European Union



Brussel, 11 december 2007

Hernieuwde Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid werpt vruchten af, maar verdere hervormingen in de EU nodig om te slagen in het tijdperk van globalisering, aldus strategisch verslag van de Commissie

Drie jaar na de hernieuwde start in 2005 werpt de Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid vruchten af. Dat is de belangrijkste conclusie van het vandaag gepresenteerde strategisch verslag van de Commissie over economische hervormingen in de EU. Het verslag toont aan dat de recentelijk sterk verbeterde prestaties van de Europese economie ten dele toe te schrijven zijn aan de strategie. De structurele hervormingen beginnen ook een gunstige invloed uit te oefenen op het toekomstig groeipotentieel, waardoor de langetermijnvooruitzichten voor de welvaart er beter uitzien. De aanpak is in sommige landen echter steviger geweest dan in andere, en de jongste twaalf maanden waren enige tekenen van "hervormingsmoeheid" waarneembaar. Europa zal de economische hervormingen op communautair en op nationaal niveau echter moeten voortzetten gedurende de volgende cyclus van de Lissabonstrategie om het hoofd te bieden aan de nasleep van de mondiale financiële perikelen en aan de hogere grondstoffenprijzen. In het verslag wordt een reeks nieuwe beleidsinitiatieven geschetst om deze uitdaging op te nemen en de Europese inspanningen ten aanzien van de globalisering op te voeren. Het verslag zal in het voorjaar - in maart 2008 -aan de Europese Raad worden voorgelegd.

"De Lissabonstrategie werkt. Ze zorgt voor groei en werkgelegenheid, en geeft Europa en de Europese burgers kansen om te slagen in het tijdperk van globalisering. Zij heeft Europa een gemeenschappelijke, concrete economische agenda gegeven, waarin de nationale verschillen volledig aan bod kunnen komen. Europa mag nu echter niet op de lauweren rusten om de kansen op het mee vormgeven van de globalisering niet te vergooien. Er is nog veel te doen. Niet op alle beleidsterreinen is evenveel vooruitgang geboekt en sommige lidstaten gaan veel sneller dan andere. Met het pakket dat vandaag wordt voorgesteld, kan Europa reageren op de toenemende onzekerheid in de wereldeconomie en de sociale dimensie, onderwijs en opleiding, informatie- en communicatietechnologie, flexicurity, energie en klimaatverandering nog hoger op de lijst van prioriteiten plaatsen", aldus de voorzitter van de Commissie, José Manuel Barroso.

Vice-voorzitter Günter Verheugen, bevoegd voor Ondernemingen en industrie, verklaarde: "Om succesvol te blijven moet de Lissabonstrategie een hecht partnerschap tussen de lidstaten en de EU zijn. Een wezenlijke innovatie van het pakket is een nieuw communautair Lissabonprogramma met tien topprioriteiten voor hervormingen op EU-niveau. Daartoe behoren maatregelen om het groeipotentieel van kleine en middelgrote ondernemingen te ontsluiten en een betere wet- en regelgeving met minder rompslomp. Voorts willen we nog meer aandacht schenken aan onderwijs en onderzoek en ontwikkeling.

Het nieuwe programma benadrukt ook nog steeds de externe dimensie van de groei- en werkgelegenheidsstrategie. Gelijke voorwaarden op internationale schaal zullen nog belangrijker worden. De hervormingen zijn essentieel voor het aanzwengelen van de Europese economie en het aanpakken van de dagelijkse bekommernissen van de burgers.".

Enkele aanzienlijke successen

De economische groei in de EU-27 bedroeg in 2006 3,0% en voor 2007 wordt 2,9% verwacht. Door structurele hervormingen is het geraamde groeipotentieel van het BBP in de eurozone sinds 2005 met 0,2 procentpunt gestegen tot omstreeks 2,25% in 2007.

De voorbije twee jaar zijn bijna 6,5 miljoen nieuwe jobs gecreëerd en tegen 2009 zullen er naar verwachting nog eens 5 miljoen jobs bijkomen. Verwacht wordt dat de werkloosheid tot onder 7% zal dalen, het laagste cijfer sinds medio de jaren '80. Voor het eerst sedert tien jaar gingen de sterke stijgingen van de werkgelegenheidsgraad gepaard met een forse groei van de productiviteit.

De begrotingstekorten van de EU-27 zijn beduidend verkleind, van 2,5% van het BBP in 2005 tot een geraamde 1,1% in 2007. De overheidsschuld van de EU-27 is verminderd van 62,7% in 2005 tot iets minder dan 60% in 2007.

