abcdefgh
De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG
Contactpersoon Doorkiesnummer
- -
Datum Bijlage(n)
18 december 2007 -
Ons kenmerk Uw kenmerk
V&W/DGTL-2007/12088 -
Onderwerp
Twente Airport
Geachte voorzitter,
Tijdens de begrotingsbehandeling van Verkeer en Waterstaat is mij de vraag gesteld om,
mede namens mijn ambtsgenoot van Financiën, middels een brief in te gaan op de
mogelijkheden van continuering van chartervluchten op de luchthaven Twente. Hierbij zal
ook worden ingegaan op de risico's met betrekking tot staatssteunproblematiek.
Middels deze brief wil ik, mede namens de Minister van Financiën, antwoord geven op
deze vraag.
Achtergrond
Op dit moment is de luchthaven Twente een militaire luchthaven waar, afhankelijk van
het seizoen, één tot drie dagen per week chartervluchten plaatsvinden. Op 31 december
2007 verlaat Defensie de huidige militaire luchthaven Twente, waardoor het
defensieterrein vrijkomt en de infrastructuur en diensten die vereist zijn voor het veilig
uitvoeren van commerciële luchtvaart verdwijnen.
Het Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf (GOB) is gevraagd om de mogelijkheden van
ontwikkeling van het defensieterrein te onderzoeken waarbij de mogelijkheden van een
doorstart van de luchthaven als burgerluchthaven eveneens worden onderzocht.
Om te beoordelen of een overgang naar een civiele luchthaven aan de orde kan zijn, is het
noodzakelijk om te weten of de luchthaven op termijn rendabel kan zijn. Hiervoor is het
opstellen van business-case een noodzakelijke eerste stap. Ondanks het naderend vertrek
van Defensie heeft het GOB in samenwerking met de regio nog geen business-case
afgerond op basis waarvan een definitief besluit kan worden genomen over de toekomst
van de luchthaven.
Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171
Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895
bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)
V&W/DGTL-2007/12088
Besluit voor de interim periode na 1 januari 2008
Er ontstaat een interim periode tussen het vertrek van defensie en de besluitvorming en
eventuele implementatie van de gebiedsontwikkeling. Voor deze interim periode heeft het
GOB verschillende scenario's uitgewerkt, variërend van sluiting van het vliegveld tot een
openstelling voor commercieel vliegverkeer voor vijf dagen per week.
Het ministerieel opdrachtgeversberaad voor het GOB (de ministers van Financiën, V&W
EZ, Defensie, VROM, LNV) heeft deze scenario's beoordeeld en geconcludeerd dat extra
investeringen in infrastructuur en diensten niet te verantwoorden zijn voordat er zicht is op
commerciële haalbaarheid en beleidsmatige wenselijkheid van commerciële luchtvaart. Bij
deze beoordeling heeft ook het aspect van staatssteun zwaar gewogen.
Gedurende de interim periode blijft de luchthaven open voor klein zakelijk en recreatief
vliegverkeer (general aviation), zodat geen onomkeerbare situatie ontstaat die een
eventuele doorstart op Twente in de weg staat.
Reactie
De vraag van uw Kamer over de continuering van chartervluchten met een investering uit
de Rijksmiddelen moet ondermeer worden beschouwd in het licht van de overwegingen
die naar voren zijn gebracht bij het besluit over interim periode.
Navraag bij het GOB, de ministeries van Financiën en Defensie en de landsadvocaat leert
het volgende:
· Er is op dit moment nog geen business-case die zicht geeft op de commerciële
haalbaarheid van commerciële luchtvaart op de langere termijn. Het GOB voert
momenteel gesprekken met potentiële exploitanten. Buiten een mondelinge
toezegging dat er interesse is, zijn er tot op heden nog geen concrete, op schrift
gestelde, voorstellen voor exploitatie.
· De ontmanteling van de complete vliegbasis is al geruime tijd geleden door
Defensie in gang gezet. Er zijn daarbij conform afspraken met de huidige
afhandelaar, Enschede Airport Twente, en de gemeente nog geen onomkeerbare
stappen genomen die de taakuitvoering tot 31 december 2007 (accommoderen
civiel luchtverkeer) in gevaar brengen.
In het kader van de voorgenomen sluiting is echter geen rekening gehouden met
instandhouding van de platformfuncties na 1 januari 2008, zijn hiervoor
noodzakelijke budgetten niet voorzien en is benodigd personeel niet beschikbaar.
Bovendien is een deel van het aanwezige materieel niet vervangen waardoor o.a.
de zend/ontvanginstallaties ten behoeve van torenverkeersleiding en sneeuw- en
ijsbestrijdingsmaterieel het einde hebben bereikt van de operationele en
technische levensduur.
