Samen onder één dak
Een gezamenlijk onderzoek van CBP en IWI naar het gebruik van persoonsgegevens
in zes lokale samenwerkingsverbanden
Samen onder één dak
Een gezamenlijk onderzoek van CBP en IWI naar het gebruik van
persoonsgegevens in zes lokale samenwerkingsverbanden
Samen onder één dak
Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
R 07/17, november 2007
ISSN 1383-8733
ISBN 978-90-5079-193-9
Samen onder één dak
2 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Voorwoord
Voor een efficiënte en effectieve uitvoering van de sociale zekerheidswetgeving is samenwerking
tussen de verschillende uitvoeringsorganisaties onontbeerlijk. Door het huisvesten van de uit-
voeringsorganisaties in een bedrijfsverzamelgebouw heeft de samenwerking een impuls gekre-
gen en is deze op sommige plaatsen overgegaan in het integreren en gezamenlijk uitvoeren van
taken. Bij nieuwe vormen van samenwerking horen nieuwe vormen van toezicht.
De Inspectie Werk en Inkomen en het College bescherming persoonsgegevens hebben hier
invulling aan gegeven door de uitvoering van gezamenlijk onderzoek. Beide toezichthouders
hebben hun expertise gebundeld om duidelijkheid te scheppen over de toepassing van het wet-
telijk kader bij het gezamenlijk uitvoeren van taken en het gebruik van persoonsgegevens daar-
bij. Na uitvoering van dit onderzoek komen beide toezichthouders tot de conclusie dat privacy
en het optimaal bedienen van de klant goed samen kunnen gaan.
De uitvoering van de sociale zekerheid is volop in beweging. De Inspectie Werk en Inkomen en
het College bescherming persoonsgegevens zullen de in dit onderzoek beschreven ontwikkeling
van nieuwe vormen van samenwerking tussen de uitvoeringsorganisaties en het gezamenlijk
gebruik van persoonsgegevens met belangstelling blijven volgen.
Mw. mr. drs. C. Kervezee Mr. J. Kohnstamm
Inspecteur-generaal Werk en Inkomen Voorzitter College bescherming
persoonsgegevens
Samen onder één dak
3 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Samen onder één dak
4 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Inhoud
1 Inleiding 7
2 De samenwerking in de praktijk 9
2.1 Locaties 9
2.2 Samenwerking 9
2.3 Informatie- en communicatietechnologie (ICT) 10
2.4 Informatiebeveiliging en privacy 10
2.5 Vragen en dilemma's 11
3 Ruimte voor samenwerking 13
3.1 Samenwerken en persoonsgegevens delen 13
3.2 Samenwerken binnen het SUWI-domein 13
3.3 Samenwerken buiten het SUWI-domein 14
3.4 Persoonsgegevens delen binnen het SUWI-domein 15
3.5 Persoonsgegevens delen buiten het SUWI-domein 16
4 Conclusies 17
5 Reactie CWI en UWV 19
Bijlage: Reactie CWI en UWV 21
Publicaties van de Inspectie Werk en Inkomen 25
Samen onder één dak
5 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Samen onder één dak
6 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
1 Inleiding
Participatie is één van de belangrijkste doelen van het kabinet Balkenende IV. Bij de uitvoering
van de sociale zekerheid zijn alle betrokken organisaties op zoek naar manieren om hier opti-
maal invulling aan te geven. Daarbij willen ze de ervaring die in de afgelopen jaren met lokale en
regionale samenwerking is opgedaan zo veel mogelijk benutten. Een belangrijk aspect binnen de
samenwerking tussen verschillende organisaties is het gebruik van persoonsgegevens.
Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) en de Inspectie Werk en Inkomen (IWI)
houden beide toezicht op het gebruik van persoonsgegevens in de sociale zekerheid. In 2005
hebben CBP en IWI daarom een samenwerkingsconvenant afgesloten om gezamenlijk effectie-
ver en efficiënter toezicht te kunnen houden. In dit samenwerkingsconvenant hebben beide
toezichthouders afgesproken om bij het uitvoeren van onderzoeken waar zinvol samen te
werken. De samenwerking kan variëren van het elkaar periodiek op de hoogte houden van de
voortgang van lopende onderzoeken tot het gezamenlijk uitvoeren van een onderzoek. Dit rap-
port is het resultaat van het eerste onderzoek dat CBP en IWI gezamenlijk hebben uitgevoerd.
Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), de Centrale organisatie werk en
inkomen (CWI) en de gemeentelijke sociale diensten vormen voor de burger het eerste aan-
spreekpunt op het gebied van werk en inkomen. De Wet Structuur uitvoeringsorganisatie werk
en inkomen (SUWI) verplicht deze organisaties om daarbij samen te werken.
Het streven is om de klant één loket te bieden waar hij voor alles terecht kan. Een belangrijke
stap hiertoe is gezet door de organisaties in één gebouw (het bedrijfsverzamelgebouw) te huis-
vesten. In het bedrijfsverzamelgebouw kunnen ook andere organisaties die bij de dienstverle-
ning op het terrein van werk en inkomen zijn betrokken, worden gehuisvest zoals re-integratie-
bedrijven, uitzendbureaus en hulpverlening.
CBP en IWI hebben onderzoek gedaan naar het gebruik van persoonsgegevens in vijf bedrijfs-
verzamelgebouwen en één Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) waar ook medewerkers van
de gemeentelijke sociale dienst en het UWV werken. Bij de selectie van de locaties is gelet op
omvang van de vestigingsplaats, geografische spreiding en aanwezige innovatieve samenwer-
kingsvormen. De uiteindelijke selectie is in overleg met de uitvoeringsorganisaties gemaakt.
Onderzocht is het gezamenlijk gebruik van persoonsgegevens in relatie tot het wettelijk kader.
Verder willen beide toezichthouders met dit onderzoek de aandacht vestigen op `goede voor-
beelden' op het gebied van samenwerking en zorgvuldige omgang met persoonsgegevens. Het
rapport is bedoeld voor iedereen die betrokken is bij de veranderingen in de uitvoering van de
sociale zekerheid.
De onderzochte locaties liggen in verschillende delen van het land in gemeenten van verschil-
lende omvang. Per locatie verschilde de samenwerking van `traditioneel', met de taakverdeling
en de overdrachtsmomenten die de wet- en regelgeving voorschrijft, tot toepassing van de
`Toonkamerprincipes', waarbij men zich naar de klant toe zo veel mogelijk als één organisatie
presenteert. Het onderzoek is uitgevoerd in de periode van mei tot en met juli 2007. Het
onderzoek bestond uit interviews met management en medewerkers, documentstudie en
onderzoek ter plaatse.
De rest van dit rapport bestaat uit drie hoofdstukken. Het hoofdstuk `De samenwerking in de
praktijk' gaat over de situatie die beide toezichthouders aantroffen en de goede voorbeelden.
In het hoofdstuk `Ruimte voor samenwerking' wordt het wettelijk kader behandeld, en de
ruimte die dit biedt voor innovatie en verdergaande samenwerking. Het rapport wordt afgeslo-
ten met een hoofdstuk `Conclusies'.
Samen onder één dak
7 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Samen onder één dak
8 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
2 De samenwerking in de praktijk
Dit hoofdstuk geeft de bevindingen van het onderzoek weer, en besteedt onder meer aandacht
aan de `goede voorbeelden' op de onderzochte locaties.
2.1 Locaties
In het onderzoek zijn zes locaties betrokken, vijf bedrijfsverzamelgebouwen en één vestiging
van CWI waar ook re-integratiecoaches van UWV en medewerkers van de gemeentelijke
sociale dienst werkzaam zijn. Eén locatie is een jongerenloket waar ook gemeenteambtenaren
van Jeugd, Onderwijs en Samenleving (JOS) werkzaam zijn. Re-integratiebedrijven en uitzendbu-
reaus spelen een rol bij het toeleiden naar werk van werkzoekenden. Op een aantal locaties
huren ze ruimte. Op andere locaties houden re-integratiebedrijven en uitzendbureaus perio-
diek een spreekuur. Op drie locaties is schuldhulpverlening aanwezig, en op meerdere locaties
zijn het Regionale Opleidingencentrum (ROC) en het Regionale Meld- en Coördinatiepunt
(voortijdig) schoolverlaten (RMC) regelmatig aanwezig.
2.2 Samenwerking
De samenwerking tussen de ketenpartners CWI, UWV en gemeentelijke sociale dienst variëert
per locatie van `traditioneel', dat wil zeggen met de in de wet- en regelgeving omschreven taak-
verdeling en overdrachtsmomenten, tot toepassing van de `Toonkamerprincipes' waarbij men
zich naar de klant toe zo veel mogelijk als één organisatie presenteert.
Uit de tijdens het onderzoek ter plaatse gevoerde gesprekken kwam naar voren dat het ambi-
tieniveau ten aanzien van samenwerking uiteenloopt van `één organisatie, waarbij het voor de
klant niet meer zichtbaar is wie waar werkt' tot `iedere ketenpartner heeft zijn eigen taken en
verantwoordelijkheden, en zolang het voor de klant maar duidelijk is waar hij moet zijn is dat
geen probleem'.
In het jongerenloket werken medewerkers van CWI en de gemeentelijke sociale dienst inten-
sief samen met de gemeenteambtenaren van JOS, die in hetzelfde gebouw gevestigd zijn. De
samenwerking is er primair op gericht jongeren waar nodig aan een startkwalificatie te helpen,
en vervolgens aan werk of als dat niet lukt aan inkomen. Op een andere locatie wordt er over
jongeren met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt gesproken in een overleg waarin, naast
de ketenpartners, ook uitzendbureaus, het algemeen maatschappelijk werk en de leerplicht-
ambtenaar vertegenwoordigd zijn. Op verscheidene locaties wordt er samengewerkt met het
RMC met als doel ervoor te zorgen dat voortijdige schoolverlaters zich melden bij CWI en
niet uit zicht verdwijnen. ROC's geven op de onderzochte locaties uitsluitend voorlichting.
