Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid


14 december 2007

Nr. 07/135

Sociale verzekeringen per 1 januari 2008

Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 januari 2008 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk minimumloon. Het minimumloon stijgt van EUR 1317,00 naar EUR 1335,00 euro bruto. Ook de kinderbijslag (die valt onder de minister voor jeugd en gezin) gaat omhoog. De aanpassingen zijn nodig omdat ook de lonen en de prijzen de afgelopen tijd zijn gestegen.

AOW'ers zien hun netto uitkering bijvoorbeeld met tussen de 8 en de 11 euro per maand stijgen. Hoe hoog het bedrag is, hangt af van de persoonlijke situatie. De netto-uitkering van een alleenstaande AOW'er gaat bijvoorbeeld met ruim 11 euro omhoog naar 914 euro per maand. Echtparen waarvan beide partners 65 jaar of ouder zijn, krijgen in totaal netto 16 euro per maand erbij. Hun gezamenlijke netto-uitkering komt dan uit op 1251 euro per maand. Dat is exclusief vakantietoeslag en de tegemoetkoming AOW. Deze tegemoetkoming wordt aan alle AOW-ers uitbetaald en het bruto bedrag bedraagt in 2008 14,86 euro per maand.

Ook mensen met WW, WIA en WAO gaan er over het algemeen op vooruit. De uitkeringen worden verhoogd met 1,37%. De absolute stijging is lastiger aan te geven omdat die nog meer dan bij de AOW afhangt van persoonlijke omstandigheden. Zo is bijvoorbeeld ook van belang hoe hoog hun inkomen was voordat zij een uitkering kregen. Voor de berekening van de uitkering geldt bovendien een maximum inkomen; verdient men meer dan telt het deel boven dat maximum niet mee bij het bepalen van de uitkering. Dit zogeheten maximumdagloon wordt per 1 januari 2008 vastgesteld op 177,03 euro bruto per dag.

Verder wordt er per 1 januari de kindertoeslag geïntroduceerd (die ook valt onder de minister voor jeugd en gezin) en is er een aanpassing in de Toeslagenwet.

AOW

AOW'ers die getrouwd zijn of samenwonen hebben elk een eigen recht op een AOW-pensioen. De hoogte daarvan is gelijk aan de helft van het netto minimumloon. De AOW voor een alleenstaande bedraagt 70 procent van het netto minimumloon en dat voor een eenoudergezin 90 procent. Bij die laatste groep gaat het om pensioengerechtigden die een kind hebben jonger dan achttien jaar voor wie zij kinderbijslag ontvangen.

Voor gehuwde AOW'ers van wie de partner jonger is dan 65, gelden afwijkende regels. Normaal gesproken is het pensioen gelijk aan 50 procent van het minimumloon (de uitkering voor een gehuwde). Daarbovenop komt een toeslag van maximaal hetzelfde bedrag (bruto 673,84) (deze toeslag komt overigens te vervallen per 1 januari 2015). Echter, is het recht op pensioen al ingegaan voor 1 februari 1994 dan valt de AOW'er onder een overgangsregeling en is het pensioen 70 procent van het netto minimumloon. De toeslag is dan maximaal 30 procent.

De uitkeringsbedragen per 1 januari 2008. (In deze bedragen is nog geen rekening gehouden met de tegemoetkoming AOW van 14,86 euro

Voor tabellen Zie het origineel


De toeslag bedraagt maximaal 673,84 euro bruto per maand. Hoe hoog de toeslag precies is, hangt af van het inkomen van de werkende jongere partner. Een deel van het inkomen wordt namelijk van de toeslag afgetrokken. Als het bruto-inkomen van de jongere partner hoger is dan 1211,01 euro bruto heeft de AOW'er helemaal geen recht op toeslag. Het berekenen van de hoogte van de toeslag gaat als volgt:

De eerste 200,25 euro van het partnerinkomen is vrijgesteld. Ook een derde deel van het inkomen daarboven telt niet mee. Als de partner dus 1000 euro bruto verdient, telt de eerste 200,25 niet mee. Ook is een derde deel van (1000-200,25) 799,75 vrijgesteld, wat uitkomt op 266,58 euro. In totaal is dan 466,83 euro vrijgesteld. Van de toeslag wordt dus 1000-466,83= 533,17 euro ingehouden.

