Ernst Bos gepromoveerd
20 dec 2007
Onderdeel: LEI
Op 12 juni 2007 heeft Ernst Bos zijn proefschrift 'Integrating Ecology
in Social Cost-Benefit Analysis; Supporting Dutch Policy Making'
succesvol verdedigd aan de Martin-Luther-Universität Halle-Wittenberg
in Duitsland.
Het proefschrift heeft als onderwerp de Maatschappelijke Kosten-Baten
Analyse (MKBA) als instrument voor het evalueren van infrastructurele
projecten. In het bijzonder ligt de focus op de economische waardering
van negatieve effecten van infrastructuur op de omliggende natuur.
Als eerste gaat het proefschrift in op de rol van natuurwaardering bij
binnenlandse en buitenlandse besluitvormingsprocessen. Hieruit komt
naar voren dat met name in de Verenigde Staten de ânatuur âen
milieu-inclusieve MKBAâ een voorname rol speelt bij de besluitvorming
omtrent grote projecten of beleidsmaatregelen, waarbij effecten op
natuur en milieu van belang zijn. In dergelijke gevallen is het
uitvoeren van een MKBA niet alleen wettelijk verplicht, maar ook de
uitkomst is bindend. In Nederland is de rol van de natuur âen
milieu-inclusieve MKBA in de besluitvorming tot nu toe beperkt
geweest.
Ten tweede gaat het proefschrift in op alternatieve instrumenten voor
de MKBA, zoals speltheoretische allocatiemodellen en
Multicriteria-analyse. Belangrijke criteria voor het vergelijken van
de instrumenten zijn de methodologische kenmerken en de praktische
uitvoerbaarheid in besluitvormingsprocessen.
Geen van de alternatieve evaluatie-instrumenten scoren duidelijk beter
dan MKBA ten aanzien van methodische kenmerken en praktische
toepasbaarheid. De onzekerheid van MKBA kan beperkt worden door
expliciete richtlijnen op te stellen voor de economische waardering
van effecten op natuur. Het uitgangspunt hierbij is dat richtlijnen,
die verder gaan dan de algemene richtlijnen van OEI (Overzicht
Effecten Infrastructuur), ten goede komen aan de betrouwbaarheid van
natuurwaardering en daarmee aan de betrouwbaarheid van de MKBA
Tenslotte zijn de richtlijnen toegepast op een case studie. De case
betrof het plan om het spoorwegennet in de Randstad uit te breiden en
te verintensiveren. Daarbij zouden onder meer de veenweidegebieden van
het Groene Hart doorsneden worden, hetgeen tot additionele verstoring
en versnippering van het ecosysteem zou leiden. Tevens zou de
recreatieve waarde worden verstoord in de directe omgeving van de
spoorlijnen. Uit de case is naar voeren gekomen dat de economische
waarde van negatieve effecten op natuur aanzienlijk kunnen zijn,
namelijk tussen de â¬110 mln. en â¬340 mln. Daarmee is het van belang
om dergelijke externe effecten in toekomstige MKBAâs te betrekken. Â
Meer informatie: Ernst Bos
Proefschrift te bestellen bij:
Shaker Publishing (www.shaker.nl), onder vermelding van ISBN
978-90-423-0332-4
Contact
Ernst Bos
ernst.bos@wur.nl
LEI