De aanwezigheid van uitzendbureaus en re-integratiebedrijven in hetzelfde gebouw blijkt op de
onderzochte locaties nauwelijks tot intensievere samenwerking te leiden. Op één locatie
hebben re-integratiebedrijven de mogelijkheid om klanten in te brengen in een re-integratie-
commissie, waarin door de ketenpartners gezamenlijk wordt geprobeerd om een baan of een
passend traject te vinden. Wel maakt de aanwezigheid van uitzendbureaus en re-integratie-
bedrijven in hetzelfde gebouw het verwijzen van een klant makkelijker (`loopt u maar even
mee').
Op de onderzochte locaties worden klanten in voorkomende gevallen verwezen naar in het
bedrijfsverzamelgebouw aanwezige hulpverleners.
Samen onder één dak
9 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
2.3 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Om hun taken te kunnen uitvoeren beschikken de ketenpartijen ieder over eigen geautomati-
seerde systemen. De centrale voorziening Suwinet Inkijk biedt de mogelijkheid persoonsgege-
vens in de systemen van ketenpartners te raadplegen. Verder hebben sinds medio dit jaar de
re-integratiecoaches van UWV toegang tot Sonar, het systeem van CWI. Ook medewerkers
van een aantal gemeentelijke sociale diensten hebben toegang tot Sonar. Deze toegang tot
Sonar is in overeenstemming met het wettelijke kader.
Op één locatie, waar de ontschotting tussen CWI, UWV en gemeentelijke sociale dienst ver is
gevorderd, maken medewerkers van alle drie de ketenpartners gebruik van Sonar. Medewerkers
van CWI die op deze locatie als klantmanager optreden voor mensen die een uitkering ontvan-
gen onder de Wet werk en bijstand (WWB) hebben toegang tot het geautomatiseerde systeem
van de gemeentelijke sociale dienst.
Op een andere locatie hebben baliemedewerkers toegang tot Sonar en tot het systeem van de
gemeentelijke sociale dienst, met als doel om voorkomende vragen zo veel mogelijk meteen te
kunnen beantwoorden.
Het jongerenloket beschikt over een eigen applicatie. In deze applicatie beantwoordt de jon-
gere bij zijn eerste bezoek een aantal vragen. Vervolgens wordt de applicatie door medewer-
kers van CWI en van de gemeentelijke sociale dienst en door gemeenteambtenaren van JOS
gebruikt als klantvolgsysteem. In de applicatie is informatie zichtbaar uit de leerlingapplicatie
over de scholing die de jongere in de betreffende stad heeft gevolgd.
2.4 Informatiebeveiliging en privacy
De ketenpartijen hebben ieder hun eigen protocollen op het gebied van (informatie)beveiliging
en privacy. Op de meeste locaties hebben de ketenpartijen een gezamenlijk agressieprotocol
ontwikkeld, en is ook de fysieke beveiliging gezamenlijk geregeld.
In alle gevoerde gesprekken blijkt dat medewerkers zich bewust zijn van het belang van privacy,
en van de noodzaak om zorgvuldig met persoonsgegevens om te gaan.
Goede voorbeelden van zorgvuldige omgang met persoonsgegevens:
· de beursvloer heeft een zodanige akoestiek dat gesprekken alleen voor de deelnemers zelf
hoorbaar zijn;
· tussen de werkplekken op de beursvloer zijn schotten geplaatst, zodat klanten het gevoel
hebben dat ze kunnen praten zonder dat anderen mee kunnen luisteren. Voor klanten die dat
willen zijn er spreekkamers beschikbaar;
· op de beursvloer zijn er aparte printers voor klanten. De beveiligingsmedewerkers die toezicht
houden op de beursvloer zorgen dat er geen papier op de printers blijft liggen;
· medewerkers hebben een pasje nodig om vanaf de beursvloer de backoffice ruimten te berei-
ken;
· er zijn afgesloten bakken voor afvalpapier;
· dossiers worden goed beheerd, en bewaard in afgesloten dossierkasten;
· er is een `clean desk policy', en bij het maken van rondes door het gebouw controleren beveili-
gingsmedewerkers de naleving;
· bij besprekingen over klanten zijn alleen die medewerkers aanwezig die met de betreffende
klant te maken hebben;
· als een maatschappelijk werker belt met een vraag over een klant wordt er teruggebeld via het
centrale telefoonnummer van de betreffende instantie, en er wordt alleen teruggebeld na toe-
stemming van de klant;
· in onderzoeken naar de klanttevredenheid wordt expliciet gevraagd naar hoe klanten de privacy
ervaren.