· Het extra openstellen voor commerciële luchtvaart, ook voor een periode van één
jaar vraagt om substantiële investeringen. De kosten spitsen zich toe op de
personele component en een investering in materieel.
Extra openstelling voor commerciële luchtvaart kan uit veiligheidsoverwegingen
niet los worden gezien van de aanwezigheid van een exploitant. De exploitant is
---
V&W/DGTL-2007/12088
eindverantwoordelijk voor de bedrijfsvoering van de luchthaven. Verder dient hij
de toegang tot het vlieggebied en het verkeer daarbinnen te regelen en erop toe
te zien dat de voor Luchtverkeersleiding benodigde infrastructuur (verkeerstoren,
start- en rolbanen, verlichting, leidingen/kabels) adequaat blijven functioneren.
Tot slot dient de exploitant toe te zien op de beschikbaarheid en inzetbaarheid
van voldoende en gekwalificeerd personeel. Er dient daarnaast waarschijnlijk
luchtverkeersleiding, brandweer, bird control en meteocapaciteit te worden
ingekocht. Zoals hierboven beschreven bestaat er op dit moment onvoldoende
zekerheid over de beschikbaarheid van zo'n exploitant.
· Een gedeelte van het materieel voor de platformtaken is dusdanig verouderd dat
herverdeling binnen defensie niet zinvol wordt geacht. Het grootste deel van het
materieel is herbestemd voor gebruik elders in de defensie organisatie. Er dient
dus voor vervanging van deze apparatuur te worden gezorgd die daarbij vanwege
veiligheidsvoorschriften en normen los dient te staan van de defensie-
communicatie infrastructuur. Naar verwachting zullen dit aanzienlijke kosten zijn.
· Extra uitgaven om een doorstart op korte termijn ten behoeve van
chartervluchten te realiseren kan zonder deugdelijke business-case worden gezien
als staatssteun. Met betrekking tot dit deel van de financiering kan zonder
business-case niet met voldoende zekerheid volgehouden worden dat een
particuliere eigenaar of investeerder onder vergelijkbare omstandigheden ook een
dergelijk besluit zou hebben genomen. In dat geval vormt de extra financiering
mogelijk een (exploitatie)steun die in principe verboden is.
De Europese Commissie heeft op grond van haar mededeling van 9 december
2005 over de financiering van luchthavens zich reeds meermalen op het
standpunt gesteld dat de overheidsbijdragen aan luchthavens (bijvoorbeeld ten
behoeve van de ondersteuning van de bedrijfsvoering en ten behoeve van de
ombouw van een goederen- in een personenterminal) staatssteun vormt. Hierbij
kan bijvoorbeeld worden verwezen naar de standpunten van de Europese
Commissie inzake de regionale luchthavens zoals Flughafen Lübeck Blankensee
(NN 71/2006) en Tampere Pirkkale Airport (NN 26/2007).
· Ongeacht de beschikbaarheid van voldoende financiële middelen is er naar
inschatting van het GOB minimaal een half jaar respectievelijk drie kwart jaar
nodig om alle voorzieningen en vergunningen te realiseren die benodigd zijn voor
het veilig kunnen afhandelen van general aviation of commerciële luchtvaart op
Twente.
· Het samenwerkingsverband van het GOB (namens het Rijk), de provincie
Overijssel en de gemeente Enschede zullen in het eerste kwartaal van 2008 een
eerste globale businesscase opleveren. Deze `globale' businesscase bevat onder
meer vier ruimtelijke modellen met financiële onderbouwing en voorstellen voor
de bestendiging van de samenwerking tussen het Rijk, de provincie Overijssel en
de gemeente Enschede.
---
V&W/DGTL-2007/12088
Alles overwegende is een investering in Twente voor de instandhouding van de
mogelijkheid tot het uitvoeren van chartervluchten op dit moment niet opportuun.
In lijn met het gesprek dat de Minister van Financiën met de regio heeft gevoerd, zijn wij
bereid, wanneer uit een positieve en betrouwbare business case blijkt dat de
ontwikkelingswaarde van het vliegveld gebaat is bij opschaling voor chartervluchten
gedurende de interimfase, om daar dan 3mln voor te zoeken. Uiteraard onder de
voorwaarde dat er geen staatsteun- en aanbestedingsrechtelijke risico's aan kleven.
Een dergelijk besluit zal, net als het besluit voor het huidige scenario, moeten worden
bekrachtigd in het Ministerieel Opdrachtgevers Beraad waarin de zes betrokken ministers
zijn vertegenwoordigd.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Camiel Eurlings
---
Ministerie van Verkeer en Waterstaat