Nieuwe afvalverbrander past niet in Wijster - GS weigeren vergunning
Essent
11 Dec 2007
Het college van gedeputeerde staten (GS) geeft geen milieuvergunning
voor de bouw van een nieuwe verbrandingslijn naast de bestaande
afvalverbrander in Wijster. Na de bekendmaking van dit voornemen in
juli van dit jaar, heeft het college nu het ontwerp-besluit
vastgesteld. GS blijven van mening dat de nieuwbouw niet voldoet aan
de Europese eisen (BREF's) voor de toepassing van de best beschikbare
technieken (BBT). Daarin wordt gesteld dat nieuwe initiatieven op
energie-efficiënte locaties gerealiseerd moeten worden.
De Wet milieubeheer stelt dat een vergunning moet worden geweigerd
indien door afgifte daarvan niet de BBT worden gerealiseerd. Om dit te
bepalen dient er te worden getoetst aan de BBT Reference Documents
(BREF's). In gevallen van nieuwbouw zijn de Europese BREF's heel
duidelijk. Een vergunning kan alleen worden afgegeven voor locaties
waar zuinig met energie kan worden omgegaan. In Wijster zijn geen
mogelijkheden om de restwarmte te gebruiken. Ook is er geen koelwater
beschikbaar.
De Natuurbeschermingswet (Nbw) geeft geen aanleiding om een vergunning
voor de nieuwe oven te weigeren. Uit onderzoek is gebleken dat de
verbrandingslijnen geen nadelige effecten hebben op omliggende
natuurgebieden. Wel moet de ammoniakuitstoot omlaag. Formeel heeft het
college de Nbw-vergunning inclusief de ammoniak-voorschriften
vastgesteld, alleen zonder milieuvergunning kan Essent geen nieuwe
installatie bouwen.
Het besluit van GS wijkt af van het advies dat de VROM-inspectie
onlangs gaf aan de provincie. De inspectie geeft aan dat de locatie
geschikt is vanwege de al aanwezige infrastructuur en adviseert de
vergunning met aanvullende voorschriften te verlenen. De aanvullende
voorschriften zouden moeten leiden tot lagere emissies van kwik en
dioxine en tot een beter energierendement. Volgens gedeputeerde Tanja
Klip-Martin (VVD) gaat de inspectie echter uit van een uitbreiding van
de bestaande installatie, terwijl Essent een milieuvergunning
aanvraagt voor de bouw van een nieuwe installatie die onafhankelijk
van de huidige installatie operationeel kan zijn. "Het is
energieverspilling om hier een nieuwe installatie te bouwen. Op de
beoogde locatie zijn er én geen mogelijkheden om de restwarmte te
gebruiken én geen mogelijkheden voor duurzame waterkoeling. Bovendien
is het energierendement van de beoogde installatie te laag. Er is in
onze ogen maar één conclusie mogelijk: geen nieuwe ovens in Wijster,"
zo zegt milieugedeputeerde Klip.
Essent krijgt wel een revisievergunning voor afvalverbranding in de
bestaande installatie. In de nieuwe vergunning zijn - zoals ook de
VROM-inspectie adviseert - strenge voorschriften opgenomen voor de
emissiewaarden van de rookgassen. Daarnaast heeft Essent de
verplichting om de dioxine-uitstoot continue in de gaten te houden en
direct in te grijpen als deze waarde stijgt. Ook moet Essent onderzoek
doen naar mogelijke verhoging van het energierendement van de
bestaande installatie en naar afzetmogelijkheden voor de restwarmte
die de afvalverbranding oplevert.
Het ontwerp-besluit over de milieuvergunning voor de nieuwe en de
bestaande installatie en de Nbw-vergunning voor de nieuwbouw komen
vanaf komende week ter inzage te liggen op het provinciehuis.
Gedeputeerde Tanja Klip-Martin sluit een gang naar de Raad van State
niet uit omdat Essent al heeft aangekondigd bezwaar in te dienen tegen
de weigering. "Over de interpretatie van de BREF afvalverbranding voor
nieuwe initiatieven is geen jurisprudentie beschikbaar," zo zegt zij.
"Wij zijn overtuigd van de juistheid van onze beoordeling, maar voor
ons klimaat en het milieu zou het een goede zaak zijn als ons hoogste
rechtsorgaan zich daarover buigt."
Provincie Drenthe