ben best trots'
`Ik ben best trots'
Nieuwsbericht, 14 december 2007
Harm Schonewille is beleidsadviseur voor De Gelderse Roos, een
instelling voor mensen met psychische problemen en psychiatrische
aandoeningen, en verantwoordelijk voor de invoering van de
zorgzwaartebekostiging. Hij vertelt over zijn ervaringen.
`De zorgzwaartebekostiging betekent nogal wat voor ons. Tot nog toe
behandelden we cliënten vooral als groep. We wisten hoeveel
begeleiders we voor die hele groep nodig hadden. De begeleiders
verdeelden vervolgens zelf hun aandacht over de leden van die groep.
Met de invoering van de zorgzwaartepakketten in 2008 benaderen we onze
cliënten veel meer per individu. Dat betekent dat we nu per cliënt
moeten inventariseren hoeveel zorg hij nodig heeft.'
Schonewille verwacht dat de formatie door de zorgzwaartebekostiging
niet erg zal veranderen: `Het aanpassen is een lastig proces omdat
niet al onze patiënten onder de zorgzwaartebekostiging vallen. Er
zitten ook DBC-cliënten tussen. Als er al aanpassingen zijn, dat
verwacht ik dat we meer budget zullen krijgen. We hebben al een aantal
jaren het idee dat de beschikbare middelen ontoereikend zijn. Tijdens
de indicatiestelling en de controle is dit vermoeden bevestigd, maar
we moeten nog maar zien of we de benodigde extra budget ook krijgen.'
Over de prioriteiten van de organisatie zegt de projectleider: ´Onze
prioriteit ligt op dit moment bij het regelmatig controleren van het
zorgzwaartepakket van de cliènten. Wij hebben te maken met een vrij
constante groep cliënten met een zorgzwaartepakket, maar het verloop
binnen de groep is groot. Er komen steeds nieuwe cliënten bij en er
gaan ook steeds cliëntennaar een andere groep omdat hun zorgzwaarte
verandert. Het controleren van de zorgzwaarte betekent een extra
administratieve last.´
Aan de communicatie over zorgzwaartepakketten met de cliënten doet De
Gelderse Roos nog weinig: `Er is nu nog geen goed productenboek,
daarom kunnen we de cliënten ook nog niet veel vertellen. Bovendien
weten de meeste cliënten wel waar ze aan toe zijn. We werken nu ook al
behandel- en verpleegplannen.'
De invoering van de zorgzwaartebekostiging is binnen de organisatie
wel goed gecommuniceerd, al geldt dat vooral voor het lijnmanagement.
De medewerkers weten nog niet zo goed waar ze aan toe zijn: `Ik merk
dat medewerkers nogal terughoudend zijn. We moeten veel investeren om
medewerkers te overtuigen van het nut en de noodzaak van de
bekostiging, maar vooral ook om het levend te houden. Nu is de
zorgzwaartebekostiging vooral nog een last. Ik ben dan ook best trots
dat wij al ruim honderd jaar zorg leveren en dat nu, ondanks de
invoering van de zorgzwaartebekostiging nog steeds doen. We moeten
natuurlijk kritisch blijven op onszelf, maar het feit dat we al zo
lang bestaan en helaas nog steeds te maken hebben met wachtlijsten
zegt wel iets.'
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport