Universiteit Maastricht

Universiteit Maastricht
Persbericht
25 februari 2008

Nieuwe resultaten KOALA-studie naar allergieën
Borstvoeding lijkt te beschermen tegen luchtweginfecties

Baby's die borstvoeding krijgen, hebben een kleinere kans op wheezeklachten (een piepende ademhaling die duidt op aanleg voor astma) dan baby's die vanaf de geboorte flesvoeding krijgen. Naarmate er na het tweede jaar langer wordt gewacht met overstappen op koemelkproducten of andere voedingsmiddelen neemt wel de kans op eczeem toe. Dat blijkt uit het promotieonderzoek van Bianca Snijders waarop ze vrijdag 22 februari promoveerde aan de Universiteit Maastricht. Het onderzoek maakt deel uit van de omvangrijke KOALA-studie naar de mogelijke oorzaken voor het toenemend aantal allergieën onder de westerse bevolking.

KOALA staat voor 'Kind Ouder en gezondheid: Aandacht voor Leefwijzen en Aanleg'. Het onderzoek bestudeert een breed scala van factoren waaronder infecties, voeding, leefstijl en genetische aanleg en richt zich daarbij vooral op leefstijl, borstvoeding en de rol van de microbiële darmflora. 2800 moeder-kindparen worden sinds 2000 gevolgd voor deze studie, waarop eerder al twee onderzoekers promoveerden: John Penders op de rol van de darmflora en Ischa Kummeling op antibiotica en biologische zuivel.

Bianca Snijders richt zich met haar proefschrift 'Breastfeeding and Infant Atopic Manifestations' op de rol van borstvoeding in het voorkomen van allergieën; een controversieel onderwerp sinds jaren. Snijders' onderzoek suggereert dat borstvoeding kinderen beschermt tegen luchtweginfecties, zoals astma. De effecten van borstvoeding op eczeem zijn minder duidelijk, maar als de moeder geen astma of allergieën heeft, blijken de kansen op eczeem wel kleiner. Snijders vond geen sterk bewijs dat borstvoeding beschermt tegen allergieën tot het tweede levensjaar. Wel vergroot het uitstellen van de inname van koemelkproducten of andere voedingsmiddelen na het tweede levensjaar de kans op eczeem.

De promovenda denkt dat de combinatie borstvoeding, gevolgd door koemelk en andere voedingsmiddelen mogelijk kan leiden tot 'orale tolerantie'. Dit houdt in dat ons afweersysteem onschuldige stoffen zoals voedselallergenen niet als "vreemd" beschouwt. Bij gezonde mensen is het mechanisme van orale tolerantie intact waardoor ze bijvoorbeeld gewoon pinda's kunnen eten zonder een allergische reactie te krijgen. Als het mechanisme van orale tolerantie verstoord is, kan dit mogelijk leiden tot allergie. Snijders wijst echter op de noodzaak van vervolgonderzoek voordat een gewijzigd advies rond borstvoeding en de introductie van koemelk gerechtvaardigd is.