Nieuws
AUTO METAR
20 februari 2008 - Sinds 1 augustus 2007 heeft het KNMI op de
luchthavens Groningen Airport Eelde en Maastricht-Aachen Airport de
luchtvaartwaarnemingen volledig geautomatiseerd. Daarmee blijft de
continuïteit van de waarnemingen 24 uur per dag gegarandeerd.
De waarnemingen worden verspreid in de vorm van codeberichten AUTO
METAR of AUTO SPECI. De AUTO METARs zijn ook beschikbaar via pagina
707 van NOS Teletekst en de site van het KNMI. Via de site
Luchtvaartmeteo zijn (alleen voor geautoriseerde gebruikers) naast de
AUTO METAR's ook de AUTO SPECI's beschikbaar.
Van een aantal militaire stations zijn ook AUTO METARS beschikbaar,
maar deze wijken in presentatie enigszins af van de AUTO METAR/SPECI
zoals die nu voor de KNMI stations beschikbaar zijn.
De door de KNMI stations opgestelde AUTO METAR/SPECI, kent een aantal
afwijkingen ten opzichte van de standaard METAR/SPECI, t.w.:
* Zicht
* Actueel weer
* Bewolking
Zicht
Het zicht wordt bepaald met behulp van een forward scattermeter.
Nadeel hiervan is dat de zichtmeting op een vast punt en op een vaste
hoogte wordt uitgevoerd. Dat betekent enerzijds dat de opeenvolgende
waarnemingen goed met elkaar zijn te vergelijken, anderzijds kunnen ze
in sommige situaties minder representatief zijn dan het zicht dat door
een menselijke waarnemer is bepaald. De waarnemer kijkt namelijk rond
om zich heen en bepaalt het slechtste zicht rondom. Vooral in
situaties met in diverse richtingen verschillende zichtbeperkingen
kunnen verschillen ontstaan. Hetzelfde geldt voor situaties met
grondmist of mistbanken, die net wel of net niet voor de meter kunnen
voorkomen.
Actueel weer
Actueel weer (present weather) wordt in het geval van een automatische
waarneming ook op een vaste plek waargenomen. Ook hier treedt dus
hetzelfde nadeel op ten opzichte van de waarnemer die rondom kan
kijken. Een aantal weersoorten in de omgeving kan dus niet worden
waargenomen. Onweersontladingen worden via een afzonderlijk netwerk
gelokaliseerd en aan de AUTO METAR/SPECI toegevoegd. De codes die
gebruikt worden zijn grotendeels identiek aan die van de standaard
METAR/SPECI, doch het kan voorkomen dat de sensor wel neerslag
detecteert, maar niet kan bepalen welke soort neerslag het is, dan
wordt de code UP (Unknown Precipitation) in het bericht opgenomen.
Bewolking
Ook voor bewolking geldt het nadeel van de puntwaarneming ten opzichte
van de rondkijkende waarnemer. De laser ceilometers die hiervoor
gebruikt worden kunnen de hoogte van een wolk vrij exact bepalen, maar
kunnen de wolkensoorten niet onderscheiden. Dat betekent dus dat TCU
en CB niet door deze ceilometers kunnen worden waargenomen en
gerapporteerd. Wel is het door middel van een algorithme dat wordt
toegepast op de radarbeelden van de KNMI-weerradars
mogelijk uitspraken te doen over de convectieve bewolking in de
omgeving van de luchthavens. In de AUTO METAR wordt dan ook
tegenwoordig wel informatie over CB en TCU opgenomen.
De hoeveelheid bewolking op een bepaalde hoogte wordt ook op een
andere manier bepaald, omdat het een puntwaarneming betreft wordt
gebruik gemaakt van een berekeningsmethode waarin het tijdsverloop
wordt meegenomen. Dit geeft betrouwbare informatie indien de bewolking
inderdaad in beweging is, indien een vrij kleine wolk gedurende enige
tijd stil hangt kan dit tot gevolg hebben dat een te hoge
bedekkingsgraad wordt gemeld, het omgekeerd kan voorkomen indien een
kleine opklaring zich gedurende langere tijd precies boven de meter
bevindt. Een specifieke situatie waarbij dit zich kan voordoen is die
van Cu/Sc-straten, in de wolkenstraat bewegen de wolken wel, maar
alleen in de stromingsrichting, dat kan dus wel eens precies langs de
meter zijn in plaats van er overheen.
Indien een bepaalde groep in de AUTOMETAR/SPECI niet kan worden gemeld
doordat een sensor defect is dan wordt de betreffende groep vervangen
door slashes (////), indien een bepaald fenomeen niet voorkomt, maar
de sensor is in orde vervalt de groep.
Voor AUTO METARS van de vliegbasis Soesterberg geldt dit laatste niet,
er worden in het geheel geen wolken en present weather waargenomen, de
benodigde sensoren worden daar met het oog op de voorgenomen sluiting
niet geplaatst. AUTO METARS/SPECIS zijn herkenbaar door het woord AUTO
in het bericht, meteen na de datum-tijd-groep. (geldt NIET voor
Teletekst).
Teletekst
Op NOS teletekst pagina 707 worden de AUTO METARS aangegeven door de
voor elk station identieke eerste twee letters (EH) weg te laten, en
in het geval van AUTO METAR daarvoor een A in de plaats te zetten. Bij
een standaard METAR blijven deze posities leeg.
Eerste uitgave: 07-07-04