Als het recht op toeslag voor 1 februari 1994 is ingegaan valt de rechthebbende onder een overgangsregeling en bedraagt de toeslag maximaal bruto 362,82 euro. Als de partner meer verdient dan 744,48 euro bruto vervalt de uitkering. Dat geldt ook als de partner een sociale verzekeringsuitkering krijgt die hoger is dan dat bedrag.

De bij deze bruto bedragen behorende netto-uitkeringen zijn in onderstaand overzicht weergegeven. Hierbij is uitgegaan van de situatie dat betrokkenen geen aanvullend pensioen hebben.

Netto AOW gehuwden (exclusief tegemoetkoming AOW). Als beide partners boven de 65 jaar zijn, krijgen zij dus allebei de uitkering.

                      1-7-2007     1-1-2008       verschil
per maand          EUR 617,11   EUR 625,33     EUR 8,22
vakantietoeslag    EUR  36,11   EUR    35,59   EUR-0,52
Totaal             EUR 653,22   EUR 660,92     EUR 7,70

Netto AOW alleenstaanden (exclusief tegemoetkoming AOW)
                       1-7-2007       1-1-2008        verschil
per maand           EUR 902,20     EUR 913,96      EUR 11,76
vakantietoeslag     EUR   50,55    EUR  49,82      EUR-  0,73
Totaal              EUR 952,75     EUR 963,78      EUR 11,03
ANW

De Algemene nabestaandenwet (ANW) is een volksverzekering die recht geeft op een uitkering aan volwassenen van wie de partner is overleden. Het kan gaan om een huwelijkspartner of een partner met wie zij ongehuwd samenwoonden. De uitkering bedraagt maximaal 70 procent van het netto minimumloon. Nabestaanden die een kind verzorgen van 18 jaar of jonger waarvan een ouder is overleden, krijgen daarnaast een inkomensafhankelijke uitkering van 20 procent van het netto minimumloon. Ook weeskinderen komen in aanmerking voor een uitkering.

De hoogte van de ANW-uitkering is afhankelijk van het inkomen van de nabestaande. Uitkeringen worden er geheel van afgetrokken. Van inkomen uit arbeid blijft een deel buiten beschouwing (50 procent van het minimumloon plus een derde deel van het meerdere).

Nabestaanden die voor juli 1996 al een AWW-uitkering (de voorganger van de ANW) ontvingen, krijgen in ieder geval een bodemuitkering van 30 procent van het bruto-minimumloon, ook als hun inkomen hoger uitvalt dan de bovengenoemde inkomensgrens.

In onderstaand overzicht zijn de bruto ANW bedragen opgenomen. De bedragen zijn weergegeven exclusief de tegemoetkoming ANW. Deze bedraagt bruto EUR 14,86 per maand.
                                       Bruto p.mnd         Bruto vak.
                                                           uitk.p.mnd
Maximale nabestaandenuitkering         EUR 1042,88         EUR 64,69
Halfwezenuitkering                     EUR  240,23         EUR 18,47
Wezenuitkering tot 10 jaar             EUR  333,72         EUR 20,70
Wezenuitkering van 10  tot 16 jaar     EUR  500,58         EUR 31,05
Wezenuitkering van 16 tot 21/27 jaar   EUR  667,44         EUR 41,40
Kinderbijslag

Ieder half jaar worden de kinderbijslagbedragen aangepast. De bedragen groeien mee met de ontwikkeling van de prijzen. In de periode tussen april en oktober is er geen stijging van het prijsniveau geweest. Hierdoor worden de bedragen per 1 januari niet aangepast.

Op 1 januari 2008 bedraagt het basisbedrag per kind 271,70 euro. Voor kinderen die op of na 1 januari 1995 geboren zijn, is de hoogte van het kinderbijslagbedrag alleen afhankelijk van de leeftijd van het kind. Voor kinderen die geboren zijn vóór 1 januari 1995 of die na 1 oktober 1994, 6 of 12 jaar worden is de hoogte van het kinderbijslagbedrag ook afhankelijk van het aantal kinderen in het gezin.

Vanaf 1 januari 2008 gelden in de kinderbijslag de volgende bedragen per kind per kwartaal.

I. Kinderen geboren vóór 1 januari 1995 zijn geboren: 12 t/m 17 jaar
Gezinnen met:
   1 kind              EUR 271,70
   2 kinderen          EUR 305,54
   3 kinderen          EUR 316,82
   4 kinderen          EUR 341,61
   5 kinderen          EUR 356,48
   6 kinderen          EUR 366,40
II. Voor kinderen geboren op of na 1 januari 1995 gelden de volgende bedragen:
0-6 jaar EUR 190,19
6-12 jaar EUR 230,95
12-18 jaar EUR 271,70

Deze bedragen blijven gelijk, ongeacht de gezinsgrootte.

Kindertoeslag

Vanaf 1 januari 2008 komt er een nieuwe toeslag bij: de kindertoeslag. Dit is een tegemoetkoming in de kosten van het onderhoud van kinderen. De kindertoeslag komt in de plaats van de kinderkorting. De
kinderkorting is tot en met 2007 een korting op de inkomstenbelasting. Sommige gezinnen kunnen niet of niet volledig profiteren van de
huidige kinderkorting (bijvoorbeeld omdat ze te weinig belasting
betalen). Van de kindertoeslag kan iedereen profiteren die er recht op heeft. De uitbetaling vindt maandelijks plaats.

Een ouder heeft, ongeacht het aantal kinderen, recht op één
kindertoeslag. De hoogte van de kindertoeslag is afhankelijk van het inkomen van de aanvrager en eventuele partner. De kindertoeslag is
maximaal EUR 994,00 per jaar, dit is ruim EUR 82 per maand. De
kindertoeslag is maximaal bij een toetsinginkomen tot EUR 29.413.
Daarna wordt de toeslag afgebouwd met 5,75% van het extra inkomen. Bij een inkomen boven EUR 46.700 is er geen recht op kindertoeslag.

In 2009 zal de kindertoeslag opgaan in het kindgebonden budget.

Wajong

De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) biedt jonge gehandicapten en studenten die arbeidsongeschikt zijn een uitkering op minimumniveau. De grondslag op basis waarvan de uitkering wordt berekend gaat per 1 januari 2008 omhoog. Ook de grondslagen voor Wajong-gerechtigden beneden de 23 jaar, die worden afgeleid van de
minimumjeugdlonen, worden op die datum verhoogd.
Per 1 januari 2008 zijn deze bruto grondslagen (exclusief
vakantietoeslag) per dag:
vanaf 23 jaar ten hoogste    EUR 61,38
22 jaar ten hoogste    EUR 52,17
21 jaar ten hoogste    EUR 44,50
20 jaar ten hoogste    EUR 37,75
19 jaar ten hoogste    EUR 32,23
18 jaar ten hoogste    EUR 27,93

Naast de Wajong-uitkering heeft elke Wajong-gerechtigde onder de 23
jaar recht op een tegemoetkoming. Deze compenseert (deels) de
inkomensachteruitgang die de invoering van de Zorgverzekeringswet
heeft veroorzaakt.
22 jaar EUR   1,65   bruto per maand
21 jaar EUR   4,01
20 jaar EUR   8,13
19 jaar EUR  13,56
18 jaar EUR  14,16
Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)
Per 1 januari 2008 worden bestaande uitkeringen verhoogd met 1,37%. De hoogte van de WW, WIA en WAO-uitkering hangt mede af van de hoogte van het laatst verdiende loon en het zogenoemde maximumdagloon. Per 1 januari wordt het maximum dagloon verhoogd van 174,64 naar 177,03 euro bruto.

Toeslagenwet en kopjes op de uitkeringen
De Toeslagenwet en de zogenaamde `kopjesregeling' zorgen voor een aanvulling op een aantal uitkeringen tot het sociaal minimum. Het gaat bijvoorbeeld om de WW, WIA, WAO en ZW-uitkering. Per 1 januari 2008 wordt de `kopjesregeling' opgeheven en de Toeslagenwet uitgebreid. Er ontstaat recht op een toeslag als uitkeringsgerechtigde een uitkering ontvangt die lager is dan het normbedrag. De toeslag vult de uitkering aan tot het normbedrag, maar het totaal van de uitkering en toeslag samen is niet meer dan wat het vroegere loon. Een toeslag op de uitkering kan worden aangevraagd bij het UWV.

