Beantwoording vragen van het lid Van Gennip over een aanklacht tegen Indiase
activisten
21-12-2007 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door het lid Van Gennip over een aanklacht tegen Indiase
activisten. Deze vragen werden ingezonden op 7 december 2007 met
kenmerk 2070806240.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op
vragen van het lid Van Gennip (CDA) over een aanklacht tegen Indiase
activisten.
Vraag 1
Heeft u vernomen dat naast de acht medewerkers van de Schone Kleren
Kampagne en de Landelijke India Werkgroep ook mevrouw Geeta Menon van
Stree Jagruti Samiti en mevrouw Shakun Mohini van Vimochana uit India
zijn gedaagd door de Indiase rechtbank op basis van een aanklacht van
het Indiase bedrijf Fibre and Fabrics International? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat deze aanklacht een onwenselijk precedent kan
scheppen voor Indiase activisten die zich inzetten voor het verbeteren
van de arbeidsomstandigheden? Zo ja, bent u bereid uw zorgen
hieromtrent over te brengen aan de Indiase autoriteiten?
Vraag 3
Bent u bereid het proces tegen mevrouw Geeta Menon en Shakun Mohini
nauwlettend te volgen, de Kamer hierover op de hoogte te houden en,
indien noodzakelijk, op te komen voor hun rechten indien de procesgang
niet eerlijk verloopt?
Antwoord
Het is u bekend, dat de rechtszaak aangespannen door het Indiase
bedrijf Fibre and Fabrics International tegen de Nederlandse ngo's
Schone Kleren Kampagne en Landelijke India Werkgroep en ook de
internetbedrijven XS4ALL en Antenna mijn aandacht heeft. Ik verwijs u
daarvoor onder andere naar de antwoorden op de vragen van het lid
Gesthuizen van 6 november 2007. Een vertegenwoordiger van het
consulaat-generaal in Mumbai is als waarnemer aanwezig bij deze
rechtszaak. Ook de rechtszaak tegen mevrouw Geeta Menon en mevrouw
Shakun Mohini zal nauwlettend worden gevolgd.
Overigens ga ik ervan uit, dat in de democratische rechtsstaat India
betrokken mensenrechtenverdedigers, die Indiase staatsburgers zijn,
kunnen rekenen op een eerlijk proces. Mocht daar aanleiding toe zijn,
dan zal ik eventuele zorgpunten uiteraard op basis van mijn beleid ten
aanzien van mensenrechtenverdedigers opbrengen bij de Indiase
autoriteiten. Op dit moment is daar geen reden voor.
1) Radio programma Argos, De Ochtenden 5 december 2007
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken