse collega Lubis nieuwe ideeën heeft. Waarom is de Kamer niet eerder en volledig geïnformeerd? In ieder geval willen wij nu ook snel met de minister in debat over zijn nieuwe visie.

Want wij maken ons daar ook om inhoudelijke redenen ernstige zorgen over. Verhagen lijkt er vooral op uit om het vechtkarakter van de missie in Afghanistan te versterken, door het militaire commando over alle buitenlandse troepen in en één hand te brengen en de flexibele inzetbaarheid van troepen (die nu opereren binnen afzonderlijke deelmissies) naar met name het gevaarlijke Zuiden uit te breiden.

Impliciet is deze nieuwe visie een diplomatiek offensief tegen de Duitse wijze van opereren in Afghanistan. Dat land is terecht veel terughoudender om deel te nemen aan vechtmissies in Zuid-Afghanistan en zet meer kaarten op ontwikkeling en versterking van het Afghaanse politieapparaat.

Ook lijkt de inzet van Verhagen meer gedicteerd door de eigen tijdsdruk (Nederland moet binnen twee jaar successen kunnen boeken) dan door de langzame werkelijkheid van de Afghaanse ontwikkelingen. De veiligheidssituatie en het drugsprobleem is in het Zuiden de laatste jaren dramatisch verslechterd. Dan lijkt het voorbarig om de verantwoordelijkheid voor een exit-strategie voor de Navo nu vooral bij de Afghanen zelf neer te willen leggen, zonder meteen over de brug te komen met een behoorlijke zak geld en plannen om de capaciteit van die overheid te versterken.

Goed is wel het pleidooi voor betere aansluiting bij de Afghaanse ontwikkelings-agenda en voor een grotere rol voor de VN. Daar pleiten wij ook steeds voor. Daarmee kan een grote historische fout van de internationale gemeenschap worden hersteld. Sinds 2001, na de omverwerping van het Taliban-regime, was die internationale gemeenschap daar steeds tegen. Dat wreekt zich nu, en het is hopelijk niet te laat om dat te herstellen. Helaas toont het kabinet geen politieke visie op de toekomstige positie van de Taliban in het land, en de rol die het land Pakistan daarbij speelt. In een oorlog die niet militair te winnen valt, mogen zulke elementen niet ontbreken.

Mariko Peters