Ministerie van Algemene Zaken

NOS, Gesprek met de minister-president, Nederland 1

Radio / TV-interview | 01-02-2008

Minister-president Balkenende, na afloop van de wekelijkse ministerraad, over de rol van de koningin en de uitzending van de pornofilm 'Deep Throat'.


MINGELEN:
Als dit wordt uitgezonden, zit u in Carré om de verjaardag van koningin Beatrix te vieren. U roemde haar bindende kracht. U heeft dat ook in de ministerraad gedaan. Maar je kan ook zeggen: er komt uit bepaalde hoek steeds meer kritiek op haar. Maakt u zich daar zorgen over?


BALKENENDE:
Laat ik eerst van de gelegenheid gebruik maken om de koningin nogmaals van harte geluk te wensen met haar verjaardag. Het is een mooie dag gisteren geweest in familiekring en vandaag, samen met Prinses Margriet, dit vieren te midden van vrienden in Carré is denk ik een groot goed. Ik heb ook eerder deze week aangegeven welke rol de koningin vervult. Ik ben daar zelf erg trots op. Ik vind dat zij midden in de samenleving staat. Inspeelt op datgene wat mensen raakt. Ze is bindend bezig en ik vind dat ze met een leeftijd van 70 jaar vol met energie bezig is en dat dwingt respect en bewondering af. Laat ik dat eerst maar eens zeggen.


MINGELEN:
Dat zal vriend en vijand ongeveer met u eens zijn. Maar toch, als u het heeft over haar bindende rol, dan valt het toch op dat uit bepaalde politieke hoek - vroeger was dat links en tegenwoordig meer rechts - er toch groeiende kritiek komt uitspraken van de koningin, maar ook van de kroonprins en zijn vrouw, over omstreden thema's als Europa en de multiculturele samenleving. Dat is toch niet makkelijk?


BALKENENDE:
Nee, maar ik moet wel zeggen: gaat het nu om de vraag wat de koningin zelf heeft gezegd of gaat het om de vraag wat anderen over haar zeggen? De koningin heeft al jarenlang gezegd dat bijvoorbeeld vrijheid nooit zonder verantwoordelijkheid kan. Ze heeft een en andermaal gewezen op het belang van goede intermenselijke betrekkingen. Ze heeft vaak aangegeven hoe belangrijk het is dat mensen elkaar kennen in de samenleving. Dat is een constante boodschap. Dat is ook een boodschap die past bij het kabinetsbeleid, want wij denken er evenzeer zo over. En wanneer zij bijvoorbeeld opmerkingen maakt over Europa, dan zeg ik: ik begrijp dat zeer wel, want ze heeft altijd oog gehad voor de Europese dimensie. Kortom, wat de koningin zegt - ook meer recent - zit eigenlijk in een meerjarig spoor. En ik vind ook dat ze daar een hele goede boodschap over geeft. Alleen is het nu tegenwoordig zo dat sommigen dat heel snel neersabelen met bepaalde argumenten. Dat vind ik wel eens bevreemdend en dan zeg ik: gaat het nu over wat de koningin zelf zegt of over wat anderen over haar zeggen?


MINGELEN:
In het laatste geval natuurlijk wat anderen over haar zeggen. Het is duidelijk dat Wilders en andere groeperingen het gewoon niet eens zijn met het algemene pro-Europese beleid en het algemene beleid van dit kabinet ook voor een goede verhouding tussen allerlei bevolkingsgroepen. Daarmee wordt de koningin, of ze dat nu wil of niet en daar kan zij weinig aan doen, onderwerp van politieke discussie. Dat is toch altijd een lastige zaak voor het koningshuis.


BALKENENDE:
Ik heb met een van uw collega's eerder ook wel eens een keer een gesprek hier over gehad van: zou het niet zo moeten zijn dat de koningin, die wijst op het belang van goede betrekkingen en belangstelling over en weer, maar ook maatregelen nemen als het nodig is, als zij die boodschap vertelt dat niet meer zou mogen zeggen omdat sommigen in de Nederlandse politiek dan misschien ook wel door het lint gaan met sommige opmerkingen. Nou, dan zeg ik: ik vind dat de koningin, uiteraard binnen de ruimte van ons grondwettelijk bestel en binnen de politieke verantwoordelijkheid, natuurlijk de ruimte moet hebben om die zaken naar voren te kunnen brengen. Ik zou het eerlijk gezegd een verschraling vinden wanneer de koningin die bindende boodschap, die iets zegt over de toekomst van ons land en van Nederlanders, niet meer zou kunnen doen omdat misschien in Den Haag een bepaald debat plaatsvindt. Ik zou het ongezond vinden.


