Gemeente Oldenzaal
Conceptnota 'Verblijfsrecreatie in Oldenzaal' gereed
gepubliceerd op : 5-3-2008
Het college van de gemeente Oldenzaal wil meer toeristen naar de stad
trekken. Dit is verwoord in de conceptnota 'Verblijfsrecreatie in
Oldenzaal'. De gemeente Oldenzaal spreekt hierin de ambitie uit het
(verblijfs)recreatieve product te versterken en te bevorderen.
In de notitie worden kaders gesteld waarbinnen de verblijfsrecreatie
zich in Oldenzaal kan ontwikkelen. De nota richt zich met name op
verhoging van het aantal toeristische overnachtingen, verhoging van de
kwaliteit en vergroten van het aanbod.
In dit concept komen verschillende vormen van verblijfsrecreatie aan
de orde, zoals camperplaatsen, trekkershutten, hotels en verschillende
vormen van kampeerterreinen. Ook onderwerpen als handhaving en het
voorkomen van permanente bewoning krijgen de aandacht.
Per 1 januari 2008 is de Wet op de Openluchtrecreatie vervallen, zodat
regionaal meer maatwerk geleverd kan worden. Om het huidige beleid in
eerste instantie te kunnen voortzetten, is op 1 januari 2008 de
Verordening op de Openluchtrecreatie in werking getreden. In
aanvulling op deze verordening heeft de gemeente Oldenzaal de
conceptnota Verblijfsrecreatie in Oldenzaal opgesteld.
In het kader van regionaal maatwerk hebben de Twentse gemeenten op
initiatief van de Regio Twente afgesproken het verblijfsrecreatieve
beleid op elkaar af te stemmen om tot een sterk recreatief product te
komen. Op enkele punten wijkt gemeente Oldenzaal af van het regionaal
aanbevolen beleid. In de regio is men van mening dat kleinschalige
campings gekoppeld moeten worden aan een (voormalig) agrarisch
bedrijf. Van dit uitgangspunt wijkt Oldenzaal af. Dit mede gezien de
beperkte omvang van de agrarische sector in de gemeente.
Binnenkort vindt een bijeenkomst plaats waarvoor ondernemingen en
organisaties uit de (verblijfs)recreatieve sector worden uitgenodigd.
Tijdens deze bijeenkomst zal ruimte zijn voor discussie over
onderwerpen uit de conceptnota. De conceptnota ligt van 27 februari
tot 9 april ter inzage in de hal van het stadhuis.