Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Antwoorden op kamervragen over de softe aanpak van
Marokkaanse straatterroristen
5 december 2007
Antwoorden op kamervragen van de leden Wilders en Brinkman (beiden
PVV) over de softe aanpak van Marokkaanse straatterroristen.
1. Vraag
Hebt u kennisgenomen van de berichten "Straatagent is soft optreden
beu" 1) en "Amsterdamse agenten willen einde slappe aanpak"? 2)
1. Antwoord
Ja
2. Vraag
Deelt u de mening dat de politie de taak heeft om de openbare orde te
handhaven en op te treden tegen diegenen die de wet overtreden, niet
om thee te drinken met Marokkaanse straatterroristen? Zo neen, waarom
niet?
2. Antwoord
Een van de taken van de politie is het handhaven van de openbare orde
en op te treden tegen hen die de wet overtreden. Het beeld dat u
schetst dat de politie thee zou drinken met mensen die voor overlast
zorgen en de wet overtreden is niet juist.
3. Vraag
Deelt u de mening dat het gek is dat het politiebureau in Amsterdam,
waar op zondag 14 oktober jl. een psychisch gestoorde crimineel van
Marokkaanse afkomst die banden had met de Hofstadgroep, twee agenten
neerstak en hen ernstig verwondde, bewaakt moet worden door de Mobiele
Eenheid? Zo ja, wat gaat u doen om dergelijke situaties in de toekomst
te voorkomen? Zo neen, waarom niet?
3. Antwoord
Op zondag 14 oktober jl. is het politiebureau als plaats delict
afgeschermd door de politie ten behoeve van het sporenonderzoek. Die
afscherming is de volgende dag opgeheven. Enkele dagen daarna vond de
herdenkingsdienst plaats voor de man die twee agenten ernstig had
verwond en daarbij zelf om het leven was gekomen. De Mobiele Eenheid
is overdag en 's avonds in de buurt van het politiebureau, dat in de
nabijheid van de herdenkingslocatie is gelegen, aanwezig geweest. Van
bewaking van het politiebureau is echter geen sprake geweest.
4. Vraag
Deelt u de mening dat het te gek voor woorden is dat de politie niet
ingreep toen een groep van ongeveer dertig relschoppers 15 oktober jl.
de ruiten van het eerder genoemde politiebureau ingooide, een auto in
brand stak en dat uiteindelijk niemand is aangehouden? Zo ja, bent u
dan bereid om de - specifiek voor dit soort rellen uitgeruste -
Mobiele Eenheid van de Koninklijke Marechaussee in te zetten in
Amsterdam om dit soort rellen te beteugelen? Zo neen, waarom niet?
4. Antwoord
Er heeft een incident plaatsgevonden waarbij ongeveer 8 personen met
stenen hebben gegooid en schade aan de ruiten van het politiebureau is
ontstaan. Er loopt een opsporingsonderzoek naar de daders. Dit geldt
eveneens voor de in brand gestoken auto. Bovenstaande incidenten
hebben volgens het lokale gezag niet geleid tot de inzet van de ME.
5. Vraag
Deelt u de mening dat na jaren van dialoog voeren nu onderhand wel kan
worden geconstateerd dat de aanpak van `pappen en nathouden' niet
werkt en dat het hard nodig is dat deze Marokkaanse straatterroristen
niet meer vrijuit gaan maar hard worden aangepakt en indien mogelijk
worden gedenaturaliseerd en uitgezet? Zo neen, waarom niet?
5. Antwoord
Het is noodzakelijk om hen die de wet overtreden aan te pakken, en dat
gebeurt ook. Wij herkennen ons dus niet in het beeld van `pappen en
nathouden'.
De aanpak van jeugdcriminaliteit heeft prioriteit bij politie en
justitie. Effectief optreden tegen ernstige overlast en criminaliteit
vraagt vooral om ketensamenwerking tussen betrokken instanties. Hierin
wordt ook in de nu lopende kabinetsperiode geïnvesteerd. Ik wijs naar
het wetsvoorstel aanwijzingen ernstige overlast. De burgemeester en de
officier van justitie krijgen met het wetsvoorstel extra bevoegdheden
om sneller en preventief te kunnen optreden tegen veroorzakers van
ernstige overlast.
Wat betreft de denaturalisatie bevat de Rijkswet op het
Nederlanderschap geen bepaling op grond waarvan intrekking van het
Nederlanderschap wegens gepleegde criminele feiten mogelijk is.
Invoering van een dergelijke bepaling wordt evenmin overwogen. Het
Europees Nationaliteitsverdrag (Trb. 1998, 10), waartoe ook Nederland
is toegetreden, beperkt de mogelijkheden op grond waarvan de
nationaliteit kan worden ingetrokken. Op grond van artikel 7, eerste
lid, onder d, van het Verdrag is intrekking wegens (criminele)
gedragingen alleen mogelijk indien het gedrag betreft dat de
essentiële belangen van de staat wezenlijke schade toebrengt. De
toelichting bij het Europees Nationaliteitsverdrag vermeldt
hoogverraad en spionage voor een andere staat als voorbeelden van
gedrag dat een aantasting van de essentiële belangen van de staat is,
en stelt tevens dat misdrijven van algemene aard, hoe ernstig ook,
niet worden bedoeld. De in de vraag bedoelde strafrechtelijke feiten
vallen onder deze misdrijven van algemene aard. Tekst en toelichting
van het Europees
Nationaliteitsverdrag maken duidelijk dat de in de vraag genoemde
strafrechtelijke feiten niet vallen onder de verliesgrond genoemd in
artikel 7 van het Verdrag. Het is dan ook niet toegestaan het
Nederlanderschap te ontnemen om de reden dat een betrokkene de in de
vraag genoemde feiten heeft gepleegd.
1) de Volkskrant, 17 oktober 2007
2)
http://www.elsevier.nl/nieuws/nederland/artikel/asp/artnr/175008/rss/t
rue/index.html (extern)
Naar boven
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties