Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Antwoorden op kamervragen over het door een politieke partij
weren van homoseksuelen uit bestuursfuncties en functies in het openbaar
bestuur
18 december 2007
Minister Ter Horst geeft antwoord op vragen van het lid Van der Ham
(D66) over het door een politieke partij weren van homoseksuelen uit
bestuursfuncties en functies in het openbaar bestuur (ingezonden 27
november 2007).
Vraag 1
Welke actie bent u voornemens te nemen indien een politieke partij,
zou besluiten om homoseksuelen te weren uit bestuursfuncties in die
partij of om hen niet kandidaat te stellen voor functies in het
openbaar bestuur?
Vraag 2
In welke mate zou in dit geval dezelfde redenering opgaan als bij het
proces van het Clara Wichmann Instituut tegen de SGP? Overweegt u een
verbod op de uitsluiting van homoseksuelen uit bepaalde functies
binnen en namens een politieke partij op dezelfde wijze als een
soortgelijk verbod voor vrouwen?
Antwoord
Bij de totstandkoming van de Wet subsidiering politieke partijen is
aangegeven dat politieke partijen een bijzondere rol vervullen in de
samenleving en een wezenlijke functie hebben in een democratische
rechtstaat. Maatregelen die een politieke partij beperken in haar
rechten en vrijheden zijn dan ook alleen onder bijzondere
omstandigheden gerechtvaardigd.
In artikel 16 van de Wet subsidiering politieke partijen is om die
reden bepaald dat de aanspraak op subsidie uitsluitend -voor een
bepaalde periode- vervalt, indien een politieke partij onherroepelijk
strafrechtelijk is veroordeeld wegens discriminatie. Dit betreft alle
vormen van strafbare discriminatie. Door de Raad van State en het
Europees Hof voor de Rechten van de Mens is dit uitgangspunt
bevestigd. Zolang een politieke partij niet onherroepelijk
strafrechtelijk wegens discriminatie is veroordeeld, zie ik dan ook
geen aanleiding actie te ondernemen.
Naar boven
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties