Starting a sentence in Dutch: A corpus study of subject- and object-fronting
Datum: 21 februari 2008
Uiteenlopende factoren bepalen keuze eerste zinsdeel
Waarom kiest een spreker van het Nederlands ervoor om een bepaald
zinsdeel voorop te plaatsen? Promvendus Gerlof Bouma onderzocht deze
vraag voor onderwerpen, lijdend voorwerpen en meewerkend voorwerpen.
Een prominent type woordvolgordevariatie in het Nederlands is variatie
in het zinsdeel dat vóór in de zin staat. Zo kent bijvoorbeeld de zin
`Ik vertel jou dat nog wel' nog twee andere varianten die hetzelfde
betekenen: `Jou vertel ik dat nog wel' en `Dat vertel ik jou nog wel'.
Maar wat bepaalt welk zinsdeel voorop staat? Een statistische analyse
van gesproken Nederlandse zinnen laat zien dat grammaticale functie,
naamwoordgroepstype en grammaticale complexiteit daar invloed op
hebben. Sprekers zetten onderwerpen, bepaalde naamwoordsgroepen en
aanwijzende voornaamwoorden graag voorop, maar lijdend voorwerpen,
onbepaalde naamwoordsgroepen en persoonlijke voornaamwoorden niet.
Ingewikkeld materiaal wordt juist aan `de rechterkant' van de zin
geplaatst.
In sommige talen komt woordvolgordevariatie alleen voor als een
toehoorder genoeg andere informatie heeft om de zin te begrijpen.
Bovenstaande beperking lijkt ook in het Nederlands aanwezig, zij het
als trend: sprekers plaatsen een lijdend voorwerp minder vaak voorop
wanneer de kans groot is dat een toehoorder het voor een onderwerp
aanziet. Bouma betoogt daarom dat bestudering van het sprekers- én het
toehoordersperspectief nodig is voor een volledig begrip van
woordvolgordevariatie.
Gerlof Johannes Bouma (Bedum, 1979) studeerde informatiekunde aan de
Rijksuniversiteit Groningen. Hij verrichte zijn onderzoek aan het
Center for Language and Cognition (Faculteit der Letteren) en de
School of Behavioural and Cognitive Neurosciences, in het kader van
het NWO-project Conflicts in Interpretation. Inmiddels werkt hij als
postdoc aan de Universiteit van Potsdam. /ES
Datum en tijd: 21 februari 2008, 16.15 uur
Promovendus: G.J. Bouma
Proefschrift: Starting a sentence in Dutch: A corpus study of subject-
and object-fronting
Promotor(es): prof.dr. J. Hoeksema en prof.dr. H.E. de Swart
Faculteit: letteren
Plaats: Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Informatie: G.J. Bouma, tel. +49 331 977 2016, e-mail:
gerlof@ling.uni-postdam.de
Rijksuniversiteit Groningen