Vlaamse Overheid
Werken-plan Oostende
Vlaamse Regering steunt Openbare Werken-plan Oostende
Persmededeling van de Vlaamse Regering
vrijdag 14 december 2007
Vlaams minister-president Kris PEETERS, tevens Vlaams minister van
Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en
Plattelandsbeleid heeft het Openbare Werken-plan Oostende voorgelegd
aan de Vlaamse Regering. Het O.W.-plan Oostende is een geïntegreerd
project voor de verhoging van de beveiliging van Oostende tegen
overstroming door de zee en de verbetering van de maritieme
toegankelijkheid van de Oostendse haven. Het bestaat uit de
optimalisatie van de haventoegang, gekoppeld aan het zeeweringsproject
voor Oostende.
De Vlaamse Regering oordeelt dat er voor de uitvoering van het
O.W.-plan Oostende dwingende redenen zijn van openbaar belang. Zij
neemt akte van de conclusie in het plan-MER, waarbij voorkeur wordt
gegeven aan het zogenaamde alternatief A, op voorwaarde dat rekening
wordt gehouden met een oostwaartse verschuiving van de basis van de
westelijke dam tot voorbij het Zeeheldenplein, en bevestigt dat de
project-MER met dit voorkeursalternatief moet worden uitgewerkt.
Meteen neemt de Vlaamse Regering akte van het voorstel van
natuurcompenserende maatregelen. Zij geeft opdracht aan de bevoegde
administratie om zo snel mogelijk over te gaan tot het uitvoeren van
deze maatregelen.
De beleidsnota Openbare Werken 2004-2009 van de Vlaamse minister van
Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur bevat een belangrijk
hoofdstuk over de zeehavens en over de multifunctionele benadering van
de kust. Hierin wordt voor de havens als eerste beleidsprioriteit een
toekomstgerichte en economisch verantwoorde toegankelijkheid naar de
zeehavens nagestreefd. Voor de kust vormt het terugdringen van de
risico's tegen overstromingen een belangrijke strategische
doelstelling. Het O.W.-plan Oostende geeft uitvoering aan deze
doelstellingen, meer bepaald de beveiliging van Oostende tegen
overstroming, het naar de toekomst toe garanderen van de economische
leefbaarheid van de haven van Oostende door het realiseren van een
haventoegang voor schepen met een lengte tot 200 meter en het
realiseren van een geïntegreerd beheer van de Oostendse kustzone.
Er zijn dwingende redenen van openbaar belang om het O.W.-plan
Oostende uit te voeren. Vooreerst zijn er voor de uitvoering van de
structurele werken de dwingende redenen van openbare veiligheid. Het
plan moet de openbare veiligheid verzekeren door het beschermen van de
bevolking en de kust van Oostende tegen overstroming door de zee als
gevolg van een zeer zware storm met een statistische retourperiode van
1000 jaar. De bescherming bevindt zich momenteel op het niveau van een
100-jarige storm. Daarnaast zijn er de dwingende redenen van
economisch belang. In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (B.Vl.R.
23/09/97) werd gekozen voor Oostende als 'economische poort'. Deze
beleidskeuze, samen met het Havendecreet hebben geleid tot de opmaak
van het Strategisch Plan voor de haven van Oostende, waarin de
krijtlijnen voor de verdere ontwikkeling van de haven worden
vastgelegd. Het uitgangspunt van het strategisch planningsproces is
dat de haven van Oostende als ruimtelijke poort wordt ontwikkeld.
Hierbij wordt gesteld dat een verbetering van de toegankelijkheid voor
schepen tot 200 meter een conditio sine qua non is voor deze
economische ontwikkeling. Het O.W.plan vult dit gegeven in.
In het plan MER zijn twee hoofdalternatieven onderzocht. Het
alternatief A draagt, mits toepassing van een variant, de voorkeur
weg. Het alternatief A van het O.W.-plan Oostende behelst naast een
oostelijke havendam een westelijke havendam die aanzet ten westen van
het Zeeliedenmonument. Het MER stelt dat één milderende maatregel
vanuit de discipline landschap, onroerend erfgoed en archeologie, die
kan worden ondersteund vanuit de discipline mens, aspecten beleving en
gebruikswaarde, een ingrijpende invloed heeft op het plan zelf, en
meer bepaald op het ontwerp van de westelijke havendam in alternatief
A: het oostwaarts verschuiven van de basis van de westelijke dam tot
voorbij het Zeeheldenplein (min of meer in het verlengde van de
Visserskaai). Hierdoor kan de negatieve impact van de dam op de
historische zeedijk (inclusief het Zeeliedenmonument) sterk worden
gereduceerd en wordt de grens tussen stad en haven zoveel mogelijk
opgeschoven. De constructie van een bijkomende zeewering ter hoogte
van het Zeeheldenplein zou overbodig worden en er zou een groter
recreatief strand ontstaan. Te noteren valt dat in elk geval het
Westerstaketsel behouden blijft. (alternatief A zie bijlage 3)
Er worden natuurcompenserende maatregelen voorgesteld.
In het plan-MER en de bijbehorende passende beoordeling werd
geoordeeld dat er geen alternatieven voor het O.W.-plan zijn die
toelaten om de aantasting van het natuurlijk milieu te vermijden. De
voornaamste significante negatieve effecten van het O.W.-plan zijn te
verwachten door het verdwijnen van 26 ha intertidaal gebied op de
Westeroever van Oostende. Natuurcompensatie in Oostende door creatie
van binnendams natuurgebied is onderzocht, maar in overleg met alle
betrokkenen niet weerhouden. Immers, met dezelfde middelen kunnen ter
hoogte van de kust in Nieuwpoort-Lombardsijde veel betere resultaten
worden verkregen. Het positieve effect dat in Lombardsijde kan worden
gecreëerd, is veel groter dan in Oostende. In het kader van een
ecologische werkgroep werd dan ook beslist de compenserende
maatregelen in Lombardsijde te situeren. Het ecologische streefbeeld
voor het Vlaamse natuurreservaat 'De IJzermonding', meer bepaald voor
de strandzone tussen de oostgrens van het natuurreservaat en het
Oosterstaketsel van de haventoegang van Nieuwpoort, vormt de basis
voor de natuurcompenserende maatregelen in Lombardsijde.
De Vlaamse Regering geeft opdracht aan de bevoegde administratie om zo
snel mogelijk over te gaan tot de uitvoering van die maatregelen. Dit
is nodig omdat de natuurcompenserende maatregelen moeten uitgevoerd
zijn voorafgaand aan of gelijktijdig met de werken. De totale
kostprijs van het project beloopt 150 miljoen euro Bij de opmaak van
het O.W.-plan Oostende werd er steeds vanuit gegaan dat de realisatie
mogelijk moest zijn binnen de reguliere budgetten. De totale
projectkost van ruim 150 miljoen euro wordt gespreid over de periode
2008-2015. Hierdoor is de realisatie van het project binnen de
budgetten Constant Beleid mogelijk.
Voor meer persinformatie kunt u terecht bij:
Luc De Seranno, woordvoerder van minister-president Peeters
Tel: 02 552 60 12
GSM: 0477 38 23 37
Email: persdienst.peeters@vlaanderen.be
Bijlagen:
* Plan OW Oostende(WORD DOCUMENT, 75 KB)