Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Ons kenmerk IZ/EA/2008/505 Datum 11 februari 2008

Onderwerp Reactie op mededeling over Actieve integratie

Hierbij ontvangt u de kabinetsreactie op de Commissie mededeling "De sociale bescherming moderniseren voor meer sociale rechtvaardigheid en economische samenhang: werk maken van de actieve integratie van de mensen die het verst van de arbeidsmarkt af staan" (Com (2007) 620).

Hoofdlijn mededeling
De mededeling gaat nader in op actieve integratie en steunt op drie pijlers, te weten:
1. een band met de arbeidsmarkt door arbeidskansen of beroepsopleiding;
2. voldoende inkomenssteun om een menswaardig bestaan te kunnen leiden;
3. een betere toegang tot sociale diensten van goede kwaliteit. Actieve integratie draagt ook bij aan de Lissabonstrategie en vormt een bouwsteen van de sociale dimensie van de EU-strategie voor duurzame ontwikkeling.

In de mededeling stelt de Europese Commissie voor om de aandacht voor actieve integratie op Europees niveau vorm te geven door de open coördinatiemethode te versterken door gemeenschappelijke beginselen vast te stellen en deze te monitoren en te evalueren, met inachtneming van het subsidiariteitsbeginsel en van de autonomie en de verschillende situaties en behoeften van de lidstaten.

Open coördinatiemethode
De open coördinatiemethode (OMC) wordt toegepast op onderdelen van beleid, waaronder het terrein van sociaal beleid, waarvoor in eerste instantie de lidstaten zelf verantwoordelijkheid dragen, maar waar behoefte wordt geconstateerd aan gezamenlijke afstemming binnen EU verband. Het principe is dat de lidstaten in onderlinge coördinatie zelf hun nationale beleid ontwikkelen langs de lijnen van algemene op Europees niveau geformuleerde doelstellingen. Daarbij zijn de lidstaten in hoge mate vrij in de keuze van hun instrumenten om de doelstellingen te realiseren. De methode maakt zoveel mogelijk gebruik van meetbare doelen.

Ons kenmerk IZ/EA/2008/505

Nederlandse reactie
In de reactie worden de drie pijlers besproken. Ook wordt er nader op de open coördinatiemethode ingegaan. De kernboodschap is daarbij

Nadruk op werk:
De aandacht van de Europese Commissie voor actieve integratie sluit nauw aan bij de prioriteiten van het Nederlandse kabinet. Nederland benadrukt hierbij het belang van werk. Deelname aan het arbeidsproces stelt mensen in staat in hun eigen inkomen te voorzien. Nederland wijst er echter op dat de elementen van deze beleidsmix al onderdeel zijn van de werkgelegenheidsrichtsnoeren in het kader van de Lissabonstrategie. De toegevoegde waarde van de in de mededeling voorgestelde gemeenschappelijke beginselen op dit terrein zijn daarmee op voorhand niet duidelijk.

Minimuminkomensregeling:
Alhoewel het goed is dat de Commissie de aanbeveling uit 1992 nogmaals onder de aandacht van de lidstaten brengt, dringt Nederland erop aan dat de bepaling van de hoogte en de indexatie van het minimuminkomen een nationale verantwoordelijkheid dient te blijven. Voorop blijft staan dat deelname aan het arbeidsproces mensen in staat stelt in hun eigen inkomen te voorzien.

Sociale diensten van algemeen belang:
Nederland kan instemmen met het door de Commissie voorgestelde principe om de toegankelijkheid en kwaliteit van sociale diensten van algemeen belang te verbeteren door een versterking van het proces van open coördinatie voor sociale bescherming en sociale inclusie. Nederland vindt wel dat voorkomen moet worden dat de lidstaten met een extra rapportageverplichting belast worden. Mede hierom bestaan er zwaarwegende reserves tegen het voornemen om indicatoren voor kwaliteit en toegankelijkheid van sociale diensten te ontwikkelen.

Gebruik open coördinatiemethode:
Nederland steunt het voornemen om actieve integratie binnen de open coördinatiemethode te behandelen. De methode behelst dat het beleid op het terrein van werkgelegenheid en sociale insluiting primair aan de lidstaten is en dat op EU-niveau sprake is van ondersteuning en aanvulling. Nederland zal hierbij wel opletten dat de gemeenschappelijke beginselen ruimte laten voor de Nederlandse systematiek, dat de coördinatie van het instrumentarium
---

Ons kenmerk IZ/EA/2008/505

overzichtelijk blijft en dat voorkomen moet worden dat er een onoverzichtelijk coördinatieproces ontstaat met doublures tussen coördinatieprocessen en bijbehorende rapportagelast.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(J.P.H. Donner)

Bijlage(n):

- Brief aan EU Commissaris V. Spidla over actieve integratie
- EU Commissie mededeling Com(2007)620 definitief)


---