Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Den Haag Ons kenmerk Uw kenmerk
11 december 2007 DCE/07/51562 2070805950
2070806080
Onderwerp
Vragen van de leden Wilders en Bosma (PVV) en Van
der Ham (D66) over het Haags Gemeentemuseum
en bedreiging van kunstenares
Hierbij zend ik u
1. de antwoorden op de vragen van de leden Wilders en Bosma (beiden PVV) aan de minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het besluit van het Haags Gemeentemuseum om foto's
van de profeet Mohammed als homo niet te exposeren (ingezonden 4 december 2007) en
2. de antwoorden op de vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap over het weigeren van kunst en bedreiging van kunstenares
(ingezonden 5 december 2007 als aanvulling op de vragen vermeld onder 1).
De vragen zijn mij toegezonden met uw bovenvermelde brieven d.d. 4 december 2007, kenmerk
2070805950, en 5 december 2007, kenmerk 2070806080.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T +31-70-412 3456 F +31-70-412 3450 W www.minocw.nl
blad 2/4
2070805950
Antwoord op de vragen van de leden Wilders en Bosma (beiden PVV) aan de minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap over de weigering van het Haags Gemeentemuseum om foto's van de profeet
Mohammed als homo te exposeren. (Ingezonden 4 december 2007)
1
Bent u bekend met de berichten `Haags museum weert Mohammed als homo' en `Museum laat
kunstenares vallen'? 1), 2)
Antwoord: Ja.
2
Deelt u de mening dat foto's waarop de profeet Mohammed als homo staat afgebeeld en een video
getiteld `Allah o gaybar' gewoon in een Nederlands museum geëxposeerd moeten kunnen worden? Zo
neen, waarom niet?
Antwoord: We leven in een vrij land, waar de minister van Cultuur niet aan directeuren van musea
opdrachten uitdeelt over wat er geëxposeerd moet worden; die afweging behoort de musea zelf. Maar
leven in een vrij land betekent tegelijk dat een kunstenaar vrij moet zijn om te maken wat hij of zij wil,
ook wanneer anderen dat als hinderlijk of beledigend ervaren. Mocht er iemand zijn die vervolgens
meent dat een kunstuiting strafbaar is, dan staan altijd juridische wegen open. Zie verder mijn
bijgevoegde reactie op de (na ontvangen van uw vragen gepubliceerde) open brief van de kunstenares,
die ik vandaag naar de NRC zal sturen.
3
Deelt u de mening dat deze laffe houding van het Haagse Gemeentemuseum om de foto's niet te
exposeren een krachtige veroordeling verdient?
Antwoord: Zie het antwoord op vraag 2.
4
Is het waar dat het Haags Gemeentemuseum én de kunstenares zijn bedreigd door moslims en dat dit
de reden is voor het weigeren van de foto en de video? Deelt u de mening dat dreigementen geen reden
mogen zijn voor aantasting van de vrijheid van meningsuiting?
Antwoord: De directeur van het Haags Gemeentemuseum heeft mij medegedeeld dat zijn beslissing
niet op bedreigingen is gebaseerd. Ik deel beslist de mening dat dreigementen geen reden zijn voor
aantasting van de vrijheid van meningsuiting.
blad 3/4
5
Bent u bereid de subsidie voor het Haags Gemeentemuseum per direct in te trekken en u in te spannen
voor het ontslag van de directeur van dit museum? Zo neen, waarom niet?
Antwoord: Het Haags Gemeentemuseum is een museum waarmee ik geen subsidierelatie onderhoud.
1) http://www.trouw.nl/laatstenieuws/laatstenieuws/article858509.ece/ Haags_museum_weert_Mohammed_als_homo
2) http://www.depers.nl/cultuur/132867/Museum-laat-kunstenares-vallen.html
blad 4/4
2070806080
Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het
weigeren van kunst en bedreiging van kunstenares. (Ingezonden 5 december 2007)
1
Hoe beoordeelt u de berichten dat de Iraanse kunstenares Sooreh Hera wordt bedreigd vanwege een
geplande expositie in het Haags gemeentemuseum?
Antwoord: Ik ben geschrokken van deze berichten. Bedreiging is een zeer ernstige zaak.
2
Heeft u zich er van vergewist of de beslissing om een deel van de tentoonstelling van de kunstenares te
weigeren door de museumdirectie is ingegeven door angst voor mogelijk geweld? Hoe ziet u er op toe
dat het publiek maken van kunstvormen niet wordt gehinderd door de angst voor bedreigingen?
Antwoord: Zie het antwoord op vraag 4 van de leden Wilders en Bosma (PVV) uw kenmerk
2070806080.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van de leden Wilders en Bosma beiden (PVV), ingezonden 4
december 2007 (vraagnummer 2070805950)