Rechtbank Roermond
Gebiedsontzegging in uitgaansgebied Roermond onrechtmatig gegeven
Roermond, 11 februari 2008 - De rechtbank in Roermond heeft een
17-jarige verdachte vrijgesproken van het niet voldoen aan een
vordering van de politie. De verdachte bevond zich in het
uitgaansgebied bij het Stationsplein te Roermond en gedroeg zich
verbaal agressief naar een andere jongen, die hij uitdaagde om te
vechten. De op het Stationsplein aanwezige en met de handhaving van de
openbare orde belaste politie sprak verdachte aan, die zich vervolgens
verbaal agressief tegen de politie keerde.
De verbalisanten vorderden, in het belang van de openbare orde, van
verdachte het uitgaansgebied te verlaten en dat gebied, bestaande uit
de wegen de Veldstraat, Stationsplein en Knevelsgraafstraat, gedurende
de hele nacht tot de volgende ochtend 8.00 uur niet te betreden. De
politie deed de vordering op grond van artikel 2 van de Politiewet
1993.
De rechtbank heeft bepaald dat artikel 2 van de Politiewet 1993
voldoende basis is om van iemand, in verband met ordeverstoring, te
vorderen dat hij het uitgaansgebied verlaat. Een vordering die
verdergaat, en niet alleen inhoudt dat betrokkene zich van een
bepaalde plaats moet verwijderen, maar óók een verbod inhoudt om
daarbinnen een zekere tijd terug te keren en zich gedurende die tijd
ook in een bepaald gebied (in casu het uitgaansgebied) te bevinden is
naar het oordeel van de rechtbank geen maatregel die uitsluitend is
gericht op het beëindigen van de ordeverstoring.
Een dergelijk verbod brengt een ingrijpende inbreuk op de uitoefening
van persoonlijkheidsrechten mee, te weten van het recht op
bewegingsvrijheid, gewaarborgd in art. 2, vierde protocol bij het
EVRM. Voor een dergelijke ingrijpende inbreuk vormt art. 2 Politiewet
1993 geen genoegzame wettelijke grondslag.
Verdachte pleegde bij de daaropvolgende aanhouding verzet en tevens
beledigde hij de verbalisanten. Omdat de vordering die de
verbalisanten gedaan hadden onrechtmatig was, was naar het oordeel van
de rechtbank ook de aanhouding onrechtmatig en sprak de rechtbank
verdachte ook daarvan vrij.
Verdachte is ook vrijgesproken van de belediging van de verbalisanten,
nu de verbalisanten niet in de rechtmatige uitoefening van hun
bediening waren.
LJ Nummer
BC4013
Bron: Rechtbank Roermond
Datum actualiteit: 12 februari 2008 Naar boven