Ministerie van Buitenlandse Zaken

kamerstuk.

Kamerbrief inzake zevende zitting VN-mensenrechtenraad (http://www.minbuza.nl:80/nl/actueel/brievenparlement,2008/02/Kamerbrief-inzake-zevende-zitting-VN-mensenrechten.html) 29-02-2008 |

Samenvatting:

In vervolg op mijn brief van 7 januari 2008 betreffende het verslag van de hervatte zesde zitting van de VN-mensenrechtenraad, Kamerstuk 2007-2008, 26150, nr. 51, informeer ik u hierbij over de Nederlandse inzet voor de zevende reguliere zitting van de Raad. De zitting vindt plaats van 3 tot en met 28 maart te Genève.

Het programma van de zevende zitting werd onlangs vastgesteld. Het voorziet onder meer in een 'High Level Segment', een dialoog met de Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens, de herziening van een flink aantal mandaten van de Raad en interactieve dialogen met Speciale Rapporteurs. Hieronder zal ik ingaan op mijn deelname aan het 'High Level Segment' en op de Nederlandse prioriteiten voor de zevende zitting.

Algemeen
De VN-mensenrechtenraad is bijna twee jaar geleden aan zijn werk begonnen. Over de uitkomsten van de zes reguliere zittingen en de buitengewone zittingen heb ik uw Kamer geïnformeerd. De Raad heeft belangrijke resultaten geboekt, zoals de verlenging van een aantal belangrijke landenmandaten en thematische mandaten van mensenrechtenrapporteurs (Soedan, Burundi, vrijheid van godsdienst en levensovertuiging) en de veroordeling van mensenrechtenschendingen in Birma en Darfur. De aanvaarding van een separaat agendapunt over het Midden-Oosten, het bijeenroepen van vier buitengewone zittingen die resulteerden in een eenzijdige veroordeling van Israël en de uiterst gepolariseerde discussies over het onderwerp racisme acht ik teleurstellend en schadelijk voor het aanzien van de Raad. Het is echter nog te vroeg om een oordeel te vellen over de Mensenrechtenraad, omdat er nog een aantal belangrijke uitdagingen resteren, die van groot belang zijn voor de geloofwaardigheid en effectiviteit van de Raad, waaronder de uitvoering van de Universal Periodic Review (UPR), de herziening van een aantal belangrijke mandaten en het behoud van de onafhankelijke rol van de Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens. De uitgangspositie van Nederland en andere landen die van de Raad een krachtige mensenrechtenbeschermer willen maken, is bijzonder lastig omdat wij ons in de Raad in een minderheidspositie bevinden. Voor het bereiken van goede resultaten is het daarom van groot belang om partners te vinden in de Afrikaanse en Aziatische regionale groepen in de Raad.

Het UPR-proces gaat begin april van start. Tijdens de eerste werkgroep wordt ook Nederland doorgelicht. Ik zal uw Kamer op korte termijn de Nederlandse rapportage ten behoeve van de UPR toesturen. Medio maart zal ik u nader informeren over het Nederlandse optreden en de behandeling van Nederland in de UPR-werkgroep.

High Level Segment
De zevende zitting wordt geopend door de Secretaris-generaal van de VN, de heer Ban Ki-moon. Op 3 maart zal ik tijdens het 'High Level Segment' de Raad toespreken. Ik zal in mijn toespraak onderstrepen dat Nederland groot belang hecht aan het onderwerp mensenrechten in het algemeen en aan het werk van de Mensenrechtenraad in het bijzonder. Ook zal ik de universaliteit van mensenrechten, het kernthema uit de mensenrechtenstrategie, benadrukken. Ik geef daarbij aan dat alle landen, inclusief Nederland, open moeten staan voor kritiek op hun binnenlandse mensenrechtenbeleid.