De hoogte van de normbedragen per 1 januari 2008 zijn als volgt vastgesteld:
ZW/WW/WAO/WIA/Wajong*
Gehuwden                         EUR 61,38
Alleenstaande ouders             EUR 55,85
Alleenstaanden:
vanaf 23 jaar                    EUR 47,17
22 jaar                          EUR 36,32
21 jaar                          EUR 30,44
20 jaar                          EUR 25,40
19 jaar                          EUR 21,58
18 jaar                          EUR 18,94

   *exclusief vakantietoeslag
Uitlooptermijn `kopjesregeling'

De mensen die in 2007 recht hadden op een `kopje' op hun uitkering, ontvangen bericht van het UWV over de nieuwe situatie per 1 januari 2008. Voor mensen die eind 2007 recht op een `kopje' op hun uitkering hebben en die daarnaast nog andere inkomsten hebben, loopt de
`kopjesregeling' nog twee maanden door tot 1 maart 2008. Zij hebben per 1 januari 2008 geen recht op een toeslag omdat hun inkomen - hun uitkering en andere inkomsten - boven het normbedrag van de
Toeslagenwet uitkomt.
Premiepercentages 1 januari 2008
                                         2007     2008  verschil
premiepercentages
   AOW                                  17,90     17,90    0,00
a) ANW                                   1,25      1,10   -0,15
a) AWBZ                                 12,00     12,15    0,15
b) WAO/WIA-basispremie (Aof)             5,15      5,65    0,50
b) Uniforme WAO-premie  (Aok)            0,48      0,15   -0,33
b) WGA-rekenpremie (Werkhervattingskas)  0,75      0,57   -0,18
c) Awf werkgeverspremie                  4,40      4,75    0,35
d) Awf werknemerspremie                  3,85      3,50   -0,35
e) ZVW-inkomensafhankelijke bijdrage werkgevers
                                         6,50      7,20    0,70
UFO                                      0,78      0,78    0,00
UFO-ERD ZW                               0,72      0,72    0,00
Sectorpremie gemiddeld                   0,99      1,02    0,03
f) Verplichte werkgeversbijdrage
kinderopvang
bedrag in euro's
Max. premieloon werknemersverzekeringen 172,48   177,03    4,55
Max. bijdrageloon ZVW per jaar        30623,00 31231,00  608,00
Franchise Awf-premie per dag             60,00    61,00    1,00
a) Om het exploitatiesaldo van het ANW-fonds terug te brengen, wordt de ANW-premie met 0,15%-punt verlaagd. Om lasten- en
koopkrachteffecten te voorkomen wordt de AWBZ-premie met 0,15%-punt verhoogd.

b) Het UWV heeft de Aok-premie en de WGA-rekenpremie lager vastgesteld dan in 2007. De effecten op de lasten voor werkgevers worden
opgevangen door de WAO/WIA-basispremie te
verhogen.

c) Het opleidingsfonds voor medisch specialisten is per 2008
definitief overgeheveld van het ZVW-fonds naar de begroting VWS. Dit zorgt voor een lagere ZVW-premie, hetgeen voor het werkgeversdeel
wordt gecompenseerd door een verhoging van de Awf-premie met
0,40%-punt. Om de lastenstijging door de hogere sectorpremie te
voorkomen wordt de Awf-premie verlaagd met
0,05%-punt.

d) In verband met het koopkrachtpakket wordt de Awf-premie met
0,35%-punt
verlaagd.

e) Door de stijgende zorgkosten stijgt de inkomensafhankelijke premie met
0,70%-punt.

f) Het UWV heeft de gemiddelde sectorpremie 0,03% hoger vastgesteld dan in 2007. Om een lastenstijging voor werkgevers te voorkomen wordt de Awf-premie met 0,05%-punt
verlaagd.

g) De verplichte werkgeversbijdrage kinderopvang wordt verhoogd met 0,06%-punt. Dit houdt verband met de gestegen
kinderopvangkosten.