Milieudienst Rijnmond

Weer beïnvloedt milieuoverlast

27.02.2008

De DCMR Milieudienst Rijnmond heeft in de eerste twee maanden van 2008 een kleine 3000 meldingen ontvangen van bewoners in het Rijnmondgebied.

Geluid- en stankoverlast

De meeste meldingen gingen over geluidsoverlast van vliegtuigen en horeca. De afgelopen maand behandelde de meldkamer van de DCMR ook relatief veel klachten over stankoverlast. De weersomstandigheden - stabiel windstil weer - waren van dien aard dat de uitlaatgassen van het verkeer en de rookgassen van de industrie lang bleven hangen. Daarom gaf de DCMR op 13 en 18 februari stankcode 1 uit. Stankcode 1 is een voorwaarschuwing voor de industrie.

Mest uitrijden

Ook een bron van stankoverlast was het uitrijden van mest. Vanaf 1 februari is het weer toegestaan om mest uit te rijden als dat volgens de regels gebeurt. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit stelt deze regels vast. De Algemene Inspectiedienst (AID) van het ministerie controleert of de regels worden nageleefd. Een van de regels is dat mest na het uitrijden zo snel mogelijk moet worden ondergewerkt, zodat er zo min mogelijk stankoverlast onstaat. De DCMR geeft klachten over mestlucht door aan de AID. Ook hier geldt dat het weer van invloed is op de verspreiding van of het blijven hangen van de mestlucht.

Milieumeldingen in Rijnmond in 2007

Behalve milieumeldingen van bewoners in het Rijnmondgebied ontvangt de meldkamer ruim 5000 bedrijfsmeldingen per jaar. In het Meldingenrapport 2007 leest u meer informatie over de manier waarop de DCMR meldingen van bewoners en bedrijven behandeld.