Samen onder één dak
10 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Een aantal aangetroffen situaties is voor verbetering vatbaar:
· op één locatie is de beursvloer verdeeld over twee verdiepingen. Op één van de verdiepingen
zijn ook backoffice ruimten van een van de ketenpartijen gevestigd, en een deel van de verdie-
ping is in gebruik bij een andere huurder. Alle ruimten op deze verdieping zijn zonder pasje
toegankelijk;
· medewerkers geven aan dat papier soms te lang in niet afgesloten afvalbakken blijft liggen, en
dat de naleving van de `clean desk policy' beter zou kunnen;
· de ketenpartners vragen klanten om door middel van een formulier informatie te verstrekken
over hun leefsituatie, opleiding, wensen en mogelijkheden op het gebied van werk en eventuele
belemmeringen. De verstrekte informatie wordt al dan niet elektronisch in het dossier van de
klant opgeslagen, en door meerdere ketenpartners gebruikt. De antwoorden op sommige
vragen zijn niet voor alle ketenpartners van belang. Het antwoord op de vraag of de klant
zwanger is kan voor meerdere ketenpartijen relevant zijn; de identiteit van de vader is voor de
bemiddeling naar werk echter niet van belang. Hier moet een middenweg worden gezocht
tussen de klantvriendelijkheid enerzijds de klant hoeft maar één keer zijn of haar verhaal te
doen en doelbinding en het noodzakelijkheidsvereiste anderzijds.
Op de bezochte locaties geven de medewerkers aan dat er geen incidenten op het gebied van
informatiebeveiliging of privacy zijn geweest. Een enkele keer geven burgers aan het gevoel te
hebben dat anderen mee kunnen luisteren als ze aan de balie of op een werkplek op de beurs-
vloer hun verhaal doen.
2.5 Vragen en dilemma's
Op locaties waar volgens de `traditionele' taakverdeling wordt gewerkt hebben medewerkers
weinig vragen over privacy in relatie tot een optimale dienstverlening aan de klant. De eigen
geautomatiseerde systemen bieden over het algemeen voldoende ondersteuning voor de eigen
werkzaamheden, en klanten die met vragen komen die buiten het eigen werkveld vallen worden
doorverwezen naar de betreffende ketenpartner. Wel missen de ketenpartijen bepaalde gege-
vens. CWI wil bijvoorbeeld graag weten of vacatures vervuld zijn, maar werkgevers verzuimen
af en toe om dit terug te koppelen. Ook bestaat behoefte aan een inkijkmogelijkheid voor het
WWB-team in het geautomatiseerde systeem van de schuldhulpverlening, en vice versa.
Medewerkers op locaties waar men de klant één loket en één aanspreekpunt wil bieden hebben
meer vragen over wat er in de onderlinge uitwisseling van persoonsgegevens is toegestaan.
Tijdens de interviews gaven meerdere gesprekspartners aan behoefte te hebben aan één klant-
volgsysteem dat de ketenpartners toegang geeft tot alle relevante informatie van de klant.
Suwinet Inkijk voorziet momenteel niet volledig in deze behoefte, onder meer omdat de gege-
vens niet altijd voldoende actueel zijn. Klantmanagers hebben de behoefte bepaalde persoons-
gegevens in de systemen van andere ketenpartners te raadplegen, bijvoorbeeld om te kunnen
zien tot wanneer er recht bestaat op WW, of de reden waarom een uitkering is opgeschort.
Op locaties waar men wil opereren als één organisatie is er nog een aantal specifieke aan-
dachtspunten. Een locatie heeft deelgenomen aan het Toonkamerexperiment. Gedurende de
looptijd van het experiment konden medewerkers onbeperkt gebruik maken van geautomati-
seerde systemen van andere ketenpartijen. Continuering van deze werkwijze stuit op vragen
over de verenigbaarheid van de Toonkamerprincipes met het wettelijk kader.
Samen onder één dak
11 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Samen onder één dak
12 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
3 Ruimte voor samenwerking
Doel van dit hoofdstuk is duidelijkheid te scheppen rond het wettelijk kader voor samenwer-
king en het delen van persoonsgegevens. In dit hoofdstuk worden de in paragraaf 2.5 opgeno-
men vragen, voor zover die betrekking hebben op samenwerking en uitwisseling van persoons-
gegevens, vanuit het wettelijk kader beantwoord.
3.1 Samenwerken en persoonsgegevens delen
De verwerking van persoonsgegevens is niet los te zien van de taken die organisaties en mede-
werkers uitvoeren, en van de manier waarop ze daarbij samenwerken. Figuur 1 licht dit toe.
Figuur 1
Samenwerken en persoonsgegevens delen
WETTELIJK KADER
Wet Structuur Wet bescherming
uitvoeringsorganisatie werk en persoonsgegevens (Wbp,
inkomen (SUWI), privacybepalingen in de We
Werkloosheidswet (WW), SUWI, de
Wet werk en bijstand (WWB) ORGANISATIE WW en de WWB
... is verantwoordelijk
... is verantwoordelijk voor...
voor... ... verleent...
VERWERKING
TAAK AUTORISATIE VAN
PERSOONS-
... is basis ... stelt in GEGEVENS
voor... staat tot...
... wordt verleend
aan...
... voert uit... ... voert uit...