MINGELEN:
Maar u zegt: sommigen. Sommigen hebben hier wel 9 zetels en staan in de peilingen soms op 18-20 zetels. Het gaat kennelijk om gevoelens die in bredere lagen van de bevolking wel leven. Als dat zo is, dan is dat toch lastig voor een staatshoofd om goed te blijven functioneren. Of maakt u zich daar helemaal geen zorgen over?


BALKENENDE:
Kijk, ik ken de koningin inmiddels nu behoorlijk goed. We hebben vrijwel wekelijks gesprekken met elkaar. Je praat over tal van zaken. Uiteraard doe ik geen mededelingen over de inhoud. Maar weet wel dat de koningin iemand is die zeer nadrukkelijk volgt wat er binnen de samenleving gebeurt. Die oog heeft voor alle groepen in de bevolking. Die oog heeft voor wat wij aan eenheid nodig hebben om juist verscheiden te kunnen zijn. Dat vind ik ook een constante factor in het optreden van de koningin. En daarom waardeer ik haar ook zo. Nu worden dan opmerkingen op een bepaalde manier uitgelegd. Ze worden zelfs opgeblazen. We hebben dat meegemaakt na de kersttoespraak van de koningin, toen er ineens een pleidooi was van: tja, dan maar uit de regering. Nou, ik heb toen nog een opmerking daarover gegeven. Dan denk ik van: ja, dan kan het best zo zijn dat sommige politici bepaalde opmerkingen naar voren brengen. Ik zie graag een koningin die actief is, midden in de samenleving staat en ook oog heeft voor de kwaliteit in de samenleving. Nou, dat doet de koningin.


MINGELEN:
U noemt Wilders. Dat is natuurlijk een duidelijk voorbeeld, zijn kritiek op de kersttoespraak. Gisteravond hadden wij de heer Van Baalen van de VVD in de uitzending en die had ook ineens kritiek. Die zei: ik ben heel erg voor de koningin, maar het zou heel erg fijn zijn als ze in de volgende kersttoespraak de Nederlandse militairen in Afghanistan niet vergeet. Het lijkt wel of er een soort sfeer ontstaat waarin steeds meer mensen kritiek hebben op de manier waarop de koningin het doet. Van der Vlies die ineens zegt, heel voorzichtig: ze zou de zondagsrust moeten respecteren.


BALKENENDE:
Weet u, ik geloof dat we in een maatschappelijk klimaat zitten waarin soms op tal van terreinen hele grote woorden worden gebruikt. Het debat is soms erg assertief. En ik vind dat we soms ook wel een keer doorslaan in opvattingen.


MINGELEN:
Zij kan zich niet verdedigen.


BALKENENDE:
En daarom is het ook heel goed om te kijken wat de rol van het staatshoofd kan zijn. Ik vind dat de koningin met alles wat ze in zich heeft zich juist geweldig inzet voor de Nederlandse samenleving. En dan kan het best zo zijn dat er eens opmerkingen worden gemaakt, maar dat neemt de hoofdlijn niet weg. En die heb ik u zojuist geschetst. En dat er in de politiek over tal van zaken wordt gesproken, dat is ook zo. We hebben regelmatig debatten in de Kamer over zaken die het Koninklijk Huis betreffen. Maar tegelijkertijd zeg ik: laten we oog hebben voor datgene dat zo waardevol is voor de Nederlandse samenleving.


MINGELEN:
Praat u met haar in de maandaggesprekken over die kritiek uit de Kamer?


BALKENENDE:
Ik doe geen uitspraken uiteraard over de zaken die daar aan de orde zijn. Ik heb wel in algemene zin gezegd dat de gesprekken met de koningin over heel veel zaken gaan. Internationale bezoeken, werkbezoeken, de agenda van de ministerraad, zaken die in het parlement spelen. Maar ik ga uiteraard niet in op afzonderlijke zaken.


MINGELEN:
Nee, maar goed: zaken die in het parlement spelen, dat valt daar dan neem ik aan onder. Nu is de koningin 70 en is er enige discussie of speculatie over hoe lang ze het nog blijft doen. Valt een beslissing over de troonsafstand onder uw ministeriële verantwoordelijkheid?


