LEI

LEI: Jaar 2007 goed voor melkveehouders, slecht voor varkenshouders en vissers (persbericht)

17 dec 2007
Onderdeel: LEI

De land- en tuinbouwsector als geheel boekt in 2007 een goed resultaat, maar de uitkomsten per productietak verschillen sterk. Door gunstige ontwikkelingen op de meeste afzetmarkten houdt de stijging van de opbrengsten ongeveer gelijke tred met die van de kosten. De toegevoegde waarde van de sector stijgt met 2,5% en het inkomen van de ondernemer blijft gemiddeld gelijk. Achter dat gemiddelde gaan echter grote verschillen schuil. Vooral de melkveehouderij en de vleeskuikenhouderij doen het goed. De sierteelt onder glas boekt bijna hetzelfde resultaat als in 2006, en alle takken van opengrondstuinbouw laten een inkomensstijging zien. Maar in de varkenshouderij wordt zwaar verlies geleden, en de resultaten in de akkerbouw en glasgroenteteelt staan onder druk. Dit blijkt uit de jaarlijkse inkomensramingen van het LEI, onderdeel van Wageningen UR. Behalve voor de land- en tuinbouw is ook een raming gemaakt van de resultaten in de kottervisserij, de belangrijkste tak van de Nederlandse zeevisserij. De zeevisserij als geheel kampt al jaren met een toenemend kostenprobleem, vooral door stijgende energieprijzen. In de kottervisserij zet de trend van dalende nettoresultaten zich ook in 2007 voort. Een belangrijk deel van de kotterbedrijven lijden ook dit jaar weer verlies.

Veehouderij: grote verschillen, hogere voerkosten niet overal gecompenseerd

De veehouderij heeft in 2007 te maken met ongeveer 20 procent hogere voerprijzen. De melkveehouders kunnen deze stijging ruimschoots compenseren door een 18 procent hogere melkprijs. Die zorgt ervoor dat hun inkomen in 2007 ver boven het gemiddelde ligt van de afgelopen jaren. Ook de leghennenhouders kunnen de hogere voerkosten goedmaken met hogere opbrengstprijzen. Maar hun inkomen verbetert maar weinig en blijft gemiddeld op een erg laag niveau steken. Vleeskuikenhouders zien na een slecht jaar het inkomen wel duidelijk stijgen. Varkenshouders worden in 2007 geconfronteerd met een aanzienlijke inkomensdaling. Dat geldt het meest voor de zeugenhouders. Naast de voerkostenstijging zijn lagere opbrengstprijzen en hogere afzetkosten van mest oorzaken van de inkomensterugval. Vleesveehouders zien dit jaar het inkomen afnemen. Hetzelfde geldt voor schapenhouders. De blauwtongziekte zorgt voor verlies aan dieren en extra kosten. Het inkomen van vleeskalverhouders met een contract daalt in 2007 iets, evenals in het voorgaande jaar.

Akkerbouw: inkomensdaling voor meeste bedrijven

Het inkomen van veel akkerbouwers daalt dit jaar door lagere opbrengstprijzen voor poot- en consumptieaardappelen, suikerbieten en uien. De sterk gestegen graanprijzen kunnen dit niet compenseren. Het inkomen van de telers van zetmeelaardappelen stijgt in 2007 wel, door hogere prijzen en kilogramopbrengsten, en doordat ook zij daarnaast profiteren van de hogere graanprijzen.

Glastuinbouw: lagere inkomens, vooral in groenteteelt

De inkomens op groente-, bloemen- en pot- en perkplantenbedrijven dalen in 2007 gemiddeld met ongeveer 15.000 euro. Vooral voor de glasgroentetelers is de daling sterk, door lagere opbrengstprijzen en lagere kilogramopbrengsten van de belangrijkste vruchtgroenten. Voor de sierteelt onder glas blijft de inkomensdaling beperkt doordat de opbrengsten stijgen, zij het ook hier minder dan de kosten. In de glastuinbouw is er altijd sprake van een grote variatie in inkomens rond het gemiddelde, door uiteenlopende prijsontwikkelingen per gewas, verschillende gasprijscontracten en het al dan niet zelf produceren van elektriciteit.
Voor champignontelers is 2007 een jaar van verder inkomensherstel door hogere opbrengstprijzen. Dit geldt vooral voor de producenten van champignons voor verwerking.

Tuinbouw open teelten: hogere inkomens

Voor alle sectoren in de tuinbouw in de open grond is het inkomensbeeld in 2007 redelijk gunstig. De geldopbrengsten voor de producten van groente-, fruit-, bloembollen- en boomtelers nemen gemiddeld voldoende toe om de kostenstijging op te vangen.

Visserij: geen verbetering resultaten

De kottervisserij, die voor ruim de helft van de totale visomzet zorgt, laat in 2007 evenals in voorgaande jaren negatieve resultaten zien. Ondanks de afname in de aanvoer van vis blijft de totale geldopbrengst in 2007 op peil, maar door de sterk gestegen kosten komt het geraamde netto resultaat in 2007 ongeveer even laag uit als in 2006. Vooral de brandstofprijzen dragen daaraan bij. Dat betekent dat de belangrijkste kottergroepen, met name de grote platviskotters, opnieuw verliesgevend zijn. Dit past in een al jaren voortgaande trend van stagnatie in arbeidsopbrengst en nettoresultaat. (figuur 1). De kottervloot is door een saneringsronde eind dit jaar 15 tot 20 procent kleiner dan in 2006.

Rapport 1.07.04 Actuele ontwikkeling van bedrijfsresultaten en inkomens in 2007
Rapport PR 07.04 Visserij in cijfers 2007

BIJLAGEN

a) Naast het inkomen uit bedrijf hebben veel ondernemers en hun partners ook inkomsten van buiten het bedrijf. Bijvoorbeeld inkomsten uit loondienst, vergoedingen voor vermogen en (sociale) uitkeringen. Daar staat tegenover dat op een deel van de bedrijven (wisselend per bedrijfstype) het gezinsinkomen moet worden gedeeld door meerdere huishoudens.

b) voor deze bedrijfstypen zijn de voor 2007 geraamde resultaten met een marge aangegeven; de verwachte verandering ten opzichte van het voorgaande jaar is aangeduid met een + bij een verbetering.

Figuur 1 Ontwikkeling resultaten kottervisserij

Contact
Veehouderij
ir. Kees de Bont
cees.debont@wur.nl
070-3358161

Akkerbouw en tuinbouw
ir. Anita van der Knijff
anita.vanderknijff@wur.nl
070-3358181

Visserij
Kees Taal
kees.taal@wur.nl
070-3358170