Dialoog met de Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens

De Hoge Commissaris zal de Raad verslag uitbrengen van de werkzaamheden van haar kantoor het afgelopen jaar en ingaan op de prioriteiten voor de komende twee jaar. De verwachting is dat de leden van de Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC) en de Afrikaanse groep deze gelegenheid zullen aangrijpen om de onafhankelijke rol van de Hoge Commissaris ten opzichte van de Raad aan banden te leggen en de Hoge Commissaris zullen opdragen om vaker verantwoording af te leggen aan de Raad. Er is binnen deze groepen bijvoorbeeld weerstand te gen de fact finding missie die de Hoge Commissaris onlangs op eigen gezag heeft uitgestuurd naar Kenia. Een aantal leden van de Raad vond dat de Hoge Commissaris hiervoor aan de Raad om een mandaat had moeten verzoeken, ondanks het feit dat de Hoge Commissaris al een duidelijk mandaat heeft om mensenrechten te bevorderen en te beschermen. Nederland zal zich verzetten tegen pogingen om de Hoge Commissaris onder curatele van de Raad te stellen en bepleiten dat de Raad zich niet dient bezig te houden met financiële en administratie aangelegenheden van het kantoor van de Hoge Commissaris.

Het is bovendien van groot belang dat de mensenrechtensituatie in Kenia op dit moment nauwgezet wordt gevolgd en het kantoor van de Hoge Commissaris is daarvoor het best uitgeruste VN-onderdeel. In de dialoog met de Hoge Commissaris zal Nederland gezamenlijk met de EU onderzoeken op welke wijze de Raad het beste aandacht kan geven aan de mensenrechtensituatie ter plekke.

Agenda zevende zitting - Nederlandse prioriteiten

Tijdens de zevende zitting van de Raad wordt een flink aantal van de landen en thematische mandaten van de mensenrechtenrapporteurs herzien. Het is een uitdaging de mandaten te verlengen ondanks de groeiende weerstand tegen zowel de landenmandaten, als een aantal belangrijke thematische mandaten.

Landensituaties en landenmandaten

Het accent van het werk van de Raad moet blijven liggen op mensenrechtenschendingen in landen. De Raad heeft daarvoor een aantal instrumenten. Nederland zal ervoor pleiten dat de bestaande instrumenten, zoals de veroordelende resoluties, onderzoek door Speciale Rapporteurs, het aanbieden van technische assistentie, enz. blijven bestaan bovenop het nieuwe mechanisme van de Universal Periodic Review. Zowel het voorzitterschap van de Europese Unie als Nederland in zijn nationale capaciteit zullen tijdens de debatten en dialogen met de mensenrechtenrapporteurs pro-actief en op een creatieve manier aandacht vragen voor mensenrechtenschendingen in landen waarover geen resolutie in de zevende zitting zal worden ingediend, bijvoorbeeld Sri Lanka, Soedan, Saudi Arabië, Eritrea, Kenia, Colombia, Zimbabwe, Iran, Rusland, Cuba en China.

Verlenging landenmandaten

De Europese Unie zal tijdens de zevende zitting een resolutie indienen om het mandaat van de rapporteur voor Birma met een jaar te verlengen. Nederland zal tijdens de dialoog met de rapporteur het belang van het monitoren van de mensenrechtensituatie in Birma nogmaals benadrukken en aandringen op een nieuw bezoek van de rapporteur om vervolgonderzoek te doen naar mensenrechtenschendingen met name na de massale demonstraties in Birma in september/oktober 2007.

De Europese Unie zal ook het initiatief nemen voor verlenging van het mandaat van de Speciale Rapporteur inzake Noord Korea. Tijdens de dialoog met de rapporteur zal Nederland de Noordkoreaanse regering oproepen om samen te werken met de rapporteur en hem toe te staan een bezoek te brengen aan het land.

