Radboud Universiteit Nijmegen


Monument voor een muis

Muizen spelen een onvervangbare rol in het onderzoek naar ziektes en medicijnen, zeker sinds de knock-outtechniek is geïntroduceerd. Op de dag dat de Nobelprijs voor de ontwikkeling van deze techniek wordt uitgereikt, promoveerde neurobiologe Ellen ter Gast op een studie over de genetisch gemodificeerde muis. En de muis krijgt een standbeeld.

Mario R. Capecchi, Martin J. Evans en Oliver Smithies krijgen dit jaar de Nobelprijs voor de Geneeskunde. Zij ontwikkelden een techniek waarbij ze de genen van de muis een voor een kunnen uitschakelen. Deze knockout-techniek heeft ervoor gezorgd dat de muis zeer geschikt is als proefdier bij geneeskundig onderzoek.

Ellen ter Gast was op 4 december te beluisteren in het wetenschapsprogramma Noorderlicht. Daar zei ze dat het beestje eigenlijk een monument verdient voor zijn bijdrage aan de wetenschap. Een luisteraar heeft die oproep ter harte genomen en 20.000 euro toegezegd voor een standbeeld, dat voor de deur van het Nederlands Kankerinstituut moet komen.

De muis is de pionier in de nieuwe wereld van de biotechnologie. De meeste muizen dienen als diermodel voor onderzoek naar humane genetische ziekten, maar er zijn al muizen die slimmer en sterker zijn en langer leven dan gewone muizen. De vraag is niet zozeer óf deze technologieën ooit op de mens zullen worden toegepast, maar wanneer dat zal gebeuren. Biologe en filosofe Ellen ter Gast gaat in op de verwachtingen en angsten die ten grondslag liggen aan de revolutie in de biotechnologie. Ze presenteert de genetisch gemodificeerde muis als afwisselend een (Frankenstein) monster, een held, een Messias, een levend artefact en een deerniswekkend proefdier. Een van haar centrale stellingen luidt dat biotechnologen geen monsters creëren, maar er een hebben `ontdekt': het feit dat DNA van nature manipuleerbaar is en dat de mens dus net als de muis `maakbaar' is.