VN-organisaties samen tegen besnijden van vrouwen en meisjes 27 februari 2008, New York - Tien VN-organisaties, waaronder Unicef, hebben vandaag in een gezamenlijke verklaring toegezegd dat ze overheden, gemeenschappen, vrouwen en meisjes zullen steunen in hun strijd tegen vrouwenbesnijdenissen. Deze schending van de rechten van vrouwen en meisjes moet in één generatie zijn uitgebannen. In 2015, het jaar waarin de Millenniumdoelen behaald horen te zijn, moet het aantal besnijdenissen al flink zijn teruggebracht.

Ondanks inspanningen van overheden, gemeenschappen en nationale en internationale organisaties komt het besnijden van meisjes nog veel voor. Tussen de 100 en 140 miljoen vrouwen en meisjes zijn besneden en elk jaar komen daar drie miljoen meisjes bij. Tijdens de ingreep kunnen ze veel bloed verliezen en in shock raken, op de langere termijn kan een besnijdenis leiden tot onvruchtbaarheid, infecties, hevige pijn en zelfs de dood. Vrouwen die besneden zijn, hebben meer moeite om hun kinderen ter wereld te brengen en die overlijden dan ook vaker tijdens of vlak na de geboorte.

Besnijdenissen in ziekenhuizen De VN-organisaties denken dat het in één generatie uitbannen van dit fenomeen kan lukken. Dan moet er wel gebruik worden gemaakt van ervaringen in landen waar besnijdenissen al zijn uitgebannen en nauw met gemeenschappen worden samengewerkt. Ze maken zich zorgen over het feit dat besnijdenissen niet alleen op de traditionele manier, maar ook door artsen in ziekenhuizen worden uitgevoerd. "Het argument dat dit veiliger zou zijn, hoor je in landen waar deze praktijken vaak voorkomen. Maar vrouwenbesnijdenissen mogen in geen enkele vorm worden uitgevoerd."

Met het besnijden van meisjes wordt hun positie in de maatschappij bevestigd, zeggen de VN-organisaties. Ze zijn ondergeschikt aan mannen en worden gedwongen tot een kuis leven, zodat ze een goede kans maken op de huwelijksmarkt. Een diepgewortelde traditie als deze is vaak sterker dan de wetgeving van een land, erkennen de organisaties. "Vertrouwen op de wet is niet genoeg, verandering moet van binnenuit komen. Daarom is het zo belangrijk om nauw samen te werken met gemeenschappen en hun leiders."