IGZ: Stimuleer taakherschikking, ondervang risico's
14/12/2007 08:00
Inspectie voor de Gezondheidszorg
Het structureel verschuiven van taken van een arts naar niet-arts (zoals een nurse practitioner of gespecialiseerd verpleegkundige) levert een positieve bijdrage aan veilige, effectieve, patiëntgerichte en toegankelijke zorg. Een voorwaarde hiervoor is wel dat eventuele risico's adequaat zijn ondervangen. Deze conclusie trekt de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) in het rapport Staat van de Gezondheidszorg 2007.
De IGZ onderzocht vijf vormen van taakherschikking:
Huisartsenzorg voor diabetespatiënten waarbij de zorg van huisarts naar praktijkondersteuners en diabetesverpleegkundigen kan verschuiven.
Ziekenhuis: hartfalenpoli en hartchirurgie. Hier nemen bijvoorbeeld gespecialiseerde verpleegkundigen, nurse practioners en physician assistents taken over van de specialist.
Bij ouderen met chronische psychiatrische problemen kan de medische zorg overgenomen worden door de verpleeghuisarts of huisarts. Patiënten verhuizen van GGZ-instelling naar verpleeg- en verzorgingshuizen.
In de zorg voor verstandelijk gehandicapten kan er een verschuiving plaatsvinden van de Arts Verstandelijk Gehandicapten naar huisarts en nurse practitioner.
Bij GGD infectieziektebestrijding kan er een taakherschikking plaatsvinden van arts naar sociaal verpleegkundige.
Alhoewel de IGZ positief is over taakherschikking en dit wil stimuleren zijn er wel risico's die ondervangen moeten worden. Een toenemende specialisatie heeft als gevolg dat de zorg versnippert. Toezicht door de delegerend hulpverlener is daarom noodzakelijk.
Bij meerdere aandoeningen kan het voorkomen dat een patiënt door verschillende gespecialiseerde zorgverleners wordt gezien. Multidisciplinair patiëntenoverleg is dus wenselijk. Om overdrachtproblemen te voorkomen is een gezamenlijk dossier noodzakelijk en dat is nog op veel plaatsen niet het geval. De behandelingsvrijheid van niet-artsen, zoals het voorschrijven van medicatie, vraagt om goede waarborgen in wet en regelgeving. De IGZ vraagt de minister van VWS om beroepsgroepen die structureel medische taken uitvoeren in het BIG-register op te nemen. Daarnaast ziet de IGZ een risico in het vergoedingensysteem van zorgverzekeraars. Scholing en begeleiding door de bijvoorbeeld de GGZ wordt vanaf 2008 niet meer door verzekeraars gefinancierd. De verwachting is dat dit tot serieuze problemen voor de kwaliteit van zorg kan leiden.