LTO Noord


Na 5 jaar nog steeds onduidelijkheid over
Wieringerrandmeer

LTO Noord slaat met vuist op tafel

LTO Noord afdeling Wieringerland heeft in een brandbrief aan de provincie en gemeenten Wieringermeer en Wieringen duidelijk gemaakt dat zij ontevreden is over de positie van de land- en tuinbouw in het plan- en besluitvormingsproces Wieringerrandmeer. De toegezegde versterking van de agrarische positie bij de aanleg van het meer wordt niet nagekomen. Er wordt al 15 jaar gesproken over een randmeer en er is nog steeds veel onduidelijkheid. LTO Noord vindt dat de bewoners en de bedrijven in het plangebied niet langer in onzekerheid mogen verkeren en eist duidelijkheid.

Vanuit de verantwoordelijk overheden is diverse malen aangegeven dat de aanleg van het randmeer de positie van de land- en tuinbouw moet versterken. Zo niet dan gaat de aanleg niet door. Deze uitgangspunten worden door diverse aangenomen moties in de beide gemeenteraden onderstreept. De agrarische ontwikkeling in het plangebied zit al jaren op slot doordat de bedrijven geen naburige grond kunnen aankopen. Vrijwel alle bedrijven in het plangebied van het randmeer met in totaal ruim 1000 ha willen een bedrijf op een andere locatie voortzetten. Vrijkomende bedrijven in de polder zijn uitgegeven aan onder meer ondernemers vanuit het gebied Agriport waardoor de gedupeerde bedrijven uit het gebied geen mogelijkheid meer hebben om te verplaatsen in de Wieringermeer. Bestaande bedrijven kunnen niet uitbreiden door de Wet Voorkeursrecht Gemeenten waardoor (jonge) agrarische ondernemers, als gevolg van de toenemende vraag naar agrarische producten, de gewenste schaalsprongen niet kunnen maken.

In de Landbouw Effect Rapportage (LER) worden de door LTO Noord voorspelde negatieve effecten volledig onderschreven. Met de aanbevelingen in de LER is niets gedaan. De toekomstige zoetwatervoorziening in de Wieirngermeer is nog steeds niet gegarandeerd. Minimaal twaalf bedrijven direct naast het randmeer gaan zulke sterke negatieve effecten ondervinden dat voortzetting van het huidige bedrijf niet meer mogelijk is. Daarnaast concludeert de LER dat de aanleg van het meer tot diverse schadeposten zal leiden (vermogensschade, inkomensschade, inrichtingsschade, beperking teeltmogelijkheden, schade door foeragerende vogels en grotere onkruiddruk). De uitkomsten van de LER en de nieuwe plannen zijn dusdanig zorgwekkend dat LTO Noord het noodzakelijk vindt dat er duidelijke afspraken gemaakt worden voor de besluitvorming van het randmeer. De voortdurende besluiteloosheid leidt voor ondernemers en hun gezinnen tot grote sociale en economische spanningen. Otto Smit, voorzitter van de LTO Noord afdeling Wieringerland wil komen tot meer perspectief voor de land- en tuinbouw als geheel en de betreffende ondernemers in het bijzonder. In zijn schrijven eist hij volledige schadeloosstelling voor de land- en tuinbouw en een versterking van de agrarische structuur in de Kop van Noord-Holland, waarbij hij het van belang acht een groter gebied te betrekken bij de ontwikkelingen van het randmeer. De brief is vandaag verzonden aan Gedeputeerde en Provinciale Staten van Noord-Holland, de burgemeesters, wethouders en gemeenteraden van Wieringermeer en Wieringen en de stuurgroep Wieringerrandmeer.

Maandag 17 december 2007