BALKENENDE:
Alles wat de koningin betreft valt onder ministeriële verantwoordelijkheid.


MINGELEN:
Dus u praat daar met haar over?


BALKENENDE:
Er is vaak gezegd dat het moment waarop de koningin zegt: nou, ik heb het land nu gediend en het is nu een taak voor de troonsopvolger, dan zal zij dat zelf kenbaar maken.


MINGELEN:
Zover is het nog niet?


BALKENENDE:
Ik kan er nog geen mededelingen over doen.


MINGELEN:
Dat is iets anders dan zover is het nog niet. Laat ik het anders zeggen: wie zit er langer? Koningin Beatrix of premier Balkenende.


BALKENENDE:
Het is een slimme manier om de vraag op een andere manier te stellen, maar u krijgt geen ander antwoord.


- UITZENDING PORNOFILM 'DEEP THROAT' -


MINGELEN:
Even nog heel kort naar een andere affaire. De pornofilm Deep Throat wordt binnenkort uitgezonden na middernacht. Veel mensen wisten dat helemaal niet, totdat uw vice-premier Rouvoet daar bezwaar tegen begon te maken en zelfs opriep tot een onderzoek of het niet verboden kon worden. Is dat achteraf niet - als je tegen zo'n film bent - ontzettend dom?


BALKENENDE:
Ja, het is een onderwerp dat de laatste weken veel aandacht heeft gekregen en u begint er opnieuw over hè?


MINGELEN:
Nou ja, ik wilde het maar even proberen af te ronden. Dus vind u het eigenlijk niet gewoon dom dat hij dat zo heeft aangepakt, want nu weet iedereen dat die film er is.


BALKENENDE:
Ik vind dat de hele zaak wel erg veel aandacht heeft gekregen. Ik denk dat er echt wel belangrijkere zaken zijn in het land. Het is zo dat we altijd goed moeten letten op de vraag hoe ons mediabestel werkt. Het is zo dat een kabinet niet gaat over een media-uitzending. Wij kunnen geen zaken verbieden. Dat past bij de grondwettelijke orde in Nederland. Een groot goed dat wij de mediavrijheid hebben. Het is verder zo dat er bepaalde spelregels zijn. Bijvoorbeeld een Kijkwijzer. Dat doe je met namen ook om kinderen te beschermen. En wanneer er evidente fouten worden gemaakt, dan kan het commissariaat voor de media ingrijpen. Dat is een methode van werken die zijn diensten in het verleden bewezen heeft en dat zal ook in de toekomst zo zijn. En voor het overige heb ik in de brief aan de Kamer nog eens willen aangeven hoe het feitelijk zit.


MINGELEN:
Zegt u dan eigenlijk: nou ja, de heer Rouvoet mag gewoon persoonlijk wel bezwaar maken tegen zo'n film?


BALKENENDE:
Iedereen heeft zijn eigen opvattingen. Alleen de vraag is of er sprake is van wat een kabinet heeft te doen. Ik heb u het juridisch kader aangegeven. Dat is helder. Ik vind dat er al heel veel wordt gezegd over deze film. We zullen zien... Kijk, het is bovendien zo - en dat heb ik ook in mijn brief nog aangegeven - dat het recht aangeeft welke vrijheid omroepen hebben. Het is aan omroepen zelf om op een verantwoorde manier daar invulling aan te geven. Dat is hun verantwoordelijkheid. En kijkers kunnen altijd de knop omdraaien.


MINGELEN:
Tot slot, het kabinet heeft de nieuwe baas van de publieke omroep benoemd, de heer Hagoort. Hij komt van de EO. Denkt u dat met zo'n baas dit soort films niet meer uitgezonden zullen worden.


BALKENENDE:
Dat zou u eens aan de heer Hagoort zelf moeten vragen. Ik heb begrepen dat de heer Hagoort - ik ken hem ook wel - iemand is met grote deskundigheid op het gebied van de media. Hij heeft in de afgelopen jaren denk ik bij velen ook gezag verworven vanwege zijn expertise.


MINGELEN:
Maar mag hij zich hier mee bemoeien?


BALKENENDE:
Daarvoor geldt denk ik ook dat het aan de publieke omroepen zelf is om de zaken daarmee te doen. Het is denk ik nog niet eens aan de voorzitter van de Raad van Bestuur, maar aan de omroepen zelf en dat weet de heer Hagoort zelf ook. (letterlijke tekst, ongecorrigeerd, IW)