MEDEWERKER
Organisaties en medewerkers verwerken persoonsgegevens als onderdeel van hun taken. De
taken die ze uitvoeren zijn bepalend voor de persoonsgegevens die ze mogen verwerken: taak
bepaalt toegang. Als organisaties samenwerken, of als medewerkers samenwerken met anderen
binnen of buiten de eigen organisatie, dan zijn aard en doel van de samenwerking bepalend
voor de persoonsgegevens die met elkaar mogen worden gedeeld.
3.2 Samenwerken binnen het SUWI-domein
Bevinding onderzoek
Op een aantal onderzochte locaties werken de SUWI-partijen op de `traditionele' manier
samen, met de taakverdeling en de overdrachtsmomenten die de wet- en regelgeving voor-
schrijft. Een van de onderzochte locaties heeft deelgenomen aan het Toonkamerexperiment en
wil deze werkwijze voortzetten. Ook op andere locaties heeft men aangegeven volgens de
Toonkamerprincipes te willen gaan werken. Naar verwachting zullen de Toonkamerprincipes
landelijk worden ingevoerd. Dit leidt tot de vraag op welke wijze toepassing van de
Toonkamerprincipes zich verhoudt tot het wettelijk kader.
Samen onder één dak
13 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
De Toonkamers hadden de opdracht om innovaties te ontwikkelen op het gebied van werk,
zowel ten behoeve van werkzoekenden als werkgevers. De deelnemers aan het experiment
waren daarbij vrij om de innovaties die zij belangrijk vonden te ontwikkelen en in de praktijk in
een zogenaamde `regelvrije zone' te testen, wat inhield dat ze af mochten wijken van de wette-
1 lijk voorgeschreven taakverdeling en overdrachtsmomenten.1 Kenmerkend voor Toonkamers is
Eindevaluatie Toonkamers, 15 onder meer dat er sprake is van één geïntegreerd werkproces in de front office en één aan-
februari 2007, 2. Inleiding.
spreekpunt voor de klant.
Wettelijk kader
2 De taakverdeling tussen de SUWI-partijen ligt vast in de Wet Structuur uitvoeringsorganisatie
Artikel 21 en 28 Wet SUWI. werk en inkomen (SUWI), de Werkloosheidswet (WW) en de Wet werk en bijstand (WWB)
3 met bijbehorende regelgeving. CWI is belast met arbeidsbemiddeling en met het in ontvangst
Artikel 30 Wet SUWI. nemen van aanvragen WW en WWB.2 UWV voert ondermeer de WW uit.3 De gemeente is
4 verantwoordelijk voor de uitvoering van de WWB.4
Artikel 7 WWB.
De wet- en regelgeving geeft de SUWI-partijen een aantal mogelijkheden om af te wijken van
deze taakverdeling. Gemeenten kunnen bestuursorganen mandateren om voor een klant het
5 recht op WWB vast te stellen.5 Gemeenten kunnen daarnaast andere taken die te maken
Artikel 7 WWB, vierde lid, tweede hebben met de WWB laten uitvoeren door derden.6 Verder hebben de SUWI-partijen de
volzin.
mogelijkheid om in experimenten op een aantal punten gedurende een bepaalde periode af te
6 wijken van de werkwijze en de taakverdeling zoals die in de Wet SUWI, de WW en de WWB
Artikel 7 WWB, vierde lid, eerste zijn vastgelegd.7
volzin.
Naast de mogelijkheid om op organisatieniveau af te wijken van de taakverdeling uit de wet- en
7 regelgeving, kunnen de SUWI-partijen detacheringovereenkomsten aangaan met medewerkers
Artikel 82a Wet SUWI; Besluit van andere organisaties. In een dergelijke detacheringovereenkomst komt de organisatie met de
experimenten SUWI; artikel 130
WW; artikel 83 WWB. medewerker overeen dat deze een aantal taken voor de organisatie uitvoert.
Conclusie
De huidige sociale zekerheidsswetgeving biedt voldoende grondslag voor de `traditionele'
samenwerking tussen de SUWI-partijen. Structurele invoering van de Toonkamerprincipes is
echter niet te verenigen met de taakverdeling die de sociale zekerheidswetgeving voorschrijft.
In Toonkamers is er sprake van geïntegreerde dienstverlening in de front office, met één aan-
spreekpunt voor de klant. Detacheringsconstructies suggereren een andere verdeling van taken
en verantwoordelijkheden dan er in werkelijkheid is. Detacheringsconstructies zijn niet trans-
parant en bieden daarom geen structurele oplossing voor permanente invoering van de
Toonkamerprincipes.
Oplossing
Voor een rechtmatige en transparante invoering van de Toonkamerprincipes moet de taakver-
deling tussen de SUWI-partijen die de sociale zekerheidswetgeving voorschrijft worden aange-
past. De wet- en regelgeving moet ketenpartners de ruimte geven om taken te herverdelen of
gezamenlijk uit te voeren.
3.3 Samenwerken buiten het SUWI-domein
Bevinding onderzoek
In het Jongerenloket dat in het onderzoek is betrokken werken medewerkers van de SUWI-
partijen intensief samen met onderwijsambtenaren. In interviews gaf men aan de
Toonkamerprincipes toe te willen passen en toe te willen groeien naar één geïntegreerde front
office met dienstverlening op het gebied van onderwijs, werk en inkomen. Ook hier rijst de
vraag in hoeverre dit verenigbaar is met het wettelijk kader.