Het is nu in bijna alle lidstaten mogelijk om binnen een week en via "één loket" een bedrijf op te starten en er zijn enkele belangrijke stappen gezet bij de uitvoering van het EU-programma voor een betere regelgeving.

Ongeveer de helft van de lidstaten hebben op een flexicuritybenadering gebaseerde beleidsmaatregelen ontwikkeld of zijn daarmee bezig. Er is overeenstemming bereikt over een stel gemeenschappelijke flexicuritybeginselen die de lidstaten, aangepast aan hun eigen nationale omstandigheden, ten uitvoer moeten leggen.

Alle lidstaten hebben thans een nationaal streefcijfer voor O&O-investeringen vastgesteld. Als al deze streefcijfers gehaald worden, zal de EU in 2010 een niveau halen van 2,6% van het BBP (komende van 1,9% in 2005). Dit zou een aanmerkelijke verbetering betekenen, ook al zal het cruciale doel van 3% (met een inbreng van de privé-sector van 2%) met vertraging worden bereikt.

Maar nog veel meer te doen

Het gedeelte van het BBP dat in de EU aan O&O wordt besteed, heeft de jongste tijd geen gelijke tred gehouden met de forsere economische groeicijfers en is tot 1,85 % gedaald in 2006, met grote onderlinge verschillen tussen de lidstaten. Door deze trend raakt de EU verder verwijderd van het streefcijfer van 3%.

Alhoewel de cijfers van de begrotingstekorten en de overheidsschuld verbeterd zijn, is de kans om van de relatief sterke groei te profiteren om structurele tekorten te verminderen niet volledig benut, met name in de eurozone.

Er is nog veel ruimte om de administratieve rompslomp te verminderen en het ondernemingsklimaat te verbeteren, met name voor kleine en middelgrote ondernemingen. De openstelling van netwerksectoren en
-diensten voor meer mededinging verloopt traag.

Heel wat arbeidsmarkten zijn nog altijd versnipperd, met sterke beschermingsmechanismen voor "insiders" en onzekere vooruitzichten voor "outsiders" die op contractbasis werken.

De onderwijssystemen doen te weinig om jongeren de vaardigheden bij te brengen die zij en werkgevers nodig hebben. De mobiliteit van werknemers blijft nog altijd betrekkelijk klein. Slechts 2% van de actieve burgers woont en werkt in een andere lidstaat. In sommige lidstaten worden werknemers nog altijd geconfronteerd met belangrijke hindernissen wanneer zij van job veranderen. Daarom heeft de Commissie een actieplan voor arbeidsmobiliteit met 15 concrete maatregelen voorgesteld. (zie IP/07/1879)

Europa heeft nog steeds een achterstand op andere toonaangevende economieën inzake investeringen in informatie- en communicatietechnologie en het gebruik ervan om de productiviteit te vergroten.

Heel wat lidstaten zitten niet op koers om hun Kyotonormen te halen en zullen grote inspanningen moeten leveren om de ambitieuze doelstellingen te halen die door de Europese leiders op hun voorjaarsbijeenkomst van 2007 zijn gesteld en die moeten worden bereikt via het pakket energie- en klimaatveranderingsmaatregelen dat de Commissie in januari 2008 zal voorstellen.

De strategie versterken in de volgende cyclus

In het verslag worden een aantal nieuwe maatregelen ontvouwd voor elk van de vier prioritaire gebieden die door de Europese Raad in het voorjaar van 2006 als de pijlers van de hernieuwde strategie zijn aangewezen. De Commissie zal de Europese leiders op hun voorjaarsbijeenkomst van maart 2008 vragen deze goed te keuren.

Inzake investeringen in mensen en modernisering van de arbeidsmarkten worden de lidstaten in het verslag ertoe opgeroepen actieplannen op te stellen en streefcijfers vast te stellen om vroegtijdig schoolverlaten aanzienlijk terug te dringen en de basisleesvaardigheden gevoelig te verbeteren.

Wat het ondernemingsklimaat betreft, wordt in het verslag aangedrongen op een geïntegreerd beleid via een Europese Wet voor kleine ondernemingen ter ondersteluning van de ontwikkeling en de groei van de miljoenen kleine en middelgrote ondernemingen, die negen van de tien nieuwe arbeidsplaatsen creëren.

