Senaat aanvaardt gesloten jeugdzorg
woensdag 19 december 2007
De Eerste Kamer heeft dinsdag 18 december een wijziging van de Wet op
de jeugdzorg aanvaard. De wijziging maakt het mogelijk buiten de
justitiële jeugdinrichtingen jeugdigen vast te houden. De bedoeling is
jongeren die in aanmerking komen voor gesloten jeugdzorg niet langer
in een gevangenis op te sluiten, zoals nu nog vaak het geval is. Bij
dit onderwerp hield mevrouw Quik-Schuijt van de SP haar maidenspeech.
Zij is ruim dertig jaar kinderrechter geweest.
Motie
Mevrouw Quik diende aan het slot van het debat nog een motie in met
het verzoek om de rechtspositie van jeugdigen met ernstige opgroei- en
opvoedingsproblemen eenduidig te regelen. Na de toezegging van
minister Hirsch Ballin van Justitie dat dit zou gebeuren op basis van
de Beginselenwet Justitiële Jeugdinrichtingen trok mevrouw Quik de
motie weer in.
Toezeggingen
VVD-senator mevrouw Duthler kondigde aan dat zij graag met de regering
op 29 januari 2008 weer debatteert over het voorkomen van
bureaucratisering van de jeugdzorg en het verminderen van de
regeldruk. Mevrouw De Vries-Leggedoor van het CDA kreeg de toezegging
van minister Rouvoet dat de kwaliteit van de zorg in de gesloten
jeugdzorg niet om financiële redenen minder goed zal zijn dan deze
zorg nu is in Justitiële inrichtingen. Senator Engels (D66) maakte
zich zorgen over de gevolgen van het meerderjarig worden van kinderen
die in een gesloten jeugdzorginrichting zitten. Minister Rouvoet zei
dat de wet over jeugdigen gaat en dat in VN-verband hieronder jongeren
van 15 tot 24 jaar worden verstaan. Senator Kuiper, die sprak namens
de fracties van de ChristenUnie en de SGP, kreeg de toezegging dat er
ook ruimte blijft voor geestelijke verzorging in de jeugdzorg. Mevrouw
Linthorst (PvdA) kondigde ook aan in januari verder in den brede met
de regering voer de jeugdzorg te willen debatteren. Er is nu een recht
op jeugdzorg en het zal toch niet waar zijn dat dit recht voor
sommigen niet verzilverd kan worden omdat er onvoldoende
opvangcapaciteit is, zei zij.
Eerste Kamer der Staten Generaal