Samen onder één dak
14 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Wettelijk kader
De experimenteerruimte binnen de Wet SUWI geldt alleen voor de samenwerking binnen het
8 SUWI-domein.8 Voor Jongerenloketten die de Toonkamerprincipes toe willen passen, met inte-
Artikel 2 Besluit experimenten grale dienstverlening die door medewerkers van de SUWI-partijen en onderwijsambtenaren
SUWI, tweede lid.
gezamenlijk wordt uitgevoerd, biedt de experimenteerruimte geen oplossing.
Conclusie
De wet- en regelgeving voorziet niet in uitwisseling van taken tussen het onderwijsdomein en
het domein van werk en inkomen of in gezamenlijke uitvoering van taken.
Oplossing
Voor integratie van onderwijs in de dienstverlening volgens de toonkamerprincipes dient de
wet- en regelgeving in beide domeinen te voorzien in uitwisseling van taken of gezamenlijke uit-
voering van taken. De taken en bevoegdheden van onderwijsambtenaren dienen te worden uit-
gebreid tot het domein van werk en inkomen. Aan de kant van de wet- en regelgeving op het
gebied van werk en inkomen dient de taakuitwisseling met het onderwijsdomein te worden
geregeld.
3.4 Persoonsgegevens delen binnen het SUWI-domein
Bevinding onderzoek
De huisvesting in één bedrijfsverzamelgebouw van verschillende organisaties bevordert de
mondelinge uitwisseling van gegevens. Een tijdens het onderzoek aangetroffen structurele vorm
van mondelinge gegevensuitwisseling is de re-integratiecommissie. In gezamenlijk overleg wordt
bepaald welke stappen gezet moeten worden om een werkzoekende toe te leiden naar werk.
De centrale vraag is hoever men mag gaan bij het delen van informatie.
Uit het onderzoek is gebleken dat op meerdere locaties baliemedewerkers van CWI en de
gemeentelijke sociale dienst toegang hebben tot elkaars geautomatiseerde systemen.
Geïnterviewden vroegen zich af hoe deze praktijk zich verhoudt tot het wettelijk kader.
Diverse geïnterviewden hebben aangegeven behoefte te hebben aan één klantvolgsysteem dat
toegang geeft tot alle relevante informatie van de klant.
Wettelijk kader
De SUWI-partijen moeten samenwerken om de inschakeling van uitkeringsgerechtigden en
9 werkzoekenden in het arbeidsproces te bevorderen.9 Ze moeten elkaar alle gegevens verstrek-
Artikel 8 Wet SUWI, eerste lid; art. ken die ze nodig hebben voor hun wettelijke taken dan wel, waar het gaat om gemeenten, voor
7 WWB tweede lid.
10 de uitvoering van de WWB.10 De SUWI-partijen hebben een geheimhoudingsplicht. Ze mogen
Artikel 62 Wet SUWI. persoonsgegevens alleen met anderen delen als de wet- en regelgeving dat mogelijk maakt, of
11 als de betrokkene daar toestemming voor geeft.11 Bij het delen van persoonsgegevens moeten
Artikel 74 Wet SUWI. de SUWI-partijen voldoen aan de normen uit de Wet SUWI, de WW, de WWB en de Wet
bescherming persoonsgegevens (Wbp).
Gesprekken vallen onder de in de wet- en regelgeving opgenomen geheimhoudingsplicht. Dat
betekent dat medewerkers in gesprekken niet meer gegevens met elkaar mogen delen dan
nodig is om hun werk te kunnen doen.
Conclusie
Gesprekken waarbij medewerkers van meerdere SUWI-partijen aanwezig zijn, zijn binnen de
huidige wet- en regelgeving mogelijk. Voor het gesprek plaatsvindt, is het belangrijk om het
doel van het gesprek vast te stellen en aan de hand daarvan te bepalen welke medewerkers van
verschillende partijen bij het gesprek aanwezig zullen zijn. Het doel van het gesprek en de infor-
matiebehoefte van de aanwezigen bepalen wat er in het gesprek aan de klant mag worden
gevraagd of welke gegevens onderling met elkaar mogen worden gedeeld. Voor de aanvang van
het gesprek met de klant moet hij worden geïnformeerd over het doel van het gesprek en de
rol van de aanwezigen.
Samen onder één dak
15 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
De wet- en regelgeving staat het raadplegen van gegevens in elkaars geautomatiseerde syste-
men toe. Voor de toegang tot persoonsgegevens in dossiers en geautomatiseerde systemen
geldt: 'taak bepaalt toegang'. De taken van de medewerker bepalen welke gegevens hij of zij
mag zien en verwerken.
Oplossing
Wanneer medewerkers binnen de kaders van de wet- en regelgeving met taken zijn belast
dienen ze toegang te krijgen tot de dossiers en geautomatiseerde systemen die ze daarvoor
nodig hebben.
