Buitenlandse Zaken België
Datum: 07/02/2008
Overbrenging van Congolese krijgsheer Mathieu Ngudjolo naar Den Haag
Minister De Gucht bevestigt dat België, via een doeltreffende
samenwerking tussen alle betrokken autoriteiten (Buitenlandse Zaken,
Defensie en Justitie), zijn medewerking heeft verleend aan de
overbrenging van Mathieu Ngudjolo van Kinshasa naar Den Haag. Dit
gebeurde in antwoord op een verzoek tot gerechtelijke bijstand van de
Griffier van het Internationaal Strafhof. België en het Internationaal
Strafhof hebben sedert 2 mei 2007 een bilateraal akkoord over het
transport van gedetineerden.
Mathieu Ngudjolo, een voormalig Ituri-krijgsheer en leider van de
Front des Nationalistes et Intégrationnistes (FNI), werd samen met
twee andere militieleiders in november laatstleden door de MONUC naar
Kinshasa overgevlogen, waar hij gisteren gearresteerd werd op grond
van een aanhoudingsbevel van de Procureur van het Internationaal
Strafhof. Hij werd vervolgens naar de luchthaven van Ndjili gebracht,
van waar hij aan boord van een toestel van de Belgische luchtmacht
deze nacht naar Den Haag overgebracht werd.
"Deze medewerking aan het ISH kadert volledig in het consequente
beleid dat Belgie er op na houdt inzake de strijd tegen de
straffeloosheid", aldus Minister De Gucht, die zich verheugt over deze
tweede uitlevering van een Ituri-krijgsheer, na die van Germain
Katanga. "Het is slechts door een faire berechtiging van al diegenen
die oorlogsmisdaden of misdaden tegen de menselijkheid plegen dat een
nieuw klimaat van gerechtigheid kan wortel schieten. De
straffeloosheid dient beteugeld, wil de bevolking weer vertrouwen
krijgen in de rechtsstaat", zegt de Minister, die de Congolese
regering feliciteert voor haar medewerking met het Strafhof.
"Er blijft echter nog een lange weg af te leggen" beklemtoont de
Minister, "nog dagelijks vallen er immers slachtoffers van barbaars
geweld. De beloftevolle recente vredesconferentie in Goma kan helpen
het tij doen keren, maar het moet duidelijk zijn dat dit niet ten
koste mag gaan van gerechtigheid ten aanzien van de oorlogsmisdaden en
misdaden tegen de menselijkheid".