Nacontrole borstkanker kan effectiever
Vrouwen met borstkanker zijn gebaat bij een nacontrole die past bij
hun leeftijd en ziektestadium, in plaats van de gebruikelijke
gestandaardiseerde nacontrole. Een geïndividualiseerde nacontrole is
waarschijnlijk minder belastend voor de patiënt en leidt ook tot
besparingen voor ziekenhuizen. Dat concluderen onderzoekers van de
Universiteit Twente en het Medisch Spectrum Twente in Enschede.
De afgelopen jaren laten een toename zien van het aantal vrouwen met
borstkanker. Vrouwen die - na constatering van borstkanker - al een
behandeling achter de rug hebben worden na die behandeling regelmatig
onderzocht op hernieuwde aanwezigheid van kanker. Op dit moment
bestaat er in Nederland geen eenduidig nacontrole-beleid bij
ziekenhuizen. Het vermoeden bestaat dat het effect van nacontrole voor
sommige patiënten echter minimaal is. Zo ontdekken veel vrouwen zelf
dat er iets mis is, al voor de nacontrole. Bij andere vrouwen is de
kans op recidief kanker zeer laag of is de kans om te overlijden aan
een andere oorzaak veel hoger bij een hoge leeftijd.
De Universiteit Twente heeft daarom met de vakgroep Chirurgie van het
Medisch Spectrum Twente in Enschede onderzocht in hoeverre de
jaarlijkse nacontrole van vrouwen met borstkanker nog zinvol is.
Hiertoe werd een uniek wiskundig simulatiemodel gebouwd, waarmee voor
alle patiëntgroepen (ingedeeld op basis van leeftijd en ziektestadium)
de effectiviteit van verschillende nacontroleschema's berekend kan
worden. Zo kan er een relatie gelegd worden tussen het aantal
nacontroles en de verwachte levensduur van de patiënt. Het model maakt
gebruik van de meest recente gegevens uit de medische literatuur en
online gegevensbronnen zoals Adjuvant! Online.
Uit het onderzoek blijkt dat bepaalde patiëntgroepen geen baat bij de
huidige intensieve nacontrole hebben. De gebruikelijke nacontrole van
"5 jaar lang, 2x per jaar" kan voor hen flink gereduceerd worden tot
een nacontrole van één jaar. Dit geldt met name voor oudere patiënten
en patiënten met een gunstig ziektebeeld. Wanneer alleen voor deze
groepen een minder intensieve nacontrole plaatsvindt, kan het aantal
bezoeken aan het ziekenhuis met maar liefst 30% worden verminderd.
Wanneer voor alle patiënten een geïndividualiseerd nacontroleschema
wordt gehanteerd, kunnen nog veel grotere tijdsbesparingen worden
gerealiseerd.
Een dergelijke aanpassing van het beleid heeft als voordeel dat het
minder belastend kan zijn voor de patiënt, zowel emotioneel als
fysiek. Tegelijkertijd kunnen de betrokken medisch specialisten hun
tijd effectiever gebruiken voor patiënten die er meer bij gebaat zijn,
zoals voor nieuwe patiënten met (borst)kanker.
Het onderzoek is bijzonder omdat het voor zover bekend de eerste keer
is dat de effectiviteit van geïndividualiseerde nacontrole is
onderzocht. Momenteel onderzoeken UT en MST de voorkeuren van de
patiënten zelf ten aanzien van de nacontrole. De uitkomsten van dit
onderzoek worden dit voorjaar verwacht.
Aan de Universiteit Twente staat onderzoek naar procesoptimalisatie in
de zorg hoog op de agenda. Met het recent opgerichte Kenniscentrum
voor Procesoptimalisatie in de Zorg "CHOIR" (www.choir.utwente.nl) zal
dit verder geïntensiveerd worden. Wiskundige en technisch
bedrijfskundige onderzoekers en studenten van de UT werken hierbij
samen met zorginstellingen en medici.
Noot voor de pers:
Meer informatie is verkrijgbaar bij UT-onderzoekers Erwin W. Hans,
e.w.hans@utwente.nl, 053-489 3523 (secr. 3912) en Jesse van Elteren,
j.j.vanelteren@alumnus.utwente.nl en bij chirurg dr. Joost Klaase van
het Medisch Spectrum Twente, j.klaase@ziekenhuis-mst.nl, 053-4872510.
Voor het UT-kenniscentrum Procesoptimalisatie in de zorg "CHOIR" zie:
www.choir.utwente.nl
Voor het Centrum Mammacare van het Medisch Spectrum Twente zie:
www.mstwente.nl/mammacare
Top
Laatst gewijzigd op 04-03-2008 16:14:41 door Webmaster
Universiteit Twente