Momenteel is het Digitaal Klantdossier (DKD) in ontwikkeling. DKD verbindt de afzonderlijke
systemen van de ketenpartijen en moet het raadplegen van alle relevante gegevens uit deze sys-
temen mogelijk maken. DKD moet voorzien in de informatiebehoefte van klantmanagers en
baliepersoneel.
Medewerkers die taken uitvoeren van andere organisaties moeten daarvoor toegang hebben tot
de bijbehorende materiesystemen. Een medewerker van CWI die een bijstandsintake verzorgt
moet hiervoor bijvoorbeeld toegang krijgen tot het systeem van de gemeentelijke sociale
dienst.
3.5 Persoonsgegevens delen buiten het SUWI-domein
Bevinding onderzoek
Het jongerenloket dat in het onderzoek is betrokken maakt gebruik van een eigen volgsysteem
voor jongeren. Medewerkers van CWI, gemeentelijke sociale dienst en onderwijsambtenaren
maken gebruik van deze applicatie. Dit betekent dat er met het domein onderwijs gegevens
worden uitgewisseld. De vraag is of dit in overeenstemming is met het wettelijk kader.
Wettelijk kader
De SUWI-partijen hebben een geheimhoudingsplicht. Persoonsgegevens mogen alleen met
anderen worden gedeeld als de wet- en regelgeving dat mogelijk maakt, of als de betrokkene
12 daar toestemming voor geeft.12 De wet- en regelgeving benoemt een aantal situaties waarin
Artikel 74 Wet SUWI. persoonsgegevens met anderen buiten het SUWI-domein mogen worden gedeeld. Zo mag CWI
gegevens delen met gemeenten om tot een sluitende aanpak van voortijdige schoolverlaters te
13 komen.13
Artikel 5.10 Besluit SUWI, eerste
lid, sub b.
Conclusie
De wet- en regelgeving voorziet niet in het gezamenlijk uitvoeren van taken op het gebied van
onderwijs en werk en inkomen. De jongerenloketapplicatie ondersteunt het gezamenlijk uitvoe-
ren van taken. De wet- en regelgeving biedt geen grondslag voor de gegevensverwerking door
middel van een jongerenloketapplicatie.
Oplossing
Voordat gezamenlijk persoonsgegevens in een jongerenloketapplicatie verwerkt kunnen
worden, dient er een wettelijke grondslag te worden gecreëerd voor de geïntegreerde dienst-
verlening aan jongeren door medewerkers van CWI, gemeentelijke sociale dienst en onder-
wijsambtenaren.
Samen onder één dak
16 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
4 Conclusies
De taakverdeling tussen CWI, UWV en gemeentelijke sociale diensten op het gebied van de
toeleiding naar werk en de verstrekking van inkomen is vastgelegd in de sociale zekerheidswet-
geving. Waar organisaties volgens deze `klassieke' taakverdeling werken biedt het huidige wette-
lijk kader voldoende ruimte voor samenwerking en de uitwisseling van persoonsgegevens.
De vorming van bedrijfsverzamelgebouwen en de instelling van tijdelijke regelvrije zones heeft
geleid tot nieuwe vormen van samenwerking, zoals de Toonkamerprincipes, waarbij er sprake is
van het gezamenlijk uitvoeren van taken en het delen van persoonsgegevens. Bij de dienstverle-
ning aan jongeren strekt de samenwerking zich uit tot het onderwijsdomein.
Het gebruik van persoonsgegevens vloeit voort uit de uitvoering van taken. De sociale zeker-
heidswetgeving kent momenteel een strikte taakverdeling tussen gemeenten, UWV en CWI.
Uit het onderzoek blijkt dat organisaties steeds verder afwijken van deze taakverdeling. Het
voornemen om de Toonkamerprincipes landelijk toe te passen betekent dat de in de wet vast-
gelegde taakverdeling definitief wordt losgelaten.
Structurele gezamenlijke uitvoering van taken dient te worden voorzien van een wettelijke basis
in de sociale zekerheidswetgeving. Wanneer deze basis is gecreëerd mogen de voor de uitvoe-
ring van deze taken noodzakelijke persoonsgegevens gezamenlijk worden gebruikt. De Wbp
biedt hier voldoende ruimte voor. Het Digitaal Klantdossier biedt de samenwerkende organisa-
ties ICT-ondersteuning bij het gezamenlijk uitvoeren van taken en gebruiken van persoonsgege-
vens.
Samen onder één dak
17 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Samen onder één dak
18 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
5 Reactie CWI en UWV
De inspectie legt al haar conceptrapportages voor een bestuurlijke reactie voor aan de betrok-
ken uitvoeringsinstanties en neemt de kern van de ontvangen reacties op in het betreffende
rapport. Van de betrokken organisaties hebben alleen CWI en UWV gereageerd. Beide organi-
saties hebben dit gedaan in één gezamenlijke brief.
5.1 Gezamenlijke reactie CWI en UWV
CWI en UWV onderschrijven de conclusie dat de huidige sociale zekerheidswetgeving onvol-
doende grondslag biedt voor structurele invoering van de Toonkamerprincipes.