Inzake kennis (onderwijs, O&O en innovatie) stelt het verslag voor stappen te zetten op weg naar de "vijfde vrijheid" - het vrij verkeer van kennis - via de totstandbrenging van een ware Europese onderzoeksruimte en een geïntegreerde jurisdictie in octrooizaken, met één enkel, betaalbaar octrooi. De lidstaten wordt verzocht een nationale breedbandstrategie uit te stippelen en nationale streefcijfers vast te stellen voor het gebruik van hogesnelheidsinternet, waarbij wordt gemikt op een aansluitingspercentage van 30% van de EU-burgers en 100% van de scholen tegen 2010.

Inzake energie en klimaatverandering benadrukt het verslag het belang van de voltooiing van de interne markt voor energie en worden de lidstaten verzocht verplichte energiebesparingsdoelen te stellen voor overheidsgebouwen en energie-efficiëntie stelselmatig te hanteren als criterium voor de gunning van overheidsopdrachten.

De externe dimensie

Het pakket versterkt de externe dimensie en koppelt openheid aan het beschermen van de legitieme Europese belangen. De dialoog met derde landen zal worden versterkt en gestroomlijnd, met een nadrukkelijker focus op globaliseringsvraagstukken van wederzijds belang, zoals markttoegang, convergentie van de regels, migratie en klimaatverandering. In de toekomst zal de Commissie één jaarverslag over toegang tot de markten opstellen en daarin de landen en sectoren noemen waar nog belangrijke barrières blijven bestaan.

De geïntegreerde richtsnoeren

De bovengenoemde bijstellingen van de strategie zijn nodig om te reageren in gebieden waar maar beperkte vooruitgang is geboekt, op nieuwe uitdagingen en op nieuwe internationale omstandigheden. Zij vereisen geen aanpassing van de geïntegreerde richtsnoeren die unaniem door de lidstaten zijn goedgekeurd in 2005. Daarom stelt de Commissie voor deze richtsnoeren niet te wijzigen voor de komende cyclus. De begeleidende tekst wordt evenwel geactualiseerd in het licht van de veranderende omstandigheden.

Het Lissabonprogramma van de Gemeenschap

Het vandaag voorgestelde pakket groei- en werkgelegenheidsmaatregelen omvat een nieuw en innovatief communautair Lissabonprogramma van prioritaire maatregelen op EU-niveau voor de komende cyclus van drie jaar. Het programma stelt tien grote prioriteiten voor hervormingen op EU-niveau die de Europese economie in die periode moeten aanzwengelen. De Europese wet voor kleine ondernemingen, het programma voor betere wet- en regelgeving, de ruimte voor onderzoek en hoger onderwijs en de octrooi-initiatieven behoren tot die prioriteiten. Andere zijn meer investeren in mensen, de emplooibaarheid vergroten, nieuwe stappen zetten om de Europese markten voor financiële diensten te integreren en stabieler te maken in het licht van de huidige turbulentie, en een nieuw duurzaam industrieel beleid bevorderen.

Beoordeling van de uitvoering door de lidstaten

Het pakket omvat zoals gewoonlijk "nationale hoofdstukken" waarin de vooruitgang van de afzonderlijke lidstaten (en de eurozone) wordt beoordeeld. De lidstaten blijven vooruitgang boeken, zij het in verschillende mate. In de meeste gevallen zijn maatregelen genomen om de verbintenissen na te komen die zijn vervat in de landspecifieke aanbevelingen die vorig jaar collectief door de lidstaten zijn goedgekeurd. Er blijft echter nog veel te doen en de meeste aanbevelingen blijven actueel. Hier en daar - voor Duitsland, Italië en Spanje - is het aantal aanbevelingen verminderd; voor Slovakije is de vorig jaar gedane aanbeveling om de langdurige werkloosheid aan te pakken vervangen door een aanbeveling om het regelgevingskader te verbeteren. Voor geen enkele lidstaat zijn nieuwe landspecifieke aanbevelingen toegevoegd. De conclusies van de nationale hoofdstukken zijn gebundeld in MEMO/07/ 569.

Achtergrond
De Lissabonstrategie van de EU voor de modernisering van Europa werd hernieuwd in 2005, met een nadrukkelijker focus op groei en werkgelegenheid. De strategie steunt op een hecht partnerschap van de Commissie en de lidstaten, die unaniem hun goedkeuring hebben gehecht aan geïntegreerde beleidsrichtsnoeren. Deze worden op EU-niveau vertaald in het communautaire Lissabonprogramma en op nationaal vlak in nationale hervormingsprogramma's, die jaarlijks via uitvoeringsverslagen worden geactualiseerd. De strategie is opgebouwd uit cyclussen van drie jaar elk. Voor nadere bijzonderheden kan worden verwezen naar MEMO/07/568 en

http://ec.europa.eu/growthandjobs/index_en.htm