De mandaten van de rapporteurs inzake de Democratische Republiek Congo en Somalië liggen onder vuur omdat een deel van de Afrikaanse groep van mening is dat er teveel landenmandaten voor Afrikaanse landen zijn. De mandaten zijn tot stand gekomen op basis van samenwerking met de twee betrokken landen. De Europese Unie zal er bij deze landen en bij de Afrikaanse groep op aandringen het initiatief te nemen de mandaten te verlengen. De kans is echter aanzienlijk dat zij daartoe niet bereid zijn. In dat geval zal Nederland er binnen de Europese Unie met kracht voor pleiten dat de EU hiertoe het initiatief neemt. De mensenrechtensituatie in beide landen blijft immers aanleiding geven voor bespreking in de Raad. De landenrapporteurs spelen daarbij een cruciale rol, omdat ze mensenrechtenschendingen objectief documenteren en bovendien een mogelijkheid bieden voor dialoog met het land in kwestie.

Sri Lanka

De mensenrechtensituatie in Sri Lanka is de afgelopen periode verder verslechterd. Het staakt-het-vuren is door de regering opgezegd. Er vinden nog steeds systematische mensenrechtenschendingen plaats. Op aandringen van met name Nederland zal de Europese Unie de druk op Sri Lanka in het algemeen verhogen met als doel onder andere de veldpresentie van het kantoor van de Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens in Sri Lanka uit te breiden. Nederland blijft de Srilankaanse regering wijzen op haar verantwoordelijkheid om mensenrechtenschendingen te onderzoeken en de daders te berechten.

Soedan

Er is reden tot aanhoudende zorg over de mensenrechtensituatie in Soedan, met name het geweld tegen vrouwen, de willekeurige arrestaties van leden van de oppositie en de schendingen van het recht op vrijheid van vereniging en de vrijheid van meningsuiting. Tijdens de zitting zal de speciale mensenrechtenrapporteur voor Soedan verslag uitbrengen van haar werkzaamheden van het afgelopen jaar. Nederland zal actief deelnemen aan het debat met de rapporteur over haar verslag en aandringen op implementatie van haar aanbevelingen door de Soedanese regering.

Midden-Oosten

Het is nog onduidelijk of er nieuwe resoluties worden ingediend over het Midden-Oosten of over de uitvoering van eerdere resoluties van de Raad dienaangaande. Nederland zal zich inzetten voor een gebalanceerde benadering bij de bespreking van dit onderwerp.

Thematische prioriteiten
De verwachting is dat het Deense initiatief om het mandaat van de Speciale Rapporteur inzake de strijd tegen foltering te verlengen, niet op grote problemen zal stuiten. Meer weerstand wordt verwacht tegen het Noorse initiatief inzake mensenrechtenverdedigers en de Canadese initiatieven inzake de verlenging van de rapporteurs inzake geweld tegen vrouwen en vrijheid van meningsuiting. Deze drie mandaten liggen onder vuur van zowel de Afrikaanse groep als de leden van de Organisatie van de Islamitische Conferentie. Zij voeren aan dat de nadruk van het werk van de Raad meer moet komen te liggen op de bevordering van economische, sociale en culturele rechten en minder op de voor Nederland evenzeer belangrijke burgerlijke en politieke rechten. Bovendien wordt vaak aangevoerd dat bepaalde mandaten een inbreuk vormen op de soevereiniteit van landen. Nederland verzet zich hiertegen en bepleit dat mensen die opkomen voor rechten van anderen juist de steun van de internationale gemeenschap hard nodig hebben. Een door Nederland gefinancierde studie over geweld tegen vrouwen heeft bovendien aangetoond dat er op dit terrein nog veel werk verzet moet worden en de Speciale Rapporteur speelt daarbij een belangrijke rol. Nederland zal daarom blijven pleiten en actief lobbyen voor de verlenging van deze drie belangrijke mandaten.

Slot
De achtste zitting van de Mensenrechtenraad vindt plaats van 2 tot en met 13 juni te Genève. Tijdens deze zitting zullen ook de eerste aanbevelingen uit de werkgroep voor de Universal Periodic Review worden besproken. De UPR-werkgroep komt bijeen van 7 tot en met 18 april en van 5 tot en met 16 mei 2008.

De minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen


---