Beide organisaties geven aan dat ze, gezien de plannen om de Toonkamerprincipes landelijk toe
te passen, niet kunnen wachten op een wetswijziging met betrekking tot het gezamenlijke
gebruik van persoonsgegevens door ketenpartners.
Ze willen, vooruitlopend op aanpassing van de sociale zekerheidswetgeving, artikel 62 van de
Wet SUWI zo lezen dat het ziet op het geheel aan wettelijke taken dat aan de SUWI-partijen is
opgedragen. Zo gelezen zou het artikel voldoende basis moeten vormen voor het gezamenlijk
gebruik van persoonsgegevens door SUWI-partijen die werken volgens de Toonkamerprincipes.
5.2 Nawoord CBP en IWI
CBP en IWI onderschrijven de interpretatie van CWI en UWV van artikel 62 Wet SUWI niet.
Beide toezichthouders zijn van opvatting dat deze interpretatie geen oplossing biedt voor de
geconstateerde onverenigbaarheid van de Toonkamerprincipes met de taakverdeling zoals die is
vastgelegd in de sociale zekerheidswetgeving.
In de kabinetsreactie op de Evaluatie SUWI 2006 spreekt het kabinet het voornemen uit om de
Toonkamerprincipes in zogenaamde `locaties voor werk en inkomen' landelijk in te voeren. Het
kabinet steunt de ambitie van de ketenpartners om eind 2008 op alle locaties de invoering van
de integrale en ontschotte dienstverlening gestart en grotendeels werkend te hebben. In het
verlengde van deze ontwikkeling zullen CWI en UWV naar verwachting per 1 januari 2009 gaan
fuseren. Het kabinet onderkent dat aanpassing van de sociale verzekeringswetgeving voor
1 januari 2009 noodzakelijk is om de locaties voor werk en inkomen en de fusie van CWI en
UWV van een wettelijke basis te voorzien.
Zolang de Toonkamerprincipes niet in de sociale zekerheidswetgeving zijn verankerd is er, op
locaties waar de SUWI-partijen deze principes al toepassen, sprake van een uitvoeringspraktijk
die onvoldoende juridisch is geborgd.
Beide toezichthouders gaan er van uit dat de vereiste wettelijke basis op 1 januari 2009 is gere-
aliseerd en dat de burger tot die tijd geen negatieve gevolgen van de toepassing van de
Toonkamerprincipes ondervindt. CBP en IWI zullen de ontwikkelingen op de voet blijven
volgen.
Samen onder één dak
19 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Samen onder één dak
20 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Bijlage
Reactie CWI en UWV
Samen onder één dak
21 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Samen onder één dak
22 Inspectie Werk en Inkomen College bescherming persoonsgegevens
Publicaties van de Inspectie Werk en
Inkomen
2007
R07/17 Samen onder één dak
Een gezamenlijk onderzoek van CBP en IWI naar het gebruik van persoons-gegevens
in zes lokale samenwerkingsverbanden
R07/16 Bijstand en vermogen
Onderzoek naar de vaststelling van het vermogen voor de Wet werk en bijstand
R07/15 Buiten spelen
Onderzoek naar toezicht en handhaving op buitenruimten bij locaties kinderopvang
R07/14 Wajong en werk
Onderzoek naar de arbeidsparticipatie van jonggehandicapten
R07/13 Vroegmelders
Dienstverlening van CWI en UWV aan werknemers die werkloos dreigen te worden
R07/12 Vallen en opstaan
Onderzoek naar de gemeentelijke invulling van de verantwoordelijkheid voor het
eerstelijnstoezicht op de kinderopvang
R07/11 De Sociale Verzekeringsbank op weg naar 2010
Het verandertraject SVB Tien in het eerste jaar 2006
R07/10 Doorstart voor de schooluitvaller
Onderzoek naar de dienstverlening van CWI en sociale diensten aan voortijdige
schoolverlaters
Jaarplan 2008
R07/09 De tweede stap
Vervolgonderzoek op het rapport `De eerste stappen'
Implementatie eerstelijnstoezicht op Wet kinderopvang door gemeenten in 2006
R07/08 Jaarverantwoording toezicht en handhaving Wet kinderopvang door gemeenten
2005
Landelijk beeld van het eerste uitvoeringsjaar
Jaarverslag 2006
R07/07 Uitvoering Wet werk en bijstand 2005
R07/06 In de bijstand, en dan
Wat gemeenten doen aan activering van pas ingestroomde bijstandscliënten
R07/05 Uitvoering Wet sociale werkvoorziening 2005
R07/04 Rondom machines
Certificering in het werkveld `EG-richtlijn machines'
R07/03 De waarde van vasthoudendheid
Integriteitszorg bij certificatie- en keuringsinstellingen
R07/02 Betrokken bij kwaliteit
Borging deskundigheid bij certificatie- en keuringsinstellingen
R07/01 Samenwerking tussen CWI en UWV bij aanvragen voor een WW-uitkering
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid