Nederlandse Vereniging van Journalisten

Regionale omroepen eigenwijs, snel en creatief
(13 december 2007)

Eigenwijs, snel en creatief. Dat moet volgens Paul van Gessel het uitgangspunt zijn voor de journalist van de regionale omroep. En ja, de werkdruk is toegenomen, en er moet anders - met camjo en multimediaal - gewerkt worden, en daar moet je niet tegen vechten, dat heeft geen zin, daar moet je het beste van maken. Door goed gebruik te maken van de unique selling points van de regionale omroepen: eigenwijsheid, snelheid en creativiteit.

Dinsdag 11 december waren de redactieraden bijeen bij RTV Rijnmond om te praten over de zogeheten `hit and run' verslaggeving waar veel journalisten van regionale omroepen mee te maken hebben. Sandra van Steen, eindredacteur bij RTV Rijnmond, leidde de discussie tussen redactieraadsleden en Dink Binnendijk (hoofdredacteur RTV Noord-Holland) en Paul van Gessel (hoofdredacteur BNR en voorheen oa werkzaam bij de NOS en een aantal regionale omroepen). Namens de NVJ waren Marc Visch (secretaris), Sybren Terpstra en Ad Hagesteijn (bestuur) aanwezig.

Kort verslag
Sandra van Steen vraagt bij de eerste rondgang naar de leidende ambitie van de omroep en of die eventueel moet worden bijgesteld. De meeste omroepen blijken het regionieuws nog steeds als belangrijkste peiler te zien. Direct gevolgd door de sport. Eén omroep is net weer teruggekeerd naar nieuws als hoofdmoot, waar dat daarvoor de variaprogramma's waren. Maar nieuwsuitzendingen zijn peperduur. En redacties hebben last van hoge werkdruk en tekort aan mankracht. Er is weinig tijd voor diepgang en analyse. Een aantal omroepen heeft net reorganisaties achter de rug, een paar zitten er middenin. Vaak zijn bij die reorganisaties de internetafdelingen opgetuigd en is er geïnvesteerd in multimediaal werken. Vanuit diverse omroepen wordt gemeld dat een belangrijk deel van de `hit and run' praktijk lijkt te komen vanuit de eindredactie. Van daaruit worden verslaggevers vaak zonder overleg vooraf op pad gestuurd, meestal met een te krappe deadline om nog gedegen onderzoek naar het onderwerp te doen. Marc Visch stelt dat een deel van de problemen ook wordt veroorzaakt doordat (directie en hoofdredactie van) omroepen steeds meer willen: meer tv uitzendingen, meer internet, nog meer radio, en de bezetting van de nieuwsredacties daarmee niet in de pas loopt.

Paul van Gessel adviseert om goed na te gaan wie je publiek is, om niet arrogant te zijn, noch op de hurken te gaan. Keuzes moeten gemaakt, zeker met de beschikbare (beperkte) middelen, maar kies de goede onderwerpen. Dus die onderwerpen die ten goede komen aan je kwaliteit. Wel moet de redactie animo vertonen en vanuit een gedegen journalistieke grondhouding opereren. Ga bijvoorbeeld eens niet langs bij de provincie (de zoveelste gedeputeerde), vaak kunnen zaken die op gemeentelijk niveau spelen belangwekkender voor de luisteraar of kijker zijn. Kijk niet iedere dag in de krant, ga zelf op zoek en kies een onderwerp dat dichtbij ligt.

Dink Binnendijk vindt dat redacteuren meer in hun eigen tijd kunnen doen, het `prikklokgedrag' strookt niet met een gedegen journalistiek werkhouding. Er is best ruimte en tijd voor verdieping van een goed onderwerp, en als er dan daardoor te weinig onderwerpen zijn voor een uitzending moet dat maar, als die verdieping vervolgens leidt tot een goede uitzending daarna. Kwaliteit is doorslaggevend, en die komt uit goede nieuwsuitzendingen. Er moet ook geïnvesteerd worden in mensen, zodat ze goed kunnen worden voor zowel radio als televisie. Tevens signaleert hij dat de radio wellicht meer aandacht behoeft de komende tijd, daar zitten veel luisteraars die de afgelopen tijd een tikje verwaarloosd zijn: betrokken, trouw, ouder en goed verdienend.

Er wordt geconstateerd dat er naast overeenkomsten ook veel verschillen zijn tussen de regionale omroepen. Taal is bijvoorbeeld een uitstekend bindmiddel, het is dan ook geen wonder dat Omrop Fryslân als enige laat weten geen klachten te hebben, sterker, ze zijn in Friesland het leidende medium; bedrijven, overheden en instanties stemmen het uitbrengen van hun persberichten af op de uitzendingen van De Omrop en niet meer op de kranten. Ook hebben ze jongeren aan zich weten te binden door samen te werken met YouTube en alle scholen in de provincie hebben een pagina op de site waarop ze roosterwijzigingen kunnen doorgeven.

Alle omroepen zijn het erover eens dat internet steeds belangrijker gaat worden.

Veel redactieraden merken dat de kwaliteit van de opleidingen devalueert, waardoor er behoefte is aan bijscholing (via bijvoorbeeld masterclasses) van starters die net van de opleiding komen. De NVJ gaat kijken of zij hierbij een rol kan spelen.

Tot slot wordt nog gesproken over het functioneren van de redactieraad (RR). De ene RR is heel open naar de collega's over wat besproken is met de hoofdredactie, zet meteen notulen op intranet etc, terwijl de andere stelt liever inzage te krijgen van hoofdredactie in vertrouwelijke zaken en dit niet direct met collega's te hoeven delen.

Marc Visch zegt dat officieel de RR zich zelf moet zien als vertegenwoordiger van alle journalisten en dat dus alles wat de hoofdredactie met RR bespreekt in feite met de hele redactie wordt besproken. Dit is vastgelegd in het redactiestatuut. Hiermee wordt duidelijk dat veel RR niet op de hoogte zijn van wat een RR precies inhoudt. Een goed onderwerp voor een volgende bijeenkomst!

IW