Vrije Universiteit Amsterdam

Persbericht
07-02-2008

"Rivieroverstromingen mede veroorzaakt door klimaatverandering"

VU onderzoekt overstromingen Maas

Klimaatverandering en ontbossing zijn van grote invloed op het aantal rivieroverstromingen. Dit blijkt uit onderzoek dat de Vrije Universiteit Amsterdam heeft uitgevoerd naar de rivier de Maas met behulp van computermodellen. In vergelijking met de periode waarin het stroomgebied van de Maas nog onbewoond was, gebeurt het tegenwoordig bijna twee keer zo vaak dat er hoeveelheden water door de Maas stromen die vergelijkbaar zijn met de hoeveelheden water tijdens de overstromingen van 1993.

Voor het grootste gedeelte is dit het gevolg van het op grote schaal kappen van bossen in de laatste twee- à drieduizend jaar. De afgelopen tweehonderd jaar zijn grote delen van het stroomgebied van de Maast herbebost, een procédé dat gewoonlijk leidt tot minder overstromingen. Het blijkt echter dat het aantal overstromingen juist is toegenomen in die tweehonderd jaar. Deze laatste toename in overstromingen is dan ook puur het gevolg van meer neerslag, vooral tijdens de winter. Normaal gesproken is de winter het seizoen waarin de Maas het meest overstroomt. Als deze neerslagtoename als gevolg van klimaatverandering doorzet in de 21e eeuw, wat veel computermodellen voorspellen, dan zou de toename van de overstromingsfrequentie aanzienlijk kunnen zijn. Dit laatste is het onderwerp van een lopend onderzoek op de VU.

Het onderzoek is uitgevoerd door de afvoer van de Maas te simuleren voor twee perioden van elk duizend jaar, namelijk 2000-1000 v.Chr. en 1000-2000 n.Chr. De periode 2000-1000 v.Chr. is gebruikt als natuurlijk referentiekader, omdat in die periode het gebied bijna volledig bebost was. De periode 1000-2000 n.Chr. wordt gekarakteriseerd door veranderingen in landgebruik (vooral ontbossingen) en vanaf het industriële tijdperk ook door de opwarming van de aarde als gevolg van de menselijke uitstoot van broeikasgassen. Door de overstromingen van die twee perioden te vergelijken is het dus mogelijk om de invloed van zowel klimaatverandering als landgebruikveranderingen te bepalen.