Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld
door de leden Van Baalen, Weekers en Ten Broeke n.a.v. de Russische
parlementsverkiezingen van 2 december 2007. Deze vragen werden ingezonden op 5
december 2007 met kenmerk 2070806050.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van
Buitenlandse Zaken, op vragen van de
leden Van Baalen, Weekers en Ten Broeke
(VVD) n.a.v. de Russische
parlementsverkiezingen van 2 december 2007.
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de kritiek die de Raad van Europa en de OVSE hebben
geuit op de oneerlijk verlopen parlementsverkiezingen in Rusland, waarbij in
tientallen regio's valse stemmen zijn uitgebracht en kiezers zijn geï
ntimideerd? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening van de OVSE en de Raad van Europa dat de verkiezingen voor
de Staatsdoema in de Russische Federatie niet eerlijk waren en niet voldeden aan
veel verplichtingen en standaarden van de OVSE en de Raad van Europa voor
democratische verkiezingen?
Antwoord
Aangezien er geen volwaardige OVSE-ODIHR waarneming van deze verkiezingen
heeft plaatsgevonden is het moeilijker zich een volledig beeld van het verloop
van deze verkiezingen te vormen. Niettemin vindt de Nederlandse regering het
zorgelijk dat vertegenwoordigers van de Parlementaire Assemblees van de OVSE en
de Raad van Europa, die wel als waarnemers aanwezig zijn geweest bij deze
verkiezingen, hebben geconstateerd dat deze niet eerlijk zijn verlopen.
Vraag 3
Deelt u de mening van de OVSE dat de uitvoerende macht, het Kremlin, de
controlerende macht, de Doema, heeft gekozen in plaats van omgekeerd?
Vraag 4
Bent u bereid om hierover uw zorg uit te spreken bij de Russische
ambassadeur?
Antwoord
De door u bedoelde uitspraak is een interpretatie die vanuit de Parlementaire
Assemblee van de OVSE op basis van een (beperkte) waarneming van deze
verkiezingen werd gegeven. Het gaat hierbij niet om een breed gedragen
OVSE-standpunt.
Het Portugese EU-voorzitterschap heeft mede namens de lidstaten een
verklaring uitgegeven naar aanleiding van de Doema-verkiezingen. Daarmee is ook
de Nederlandse positie ten aanzien van deze verkiezingen voldoende tot
uitdrukking gekomen. Ditzelfde standpunt heeft de EU uitgedragen in de OVSE
Permanente Raad op 6 december jl.
Vraag 5
Bent u bereid om in EU-verband te bevorderen dat er een niet-Russische
medekandidaat komt naast de Rus Michail Margelov, die Rene van der Linden wenst
op te volgen als voorzitter van de Parlementaire Assemblee van de Raad van
Europa?
Antwoord
De verkiezing van een nieuwe voorzitter van de Parlementaire Assemblee van de
Raad van Europa is een zaak van de Assemblee zelf, waarin de Nederlandse
regering zich niet wenst te mengen.
1) NOS-journaal van maandag 3 december 2007.
Ministerie van Buitenlandse Zaken