Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht
PB08-015
4 maart 2008
Gemeentelijke heffingen stijgen ruim 4 procent
In 2008 innen gemeenten 4,4 procent meer aan gemeentelijke heffingen dan
vorig jaar. Dat is vooral toe te schrijven aan de onroerendezaakbelasting
(OZB) en de rioolrechten. Relatief gezien gaan echter de inkomsten uit
secretarieleges en bouwvergunningen het meest omhoog. Dat blijkt uit cijfers
van het CBS op basis van de gemeentebegrotingen.
Meer OZB door nieuwe WOZ-taxaties
De opbrengst uit de OZB van eigenaren neemt met ruim 4 procent toe. De
woningen zijn opnieuw getaxeerd waardoor de WOZ-waarde gemiddeld
7,8 procent hoger is. De WOZ-waarde is de maatstaf van de OZB-heffing.
Veel gemeenten verlagen hun OZB-tarieven als compensatie voor de hogere
WOZ-waarde.
Rioolrechten stijgen iets minder
De rioolrechten stijgen met 6,4 procent. Deze toename past in de trend die
een aantal jaren geleden is ingezet. De laatste vier jaar zijn de rioolrechten
gemiddeld met 8 procent per jaar gestegen. Dit komt doordat de rioolrechten
in deze periode door gemeenten extra zijn verhoogd om een kostendekkend
niveau te kunnen bereiken. Verder besteden gemeenten het geld naast
onderhoud, uitbreiding en vervanging van de riolen vooral aan de afkoppeling
van het regenwater.
Secretarieleges flink duurder
De secretarieleges kosten de burger bijna 11 procent meer. Om de sterk
ln. fors omhoog. De afgelopen twee jaar heeft het kabinet het maximumtarief
gestegen kosten voor een chip in de reisdocumenten en de aanpassing van
het productieproces te dekken, gaat het maximumtarief voor de identiteitskaart
sbc. Bouwvergunningen leveren fors meer op
voor de identiteitskaart niet verhoogd om de aanschaf voor de burger
aantrekkelijker te maken.
w De bouwvergunningen brengen bijna 10 procent meer op. Dit komt door
w tariefsverhogingen en toenemende bouwkosten. De tarieven voor
bouwvergunningen zijn doorgaans een percentage van de totale bouwkosten.
w
CBS Persbericht PB08-015 pagina 1 van 2
Technische toelichting
Het CBS heeft 394 vastgestelde begrotingen onderzocht. Bij de overige
gemeenten was de besluitvorming door de raad nog niet afgerond en is zoveel
mogelijk gebruik gemaakt van de primitieve begrotingen. Wijzigingen die
mogelijk het gevolg zijn van de besluitvormingstrajecten tussen primitieve en
vastgestelde begroting kunnen gevolgen hebben voor de hier gepresenteerde
uitkomsten.
In dit persbericht zijn de totale opbrengsten van de heffingen opgenomen.
Toename van de opbrengsten zegt niet dat de lasten bij alle burgers met
dezelfde percentages stijgen. In de eerste plaats zijn in de cijfers naast
heffingen voor de burger ook heffingen opgelegd aan bedrijven opgenomen.
Voorts is geen sprake van uniforme belastingdruk doordat er grote verschillen
bestaan tussen de verschillende gemeenten.
Over de uitsplitsing van de belastingdruk naar gemeente is informatie
beschikbaar naar grootte van gemeente, naar regio en per individuele
gemeente.
De overige retributies betreffen de marktgelden en de begraafplaatsrechten. In
de jaren 2004 tot en met 2007 waren deze niet als afzonderlijk te
onderscheiden posten in de waarneming opgenomen.
De resultaten van het onderzoek zijn te vinden in StatLine, de database van
het CBS op internet.
Tabel 1: Begrote opbrengsten van gemeentelijke heffingen
2007 2008 Mutatie 2008
t.o.v. 2007
mln euro %
Totaal 6 809 7 234 302 4,4
Onroerendezaakbelasting van
gebruikers 524 538 15 2,8
Onroerendezaakbelasting van
eigenaren 2 111 2 201 90 4,3
Hondenbelasting 54 56 3 4,7
Toeristenbelasting 113 119 5 4,7
Precariobelasting 85 89 5 5,5
Parkeerbelasting 445 467 21 4,8
Overige belastingen 38 39 1 1,8
Reinigingsheffingen 1 685 1 711 26 1,6
Rioolrechten 1 093 1 162 70 6,4
Bouwvergunningen 438 482 44 9,9
Secretarieleges 224 248 23 10,5
Overige retributies (nieuw) 123
Bron: CBS
CBS Persbericht PB08-015
---- --