Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording vragen van het lid Ten Broeke over problemen bij de integratie van Roemenië in de Europese Unie


19-12-2007 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bieden wij u hierbij, mede namens de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Ten Broeke over problemen bij de integratie van Roemenië in de Europese Unie. Deze vragen werden ingezonden op 19 november 2007 met kenmerk 2070805070.

De minister van Buitenlandse Zaken, De staatssecretaris voor Europese Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen Drs. F.C.G.M. Timmermans

Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, en de heer Timmermans, staatssecretaris voor Europese Zaken, mede namens de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op vragen van het lid Ten Broeke (VVD) over problemen bij de integratie Roemenië in de Europese Unie.

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het feit dat Roemenië onvoldoende vooruitgang boekt bij het introduceren van computerprogrammatuur voor het doorsluizen van EU-gelden naar Roemeense boeren?1

Antwoord

Ja. Reeds op 10 oktober 2007 deelde de Europese Commissie mee dat Roemenië een ernstige achterstand heeft bij de instelling van geaccrediteerde en efficië nte Betaalorganen en de implementatie van een Geïntegreerd Beheers- en Controle Systeem (GBCS). Aanvankelijk kreeg Roemenië tot 9 november de tijd om orde op zaken te stellen. Op
14 november deelde Landbouwcommissaris Fischer Boel echter mee dat Roemenië nog één maand extra de tijd kreeg. Hoewel er volgens de Commissaris voortgang was geboekt, zijn er nog tekortkomingen in onderdelen van het systeem dat een correcte uitbetaling van steun aan boeren moet garanderen.

Vraag 2

Heeft de Europese Commissie gedreigd om de overdracht van subsidies die bestemd zijn voor Roemeense boeren drastisch in te krimpen wanneer Roemenië niet per 16 december a.s. kan aantonen dat de belangrijkste tekortkomingen zijn ondervangen?

Antwoord

De Europese Commissie heeft medegedeeld op 20 december a.s. een besluit te nemen over een eventuele korting van 25% op de voor Roemenië bestemde GLB-middelen voor directe inkomenssteun voor
2007/2008, die in totaal 443 miljoen euro bedragen. Roemenië moet er nu zorg voor dragen dat op uiterlijk 15 december het Betaalorgaan geaccrediteerd is. Bovendien moet een accountantsrapport op 16 december aantonen of de tekortkomingen, zoals die eerder door de Commissie zijn geconstateerd, zijn verholpen.

Vraag 3

Hoe beoordeelt u deze ontwikkelingen?

Antwoord

Nederland deelt de zorg van de Commissie. De Betaalorganen en het GBCS zijn essentieel voor een efficiënte en correcte uitbetaling van landbouwgelden. Het is daarom van belang dat er zo snel mogelijk een oplossing wordt gevonden voor geconstateerde problemen.

Vraag 4

Bent u bereid om ook in bilateraal verband de Roemeense en Bulgaarse ambassadeurs ervan te doordringen dat Nederland, dat immers voorop heeft gelopen bij de toetreding van deze landen, eist dat deze landen aan de gestelde voorwaarden voldoen?

Antwoord

De Nederlandse ambassadeur in Boekarest heeft de zorgen van de Nederlandse regering overgebracht aan de nieuwe Roemeense Minister van Landbouw en Plattelandsontwikkeling. Minister Ciolos gaf in dit gesprek aan vertrouwen te hebben dat de korting voorkomen kan worden. Van Roemeense zijde is tevens aan de Europese Commissie toegezegd dat geen betalingen aan boeren zullen worden verricht zolang het systeem van uitbetalingen nog niet op orde is. Overigens worden betalingen aan boeren altijd eerst door de lidstaat zelf voldaan en pas door de Commissie vergoed uit EU-middelen na goedkeuring van de door de lidstaat ingediende declaraties.

Vraag 5

Bent u bereid de Kamer op de hoogte te houden van de ontwikkelingen ten aanzien van het voldoen door Roemenië en Bulgarije aan de eisen die door de Europese Unie worden gesteld?

Antwoord

De Europese Commissie rapporteert regelmatig over de verdere voortgang die beide landen sinds hun toetreding hebben gemaakt. De eerstvolgende, tussentijdse rapportage wordt begin 2008 verwacht en zal de Kamer uiteraard toegaan.


1: Zie euobserver.com, 14 november 2007 en EUROPA-Rapid-Press Releases, 14 november 2007.

* Ministerie van Buitenlandse Zaken

* Bezuidenhoutseweg 67

* Postbus 20061

* 2500 EB Den Haag

* Tel.: 070-3 486 486

* Fax: 070-3 484 848

* Internet: www.minbuza.nl